Er zijn belangrijker dingen gaande dan we met procentpunten kunnen uitdrukken.
Terwijl ik dit schrijf, spreekt de koning op de achtergrond de troonrede uit. Dat is tamelijk tragisch, want de man verkoopt onzin die de VVD en de PvdA voor 'm hebben opgeschreven. De arme koning werd gedwongen zinnen uit te spreken als 'de haat die elders in de wereld mensen in het verderf stort, mag niet overwaaien naar onze streken' en 'de regering grijpt in als grenzen worden overschreden'. En de koning resideert nog wel in de Hofstad.
Erger is dat Prinsjesdag een groot probleem van deze generatie politici blootlegt: er is geen verhaal dat de meerderheid van de bevolking aanspreekt. De details van wat de regering voor volgend jaar heeft bepaald, interesseren slechts een handvol mensen. Nog minder mensen begrijpen ze. De overgrote meerderheid van de Nederlanders heeft andere dingen aan het hoofd en hoopt terecht op een inspirerende boodschap.
Maar Prinsjesdag maakt zo pijnlijk duidelijk dat er geen groot verhaal, geen richting of idee is. We hebben alleen proefballonnetjes die overmatig (en zinloos) gekwantificeerd en gerationaliseerd worden. Daardoor horen we vandaag en de komende dagen dat de koopkracht van die en die bevolkingsgroep over tien jaar met 2,75 procent zal toenemen. In de eerste plaats komen die voorspellingen niet uit, maar veel erger is dat ze geen hond aanspreken. Wat zegt dat soort cijfertjes ons nu nu?
De grote vragen waar kiezers van nu mee leven, worden niet of nauwelijks aangeroerd. Het cijfertjesfetisjisme is minachting voor de kiezer, want die maakt zich druk om belangrijker zaken. Kiezers zijn in de regel geen knullige kruideniers die klagen of juichen over een half procentje koopkracht. Ze vragen zich af hoe we met extremisme omgaan, of onze vrijheden en rechtsstaat niet onder vuur liggen, wat de toekomst van Nederland in Europa is. Ze stemmen echt niet alleen met hun voeten. Maar weinig politici die zich daar iets van aantrekken. Die zouden nog op het dek van de Titanic over koopkrachtplaatjes emmeren.
Kwantificeren van beleid is belangrijk en moet gedaan worden. Maar verkoop boekhouden niet als grote politiek, want het is geen vervanging voor de politicus als richtingaanwijzer. De enige richting die we krijgen is een koning die een keurige PVVDA-tekst voorleest: de regering zal de rechtsstaat verdedigen én vechten tegen intolerantie. Waarom we tolerant zouden moeten zijn tegen mensen die onze beschaving liever vandaag dan morgen zouden onthoofden, is mij een raadsel. Maar kennelijk vraagt pal voor het vrije Westen staan, meer moed dan we op dit moment van de Staten-Generaal mogen verwachten. Dus blackboxrekenen we nog even over de gevolgen van die 0,3 procentpunt verhoging van het fictief rendement op vermogen. Want daar winnen we de oorlog mee.