Maar ook het jaar van het wachten op de grote blackout … Een gastbijdrage van Theo Wolters.
De virtuele werkelijkheid: Wat, Wie, Waterloo?
In een
eerdere bijdrage gaf ik aan dat op een aantal gebieden een virtuele politieke werkelijkheid is ontstaan die volledig is losgeraakt van de echte realiteit, maar die wel het beleid en daarmee onze toekomst bepaalt. Maar ook dat die zeepbellen zullen worden doorgeprikt, een aantal waarschijnlijk al in 2015. Een aantal van deze virtuele werkelijkheden zal ik in deze serie 2015 blogs voor u analyseren. Bij elk thema zal ik aangeven waaruit die wereld bestaat, wie hem heeft gecreëerd en in leven houdt, en waardoor hij zal sneuvelen.
Uiteraard is mijn eerste onderwerp de energievoorziening, en ik neem na het “Wat, Wie, Waterloo” alle tijd om u daarover uitgebreid, zelfs zeer uitgebreid, te informeren!
De virtuele werkelijkheid van de duurzame energie. Wat is dat?
Bij de energievoorziening is dat uiteraard de droom dat we binnen enige decennia de fossiele brandstoffen kunnen afschaffen en vervangen door grasgroene diffuse bronnen zoals wind, zon, golf, getijden, osmose, geothermie etc etc. Uiteraard wordt hierbij kernenergie uitgesloten.
Inmiddels bevestigen alle deskundigen off-the-record dat met name de wind op zee plannen uit het energieakkoord enkel een politieke achtergrond hebben, schandalig duur zijn, niks zullen opleveren voor het klimaat, en maar beter niet door kunnen gaan. Dat geldt ook voor heel wat ondertekenaars van het energieakkoord. Maar ze geven aan dat nooit in het openbaar te zullen toegeven: het SER akkoord is in bloed geschreven en volstrekt onaantastbaar. Omdat bijna iedere organisatie in het land en zeker iedereen in de energiewereld zich eraan heeft moeten verbinden, vind je niemand bereid om de olifant in de kamer te signaleren, behalve de groep rond climategate.nl. Op elke brief, blog of krantenartikel dat het energieakkoord ter discussie stelt volgt bij alle organisaties en vooral de tweede kamer een zeer pijnlijke stilte. Behalve bij Reinette Klever van de PVV,
die als rots in de branding standhoudt namens het gezonde verstand, maar consequent wordt genegeerd door alle andere twitterkameraars.
Ik put alleen moed uit de twijfel die toch bezit begint te nemen van de meeste Kamerleden, gezien de
Kamervragen bij de laatste behandeling van het energieakkoord, die totaal anders waren dan de juichende reacties bij de eerste behandeling.
Wie wilde hem?
Laat u niet misleiden: duurzame energie is een streven op zich. Naar gelang de opportuniteit wordt hier als argumentatie klimaatverandering bijgesleept, de veronderstelde eindigheid van de fossiele voorraden, of de ongewenste afhankelijkheid van de sjeiks en Putin. Maar de bijzondere coalitie van verdwaasde idealisten, belanghebbenden, werkelijke klimaatvrezers en politiek gemotiveerden die de mosgroene transitie willen, zijn niet eens zo geïnteresseerd in de motivatie die erbij gegeven wordt, voor hen is het een doel op zich. Vandaar dat de discussie met hen over de noodzaak ervan zinloos is.
Deze bonte coalitie heeft een verbazingwekkende prestatie geleverd. Met name door het tot in het extreme opblazen van de Catastrophic Antropogenic Global Warming dreiging (CAGW) als gevolg van onze CO2 uitstoot zijn ze erin geslaagd bijna de hele westerse bestuurswereld te hersenspoelen en belijden zelfs presidenten en pausen tegenwoordig hun geloof in deze valse leer.
