In Davos is vandaag weer het duurste praatclubje ter wereld begonnen. Natuurlijk is het een “praatclubje” in de zin dat daar wordt “gepraat”. Maar gepraat wordt ook in het Nederlandse parlement. Het Nederlandse parlement daarom als “praatclubje” bestempelen, zou op zijn minst misleidend zijn. Maar ook het WEF om die redenen een “praatclubje” noemen, is misleidend. Het gaat om veel meer dan alleen praten.
Misschien moeten we zeggen dat het WEF, maar ook het Nederlandse parlement “klankbordgroepen” zijn voor onze regering: het zijn gesprekspartners voor onze regering. Toch zijn er enkele verschillen tussen het WEF en onze regering die ertoe doen. Zelfs fataal zijn voor onze democratie.
WEF-leiding niet gekozen
1 Wie zitting nemen in het Nederlandse parlement bepalen wij, burgers van Nederland. We doen dat middels verkiezingen. Daardoor vormt het Nederlandse parlement een afspiegeling van de verscheidenheid van de Nederlandse samenleving. We noemen dat “democratie”.
Het WEF kent geen verkiezingen. De mensen bij het WEF zijn geselecteerd door de leiding van het WEF. Het WEF benoemt de mensen die mogen komen zoals Hendrik de VIII zijn hofhouding koos. Of de Romeinse keizers.
Diversiteit aan opvattingen
2 Vanwege de pluriformiteit van meningen die vanzelf ontstaat als je de samenstelling van het parlement laat bepalen door verkiezingen kan in het parlement een botsing van meningen plaatsvinden. Volgens sommigen is dat de beste garantie voor waarheidsvinding. “Du choc des opinions jaillit la vérité”:
uit de botsing der meningen ontspringt de waarheid.
Het WEF is niet pluriform. De groep filmsterren, popartiesten, wetenschappers, topambtenaren, regeringsleiders, royalties, CEO’s die daar samenkomt deelt reeds één wereldbeschouwing, ideologie, manier van denken. Namelijk dat natiestaten die tevens democratieën zijn (met stemrecht voor de burgers van die staten) een “gepasseerd station” vormen. Men acht dat “ouderwets”.
Plutocratie, bureaucratie
3 De klankbordgroep die het WEF in Davos bijeen brengt, is in ieder geval niet op de principes van democratie gebaseerd. Waarop wel? Voorzover topambtenaren daar mee kunnen praten is het een bureaucratie: een regering door ambtenaren. Maar de positie van de superrijken maakt dat het WEF trekken heeft van een plutocratie: een regering door de rijken.
De Nederlandse democratie volgens de Grondwet
4 De Nederlandse democratie volgens de Nederlandse grondwet (art. 42, lid 2) is een systeem dat is gebaseerd op de centrale positie van Nederlandse ministers. Ministers leggen verantwoording af aan het parlement. Niet aan het WEF. Niet aan de NPO. Niet aan hun vrouw en kinderen. Niet aan Ons Lieve Heer. Maar aan het parlement. Een parlement dat door ons, burgers van de natiestaat Nederland, is samengesteld.
Het verval van de democratie
5 Die Nederlandse democratie is in verval. Niet door een expliciete verandering van de Nederlandse grondwet, maar doordat het gedrag van onze journalisten, onze regeerders, ook onze parlementariërs zelf, is veranderd. We dragen impliciet, sluipenderwijs, bevoegdheden over. Toen Cesar de Rubicon overtrok was de macht van de senaat gebroken. Daar kwam geen wetswijziging aan te pas. De werkelijkheid was door die daad zelf veranderd. Zoals Cesar zichzelf ook realiseerde (Alea iacta est).
Paul Cliteur is de schrijver van Tegen de decadentie: de democratische rechtsstaat in verval (2004): https://boeken.cafe/bigstorage/winkelbestanden/nieuws/9789029509787-568.pdf