In mijn vorige bijdrage heb ik geconstateerd dat de economie een zachte landing lijkt te plegen, althans voorlopig. Beleggers lopen daarop vooruit gezien de koersstijgingen, hoewel nu dalende. Sinds oktober 2022 is de S&P 16% gestegen, ruim twee keer het lange termijn gemiddelde. Hosanna! Maar hoe lang is ‘voorlopig‘ en gaan we dan toch naar een harde landing en houtje bijten?
Niemand weet het zeker. We kijken enkel naar de omstandigheden en maken een inschatting op basis van de signalen. President Joe Biden wijst op de positieve signalen zoals krappe arbeidsmarkt, de veerkrachtige economie ondanks de rentestijgingen. De zorgen zijn echter dat de krappe arbeidsmarkt en hoge besparingen bij huishoudens een nasleep zijn van de Covid pandemie. Ondanks hoge consumptie zijn consumenten pessimistisch. Merkwaardig. Moeten de gevolgen van de rentestijgingen en monetaire verkrapping nog komen? Dat is de grote vraag van dit moment. Een onderzoek van Wallstreet Journal onder 71 economen wijst uit dat 61% denkt dat de harde landing nog moet komen. Dat zijn natuurlijk allemaal pessimisten, galbakken. Maar toch. Een harde landing zou betekenen dat de economie abrupt stopt te groeien, de werkloosheid neemt snel toe, de huizenmarkt stort in en idem de beurs. Veelal gaat een zachte landing vooraf aan een harde landing. De economie begint te sputteren, optimisme verdwijnt en pessimisme kruipt erin.
Beurskoersen hebben vaak een voorspellende waarde. Dit keer niet? Ik heb er al eerder op gewezen dat de zogenaamde gap in de yield curves een betere voorspellende waarde hebben. Dat is het verschil in rendementen van korte naar lange overheidsleningen. Normaliter is het rendement van een lange leningen hoger dan van een korte lening. Dat is logisch want als je langer uitleent hoort daar ook een hogere vergoeding bij. Dat plaatje hoort bij een zachte landing. Nu doet zich al een jaar voor dat het lange rendement onder dat van het korte rendement ligt. Zo’n omgekeerde rentestructuur is abnormaal en hoort bij een harde landing. Beleggers in leningen verwachten blijkbaar een forse rentedaling, gevolgd door een recessie. Dit deed zich over de laatste halve eeuw slechts negen keer voor, acht keer gevolgd door een harde landing. Als dit zich zou voordoen dan komt abrupt een einde aan de discussie over het aantrekken van buitenlandse werknemers. De huizenprijzen en consumptie dalen fors. Minder reizen et cetera.
We zien hier een tweespalt qua verwachtingen tussen aandelenbeleggers - zij zijn vrij optimistisch - en obligatiebeleggers zijn pessimistisch. Wie krijgt gelijk? Doorgaans lopen obligatiebeleggers beter vooruit op wat komen gaat. Abwarten und tee trinken.
Frits Bosch, econoom en socioloog. Tevens auteur van “Risico als obsessie”, “Dat is het risico”, “Wereld op een keerpunt” “Onbehagen bij de elite”, “Schaft ook Nederland zich af?” en “Feminisme op de werkvloer”.