Maar in de praktijk blijkt het hen helemaal niet om klimaat of CO2 te gaan: men wil vooral een extreem groene verduurzaming van de energievoorziening, en grote transfers van geld (100 miljard per jaar!) naar de derdewereldlanden afdwingen. Dat de CO2 uitstoot omhoog vliegt ondanks (en zelfs als gevolg van) duizenden miljarden euro’s aan duurzaam beleid is hoogstens een pijnlijke bijkomstigheid: het plaatsen van windmolens en zonnefarms moet van de groene lobby gewoon blijven doorgaan. De rare constructie van drie parallelle Europese doelstellingen (duurzame energie, CO2 reductie en besparing) werkt duidelijk niet, maar deze terugbrengen naar alleen CO2 reductie is voor de groene beweging absoluut niet bespreekbaar.
Wat wordt het Waterloo?
Maar de kentering heeft al enige tijd geleden ingezet. Met het stilvallen van de economische groei en het inzetten van de afbraak van onze welvaartsstaat met al zijn luxueuze voorzieningen, en een al tien jaar dalende koopkracht van de gezinnen, begint het bij velen te kriebelen. Het is nu nog meer een intuïtie dan een terugkeer van het gezonde verstand, maar het is wel een goede voedingsbodem voor sceptische opvattingen over de duurzame droomwereld. En dat betreft dan Nederland, een van de rijkste landen van Europa. De rest van de wereld heeft helemaal wel wat anders aan zijn hoofd dan miljarden weggooien aan klimaatbeleid!
Dat klimaatbeleid door enkel een paar (nu nog…) rijke landjes in West Europa nooit enig merkbaar effect kan hebben op het klimaat snapt ieder zinnig mens. Ons klimaatbeleid is dus puur symboolbeleid, en ook dat begint door te dringen.
Het keerpunt wordt in Nederland de val van het energieakkoord, als gevolg van het bekend worden van de daling van de koopkracht van de lage en middeninkomens van €500 tot €1000 per jaar die er het gevolg van is, en de dramatische gevolgen daarvan voor onze economie.
De Kamerleden zijn hiervoor inmiddels meerdere malen schriftelijk gewaarschuwd (bijvoorbeeld
hier,
hier en
hier), door zeer vooraanstaande experts, en kunnen geen onwetendheid meer voorwenden. Zo gauw een partij er een politiek issue van weet te maken zal blijken dat niemand in de kamer deze gevolgen voor zijn rekening zal durven nemen en gaat het mes in het akkoord.
Binnenkort flopt ook de klimaatconferentie in Parijs, en kan Europa zonder veel gezichtsverlies zijn duurzame doelstellingen laten varen onder druk van de Oost-Europese landen en de economische crisis in de Eurozone die in 2015 weer de kop op zal steken. Minister Kamp heeft dan geen excuus meer dat “het moet van Europa”, dus ook hij en Nijpels staan dan met lege handen.
Als dit allemaal zo is, waarom is het het energieakkoord dan niet al eerder gesneuveld?
Dat komt doordat de mainstream media hebben liggen slapen. De politici konden ongestraft alles doen wat ze wilden zolang ze maar “duurzaam duurzaam” riepen. Na de spectaculaire draai van de Volkskrant en de Telegraaf in 2014, en een eerste begin van kritische journalistiek bij NRC en zéér onlangs Vrij Nederland en Trouw, kunnen de politici hun borst nat maken. Leg maar eens aan Rutger Castricum uit waarom je het een goed idee vindt om elk gezin €500 tot €1000 per jaar aan koopkracht te ontnemen, zonder dat daar enige baten aan verbonden zijn, anders dan een groen imago voor een paar politici?
De electorale basis
Zoals gezegd is de groene illusie het product van een toevallige coalitie van zeer uiteenlopende partijen, maar in aantal stemmen zijn die verwaarloosbaar.
Ze hebben echter de wind in de rug door de zeer grote groep redelijk tot goed opgeleiden met een vaste baan en een sociaal wereldbeeld. Die drukken hun persoonlijkheid uit door hun keuze voor een in ieder geval politiek correcte en sociaal acceptabele partij. Daaronder valt alles wat links van de VVD staat, inclusief voor sommigen het CDA. Maar helaas valt onder deze groep ook het grootste deel van het actieve VVD kader, dat inmiddels volstrekt losgezongen is van de VVD kiezers.
