In het AD staat een interview met Henk Otten, de penningmeester van FVD, over de financiële situatie van de partij. Door netwerken en een slimme constructie weet de partij het zó goed te doen dat ze andere partijen binnen de kortste keren voorbij zouden kunnen streven. FVD had met Henk Ottens' netwerk behoorlijk geluk. Zo wisten ze een aardig startkapitaal los te peuteren dat door de donateurs als 'vriendendienstje' werd gezien. Vanaf dat moment heeft het echter weinig meer met 'geluk' te maken gehad en veel meer met verstand.
Otten zette volledig in op zoveel mogelijk subsidies binnen harken en zo efficiënt mogelijk te werk gaan met wat er binnenkwam. Veel leden proberen te krijgen was hoofddoel nummer één. Dit leverde niet alleen contributiegeld op maar ook subsidie, die van de andere partijen af werd gehaald. Twee vliegen in één klap dus!
Vervolgens werd er een jongerenafdeling opgericht en een wetenschappelijk bureau volgde enige tijd daarna. Beide leveren nog eens extra subsidie op. Daarnaast zijn er crowd-funding acties op touw gezet en kon er natuurlijk gedoneerd worden.
In 2017 kwam er ongeveer 1,2 miljoen euro binnen. Daar werd echter ook 1,1 miljoen van uitgegeven. Otten is nog net niet zo'n koopjes-jagende coupon-mom maar heeft wel degelijk dezelfde mentaliteit. Een houding die behoorlijk goed blijkt te werken. Het merendeel van al dat geld is gericht op het vergroten van de partij: ledenwerving, zichtbaarheid, updates over plannen, noem het allemaal maar op.
Zo heeft FVD bij geen enkele verkiezing van die JCDecaux posters laten ophangen maar veel meer met
live-streams gedaan op Facebook, terwijl
D66 en
VVD precies het omgekeerde deden. VVD heeft dan ook een véél groter budget vanwege grote donateurs maar FVD zou weleens in dezelfde vijver kunnen gaan vissen.
Als ze zo efficiënt blijven omgaan met hun inkomsten worden ze voor de andere partijen een nog geduchtere tegenstander dan ze nu al zijn, afgaande op de peilingen.