Naar verwachting komen in maart weer minder kiezers opdagen voor de gemeenteraadsverkiezingen. De moedeloosheid lijkt toegeslagen en dat is niet vreemd.
Uit de peilingen van Maurice de Hond blijkt dat de regeringspartijen
flink zullen inleveren. PvdA en VVD staan samen op 31 zetels. In de
Politiek Barometer van Ipsos doen de partijen het beter. Daar halen ze samen 47 zetels, alsnog een flinke terugval.
Opvallend is dat D66, de Paarse partij bij uitstek, het meeste profiteert van de onvrede over Rutte-II. In beide peilingen komen de Democraten boven de 20 zetels uit. Minder verrassend is dat de PVV van Geert Wilders ook op een verdubbeling zou kunnen rekenen. Hij neemt stellig afstand van het kabinetsbeleid, maar doet, net als in 2010, alleen in Almere en Den Haag mee aan de gemeenteraadsverkiezingen.
Misschien dat dat deels verklaart waarom zo weinig Nederlanders bereid zijn om te gaan stemmen. Minder dan de helft van de stemgerechtigden zou in maart kunnen komen opdagen. In 2010 was de opkomst 54 procent, in 2006 nog 59 procent.
De teruggang is allesbehalve merkwaardig. De burger heeft de afgelopen jaren immers steeds meer het gevoel gekregen dat hij door de politiek niet serieus wordt genomen.
Neem het Burgerinitiatief om een referendum af te dwingen over iedere verdere machtsoverdracht naar Brussel. Dat werd door de meeste politieke partijen
weinig serieus genomen. De meeste politici lijken te denken dat zij wel weten wat goed is voor het land. De toenemende zorgen onder het volk over de schijnbaar onontkoombare federalisering worden weggewuifd. Dat is onderbuikgevoel en ouderwets nationalisme, zo niet erger. Met een beetje pech wordt de verontruste burger als een halve fascist weggezet. Een partij die in eigen land nog af en toe een eurosceptische toon aanslaat, loopt in Brussel achter de grootfederalist Guy Verhofstadt aan. Wat moet je daarmee?
Of neem de verontwaardiging over de lastenverzwaringen die zich blijven opstapelen. Die worden door de partijen ter linkerzijde (en hun vrienden bij de publieke omroep) stelselmatig als 'bezuinigingen' omschreven. De burger wordt aan alle kanten gepakt en hoort vervolgens dat we allemaal wat zuiniger aan moeten doen. Hoezo zuiniger? Het is de overheid die ieder jaar meer geldt uitgeeft dan er binnenkomt. En vervolgens roept de premier burgers doodleuk op een nieuwe auto te kopen, want dat is goed voor de economie.
Logisch dat het vertrouwen in de meeste partijen is gedaald. Voor wie zich niet kan vinden bij de PVV noch de strenggelovige SGP blijft er dan weinig over.