Elk duurzaam, idealistisch gebracht verhaal gaat er in deze groep (inclusief het VVD kader) in als Gods Woord bij een ouderling, en elk kritisch argument wordt als politiek incorrect weggewuifd.
Daarom is de draai van de Volkskrant en NRC zo essentieel! Deze groep is bij uitstek lezer van deze kranten en zal aanvankelijk flink in de war raken door de kritische artikelen. Maar in tweede instantie zal het op hen de uitwerking hebben dat kritiek op windparken en het energieakkoord blijkbaar wél politiek correct is. Dan is het snel gedaan met het energieakkoord. Onlangs verklaarde
Martin Sommer in de Volkskrant het energieakkoord zelfs al dood, en we helpen hem dat hopen.
De energietransitie van Rotmans, Greenpeace, WNF en Natuur en Milieu
Het energieakkoord wordt wel eens vereenzelvigd met “de energietransitie”. Dat is deels terecht, en daardoor ook uiterst verontrustend. De energietransitie is namelijk een heel wat minder feestelijk en wenselijk fenomeen dan de gemiddelde leek zo uit de term zal afleiden.
Een transitie is namelijk een overgang van een bestaand stabiel systeem naar een nieuw stabiel systeem, waarbij fundamentele onderdelen van het systeem anders ingevuld worden. Zo’n omslag kan behoorlijk turbulent verlopen, want onderdeel van het proces is het sneuvelen van “het oude regime”. Pas dan komt er ruimte voor “het nieuwe regime”.
Bij de energietransitie komt dat neer op het sneuvelen van de oliemaatschappijen en de energiemaatschappijen, waarna er ruimte komt voor het organiseren van de energievoorziening door middel van lokale netwerken gebaseerd op windmolentjes en zonnepanelen, gerund door coöperaties. Dat proces wordt door energietransitie-oppergoeroe Rotmans c.s. gebracht als “het doet even pijn maar dan heb je wél wat! ”
Rotmans is dan ook zeer in zijn nopjes wanneer hij leest dat de waarde van de Europese energiemaatschappijen door de duurzame subsidieprojecten gehalveerd is van 1000 naar 500 miljard euro, en nog steeds in een vrije val zit; een grotere waardeval dan die van de banken op het dieptepunt van de bankencrisis. En dat er een paar energiereuzen de komende jaren gaan omvallen. Hij is de eerste om te roepen dat deze clubs over vijf jaar geen enkel verdienmodel meer hebben. En daarin heeft hij helaas gelijk.
Waarin Rotmans geen gelijk heeft, is dat dan als vanzelf de Groene Heilstaat ontstaat waarin iedereen nog lang en gelukkig leeft onder het “nieuwe regime”. Het beste beeld van de heilstaat die hij beschrijft met lokale voedsel- en energieproductie hebben we uit de vele actiefilms die gaan over de wereld na het instorten van onze beschaving, zoals de Mad Max films.
In de harde werkelijkheid is “het nieuwe regime” het dichtste benaderd door Pol Pot die met zijn Rode Khmer alle mensen de stad uitjoeg omdat ontwikkelde steden niet in zijn rurale idealistische wereldbeeld pasten. Een idyllisch ideaal dat een groot deel van de Cambodjaanse bevolking deed belanden op de “killing fields”.
Er is niemand die een zinnig plan heeft voor een energievoorziening zonder fossiele energie. Het inzetten op een energietransitie zoals in het energieakkoord, zonder realistisch plan, is dan ook volstrekt onverantwoord, zoals ik hieronder zal aantonen.
