Afgelopen vrijdag pleitte ECB president Draghi voor een versoepeling van de begrotingsregels voor eurozonelanden. Verrassing of voorspelbaar? Nu deel 1, vanmiddag volgt deel 2.
De ECB-president sprak op een informele bijeenkomst in het rustieke conferentieoord 'Jackson Hole' in de Amerikaanse staat Wyoming, waar het neusje van de zalm uit de monetaire wereld bijeen was om de 'toestand in de wereld' met elkaar door te nemen. Voor velen kwam die aankondiging van Draghi als een verrassing, maar voor ons niet.
De kwestie in een notedop: veel mensen (analisten, economen, politici) zijn van mening dat de ECB nu hetzelfde zou moeten doen wat de FED (het stelsel van Amerikaanse centrale banken, red.) de afgelopen jaren in de VS heeft gedaan: het vol opendraaien van de geldkraan onder het gelijktijdig (extreem) laag houden van de rente. Voorstanders daarvan voeren aan dat het beleid van de FED immers heeft gewerkt: de werkloosheid is gedaald, de economie groeit weer en de dollar heeft zich staande weten te houden. De eurozone daarentegen kampt met een (record) werkloosheid, negatieve economische groei en een voor Zuid-Europa (te) sterke koers van de euro, waardoor de export aldaar richting landen buiten de eurozone bemoeilijkt wordt.
Als remedie zou de ECB dan de geldkraan vol moeten openzetten en zou met name het belangrijkste eurozoneland, Duitsland, haar overheidsinvesteringen fors moeten opvoeren. Ook zouden de lonen in Duitsland (en Nederland) fors moeten worden verhoogd om de koopkracht te verbeteren, zo is de gedachte. Onze visie hierop is, dat die gedachte berust op een verkeerde analyse van de economische werkelijkheid en dat het effect op termijn juist het tegenovergestelde zal zijn van wat wordt beoogd. Het zal leiden tot (excessieve) import van inflatie uit het buitenland. De historisch lage rente is bovendien desastreus voor onze spaarders en pensioenbeleggers en alles bij elkaar leiden de maatregelen tot koopkrachtdaling en welvaartsverlies. Zo moet het dus niet.
Laten we ook niet vergeten wat de oorspronkelijke (Duitse en Nederlandse) uitgangspunten van de monetaire unie waren. Al deze uitgangspunten zijn stukje bij beetje (de bekende EU-salami taktiek) omgebogen in de richting van de wensen van Latijns Europa. Leest u maar even mee:
(1) Om te beginnen zou de ECB een politiek onafhankelijke centrale bank zijn, maar dat is een misvatting gebleken;
(2) Ten tweede zou volgens 'Maastricht' (waar de basis werd gelegd voor de euro en de ECB, red.) elk land verantwoordelijk zijn voor zijn eigen schulden en nimmer voor de schulden van andere lidstaten (no bail out clausule nr 1, red.);
(3) Ook zou er geen sprake zijn van monetaire financiering door de ECB van nationale staatsschulden (no bail out clausule nr 2);
(4) Bovendien zou elk land financieel verantwoordelijk zijn voor de soliditeit van haar eigen bankenstelsel, inclusief de dekking voor een depositogarantiestelsel (no bail out clausule nr 3);
(5) De taak van de ECB zou zich beperken tot het bewaken van de prijsstabiliteit, het structureel laag houden van inflatie;
(6) Daarvoor is een gematigde loonontwikkeling noodzakelijk en dus niet het laten ontsporen daarvan zoals in de zuidelijke periferie is gebeurd na invoering van de euro (waar was de ECB toen?);
(7) Ook was afgesproken dat de euro een harde munt zou worden;
(8) Bovendien zouden de 'Maastricht-criteria' met betrekking tot de maximale staatsschuldquote uitgedrukt als percentage van het BBP (60%, red.) en het maximale begrotingstekort van maximaal 3% van het BBP gehandhaafd worden;
(9) Het beleid zou gericht zijn op continue hervormingen en innovaties voor een sterke munt, met revaluatie ten opzichte van het buitenland (en dus binnenlandse koopkrachtverbetering);
(10) En tot slot als laatste, zou de ECB zich nimmer rechtstreeks met de Europese politiek en democratie bemoeien (maar dat bleek, zoals we gezien hebben een totale illusie).
Inmiddels zijn al deze uitgangspunten met voeten getreden ten faveure van de Zuidelijke landen en op kosten van de Noordelijke landen (bilaterale leningen, garantstellingen via diverse noodfondsen, LTRO's, OMT, Bankenunie, eurobonds, und so weiter). Sinds 2010 sputtert Duitsland en haar Bundesbank wel steeds tegen, maar gaan -als puntje bij paaltje komt- uiteindelijk elke keer weer door de knieën: der Euro muss sein. Over Nederland en haar DNB zullen we het maar helemaal niet hebben, want sinds Klaas Knot het stokje van Nout Wellink heeft overgenomen bij DNB en in het ECB-bestuur, stemt DNB gewoon met de zuidelijke eurolanden mee. Je vraagt je soms werkelijk af of Klaas Knot wel door heeft wat er gaande is... De Nederlandse belastingbetaler kan wel zijn eigen banken redden (ABN Amro/Fortis, SNS, ING) en mag vervolgens samen met de Duitse belastingbetaler ook nog eens de Spaanse, Griekse en Portugese banken redden; en de Franse en Italiaanse banken komen er nog aan. En als het aan de zuidelijke eurozonelanden ligt gaan wij ook nog eens de
werkloosheidsuitkeringen, pensioenen en begrotingstekorten van de zuidelijke eurolanden betalen middels een permanente transferunie van Noord naar Zuid. Kostenplaatje: 75 miljard per jaar voor Duitsland en circa 18 miljard voor Nederland. Per jaar. (Volgens gewezen monetair econoom van de EC, Bernard Connolly zijn de bedragen overigens nog veel hoger, te weten 170 mrd, respectievelijk 42 mrd., per jaar wel te verstaan, maar dit terzijde). Kortom,
wanneer worden Duitsland en Nederland eindelijk eens een keer wakker?Hier vindt u een overzicht van mijn columns en u kunt mij hier volgen op Twitter.