Het verdienmodel van de energiemaatschappijen Vlak nadat de locale overheden hun regionale energiebedrijven voor de hoofdprijs verkocht hadden aan de grote energiemaatschappijen, als onderdeel van de door de EU geëiste privatisering, begonnen de overheden en datzelfde Europa met het uitvoeren van een drastisch klimaatbeleid. De toenmalige goed werkende energiemarkt wordt door de enorme hoeveelheden gesubsidieerde en dus gratis stroom inmiddels volledig verstoord. Gascentrales zijn al geheel onrendabel, waardoor tientallen miljarden euro’s alleen in Nederland al afgeschreven moeten worden, maar ook kolencentrales zijn bij een toenemend aandeel duurzame energie niet meer rendabel te bedrijven. In
Mannheim hoorde ik van experts dat er binnen enige jaren geen enkele centrale meer rendabel te bedrijven is in Europa.
Niet voor niets betroffen twee van de kamervragen van
René Leegte (VVD) over het energieakkoord onlangs deze problematiek:
Hoe waarborgt de minister de noodzakelijke fossiele reservecapaciteit die voor energiemaatschappijen onrendabel is geworden?
Op welke manier is de minister bezig met scenario’s dat grote energieproducenten failliet kunnen gaan? Komt er dan een redding als bij de banken, of wordt er aan gewerkt dit te voorkomen?
Ik vraag al een jaar bij elke gelegenheid dat ik topmensen uit de energiebedrijven spreek hoe zij hun verdienmodel over vijf jaar zien. Daarop komt geen antwoord. Men prevelt iets van “aan windsubsidies valt in sommige landen nog wel wat te verdienen” maar van een zinnig verdienmodel is geen sprake meer. Door de overvloed aan gratis subsidiestroom gaan de centrales al aan zodra de brandstofkosten gedekt worden, en komt er dus nooit een moment dat de prijs hoog genoeg is om ook de investeringen af te kunnen schrijven.
Normaliter is dat een tijdelijke situatie, omdat er dan door marktwerking capaciteit uit de markt genomen wordt tot de prijzen weer omhoog gaan in een nieuw evenwicht. Maar door de steeds maar toenemende gratis subsidiestroom is dat evenwicht nu onmogelijk.
Daarnaast is het ook niet wenselijk, want wanneer het niet waait en de zon niet schijnt, moet de volledige vraag nog steeds door fossiele centrales kunnen worden opgewekt. Al die volstrekt onrendabele centrales mogen dus niet dicht.
Tegelijkertijd veranderden de elektriciteitsbedrijven van ingenieursclubs die uitstekend samenwerkten met als hoofddoel om iedereen een extreem betrouwbare stroomvoorziening te kunnen garanderen, in harde concurrenten die bestuurd worden door marketingmensen en elkaar zoveel mogelijk vliegen afvangen.
Deze twee ontwikkelingen vormen een uiterst giftige combinatie.
Ik mag het natuurlijk eigenlijk niet zeggen, maar ….
Al een tijdje hoor ik dit in de wandelgangen bij energiesymposia als ik met topmensen uit de energiewereld spreek, en ook in
Mannheim was het het besluit van menig gesprek. De ingezette transitie naar een onbestemde duurzame toekomst heeft de energiemarkt dusdanig diep verstoord dat de energiemaatschappijen ernstig moeten vrezen voor hun voortbestaan. Het komt erop neer dat de energiemaatschappijen hun volledige bezit moeten afschrijven, de meeste centrales voortdurend stil moeten leggen, en maar moeten zien hoe ze nog een paar mensen aan het werk kunnen houden met marketing activiteiten.
De elektriciteitsmaatschappijen worden zoals gezegd niet meer geleid door ingenieurs maar door marketeers, en ze vechten voor hun voortbestaan, zonder daar de gereedschappen voor in handen te hebben. Denkt u dat zij zich nog verantwoordelijk voelen voor de betrouwbaarheid van uw stopcontact? Bedenk wel dat deze bedrijven ook nog eens door Merkel zwaar gedupeerd zijn door de gedwongen sluiting van de Duitse kerncentrales, zonder compensatie van de verliezen. Als je niet weet hoe lang je de deurwaarder nog buiten de deur kunt houden, heb je wel wat anders aan je hoofd dan het voorkomen van problemen voor anderen.
Maar als deze clubs zich niet meer verantwoordelijk voelen voor uw stroomvoorziening, wie is dat dan wel? Minister Kamp? Ed Nijpels? Greenpeace c.s.? Jan Rotmans?
Als ik de energie topmensen op de man af vraag hoe ze dan hun verantwoordelijkheid zien om ervoor te zorgen dat er altijd een betrouwbare stroom voorziening is, krijg ik eerst een veelbetekenende blik, en als ik dan vraag “nou?” dan komt bovenstaande opmerking: “Ik mag het natuurlijk niet zeggen, maar er gaat natuurlijk een keer een grote blackout komen, en misschien worden de mensen dan eindelijk wakker”.
Geen verdienmodel = blackout
De meeste insiders verwachten dat een flinke black-out wel eens een stevig shock-effect zou kunnen hebben op de burgers, die dan wellicht van de overheid gaan eisen dat die stopt met de overhaast ingezette energietransitie, zonder goed plan.
Dat is niet een eenmalige opmerking van een enkele gefrustreerde steenkoolliefhebber, maar inmiddels het overheersende antwoord dat ik krijg. In Mannheim werd het zelfs openlijk door enige sprekers gesteld, en zag men een ernstige blackout als de enige hoop voor een ander beleid waarin er ook met een stabiele stroomvoorziening rekening gehouden zou worden.
Wat zijn de gevolgen van een blackout?
Dat hangt heel erg af van hoe hij verloopt.
Een kwartiertje is meestal lastig maar niet zo’n groot probleem. De laptop doet het nog, en kaarsen zijn best gezellig. Hopelijk is er bij het instorten en weer opstarten van het net geen spanningspiek geweest die alle elektronica vernietigd heeft, anders is het meteen al raak.
Een uurtje of drie is vergelijkbaar met een kwartier maar met daar bovenop een geboortegolf na een maand of negen.
Daarna beginnen de problemen, vooral ‘s winters: de CV pomp draait niet meer, dus je verwarming valt uit. Dat gaat bij een landelijke storing van een uur of tien op een erg koude dag (en dat is nou net wanneer de kans op een blackout het grootst is) al een flink aantal aan onderkoeling overleden ouderen opleveren.
De diepvriezers ontdooien; betaalsystemen werken niet meer; alles waar een link met internet bij zit stopt, zoals tegenwoordig ook de meeste telefoons; het GSM netwerk ligt plat; winkels gaan dicht. Verder hebben ziekenhuizen wel noodvoorzieningen maar die worden zo zelden gebruikt dat we niet zeker weten hoe lang dat goed gaat. Na een paar dagen rijden er geen auto’s meer, want ook benzinestations werken niet meer; kunnen de hulpcentrales niet meer bemand worden, breken er onrusten uit, en al snel wordt het “ieder voor zichzelf”.
Dat lezen we allemaal in een onlangs uitgelekt rapport over wat Engeland te wachten staat bij een flinke black-out, en dat maakt een lachertje van de meeste rampenfilms. Allemaal dingen waar je niet meteen aan denkt, maar die wel zullen gebeuren. De opstellers hebben erg goed nagedacht!
In Engeland is de productiecapaciteit zo sterk gedaald dat men echt problemen voorziet. Men heeft daarom al een miljard uitgegeven aan een veiling voor noodcapaciteit deze winter. Het rapport maakt in de UK flink indruk. Ook in België vreest men voor een stroomtekort omdat er onverwacht teveel kerncentrales zijn afgeschakeld.
Voor Nederland verwacht ik vooralsnog geen langdurige blackouts vanuit de eigen situatie. We hebben een flinke overcapaciteit staan die in noodgevallen opgestart kan worden. Een langdurige storing zou uit de distributie moeten komen: bijvoorbeeld als gevolg van meerdere doorgebrande transformatoren of hoogspanningsleidingen als gevolg van de problemen buiten onze grenzen, die via ons net worden gejaagd en dat kunnen verstoren of opblazen.
Aldus Theo Wolters.
Wordt vervolgd.
Voor mijn eerdere DDS-bijdragen zie
hier.