'Spanje en Italië zijn na de euro geweldig gemoderniseerd', wat is dat voor gelul?

Geen categorie13 jun 2014, 17:44

Die Meindert Fennema toch, nu doet ie het wéér. Schreef hij in een eerdere column Thierry Baudet onterecht ongenuanceerdheid toe, nu krijgt oud DDS Finance columnist Harrie Verbon ervan langs.

In zijn column van vandaag met de tot de verbeelding sprekende kop 'Zuid-Europese landen hun eigen munt terug? Wat is dat voor gelul?', meent onze politicoloog meer te weten over monetaire economie, dan de hoogleraar Openbare Financiën. Nu kan dat soms het geval zijn, maar meneer Fennema laat zich hier nu voor de tweede keer kennen als de spreekbuis van policor Nederland. Als Fennema zegt dat 'Spanje en Italië sinds de invoering van de Euro geweldig gemoderniseerd zijn', dan kletst hij uit zijn nekharen.

Fennema zegt erbij dat hij in een van die landen gewoond heeft. Dat treft, ik ook. Maar ik zou weleens willen weten hoelang het geleden is dat Fennema voet op Spaanse bodem heeft gezet. Heeft hij de spooksteden rond Madrid en elders waargenomen? Of het totaal verlaten gloednieuwe vliegveld daar? Aangelegd met Europees geld. Of de lege Spaanse snelwegen? Eveneens volkomen nutteloos aangelegd met Europees geld.

Onze politicoloog heeft het wijselijk ook niet over de volkomen archaïsche politieke structuur van het land. In plaats dat hij dáár een column aan wijdt (dat is tenslotte zijn vakgebied), schrijft hij over monetaire economie. Maar ook wat Fennema daarover beweert klopt maar half.

Laat ik maar beginnen met het punt waarmee ik het eens ben, dat is wel zo aardig. Fennema haalt europarlementariër Derk Jan Eppink aan, die zegt dat de Franse en de Italiaanse elites niet bereid of in staat zullen zijn om de noodzakelijke hervormingen door te voeren. 'Structurele hervormingen is een proces van lange adem. Het is twijfelachtig of Italianen dat nog lang volhouden en of Fransen het wel willen.' Dát ben ik grotendeels met Fennema eens, de rest van zijn column is een onvolledige weergave van de werkelijkheid en daardoor schetst hij een vals en onjuist beeld, dat ik bij deze zal corrigeren.

Laat ik, tegen mijn gewoonte in, eens even heel flauw doen. Fennema beweert in zijn betoog, 'dat volgens de laatste cijfers de Italiaanse export zelfs met 10 procent zal groeien', daarbij verwijzend naar een bericht uit DFT van mei 2013 (!).  Laatste cijfers meneer Fennema? Zullen we eens kijken of die Italiaanse export inderdaad met 10 procent is gegroeid, zoals Fennema beweert? Wat blijkt? Uit een -technische- studie van nota bene de Europese Commissie uit december 2013 blijkt, dat de Italiaanse economie vèr achter blijft bij die van de gebruikte referaatlanden Oostenrijk-Nederland-Luxemburg. Weliswaar minder dan Portugal en Spanje, om over Griekenland maar te zwijgen, maar niettemin. Ik heb speciaal déze studie genomen, omdat er tevens uit blijkt, dat als je wel structurele hervormingen doorvoert er inderdaad sprake kan zijn van een fenomenaal herstelvermogen. En daar wringt de schoen, want dat gaat dus niet gebeuren, anders was het allang gebeurd. Sterker, Monti verloor vorig jaar februari de verkiezingen op dramatische wijze, vooral omdat de Italianen diens ingezette hervormingen méér dan zat waren. De partij van de clowneske Beppo Grillo werd vanuit het niets de grootste winnaar.

In andere publicaties over de Italiaanse economie blijkt, dat economische hervormingen in het land vrijwel onmogelijk zijn. [Zie bijvoorbeeld hier en hier en hier en hier en hier]. Onder andere door de politieke (!) structuur van het land, waar zowel in de Italiaanse Tweede als Eerste Kamer meerderheidsbesluiten nodig zijn. In onderstaande tabel wordt duidelijk, dat het gekwakkel van de Italiaanse economie met name vanaf eind 2011 aan de gang is. Ook in 2013 en 2014 is de groei negatief, zelfs in absolute termen, ondanks dat sinds kort prostitutie en drugshandel meetellen in het BBP. Kijkt u maar even mee:

Wat echter niet daalt is de Italiaanse werkloosheid. Beelden zeggen vaak meer dan woorden:

Bijna één op de acht Italianen zit werkloos thuis. Ik citeer hier uit het Business Blog van The Guardian van 15 mei jongstleden, nog geen maand geleden dus:

"Italian GDP fell by 0.1% in the first quarter of the year, dashing hopes of 0.2% growth. That's an alarming development. Today's data means it has contracted by 0.5% over the last year. For all the talk of European recovery, Italy is still in a mess."

'Italië is nog steeds een mislukking (mess)'. Veel duidelijker kun je het niet voorgezegd krijgen dunkt me. Maar laten we eens kijken wat Fennema nog meer te melden heeft tegenover Verbon. Hij schrijft, en ik citeer:

"Devaluatie van de eigen munt zou 'automatisch tot lagere prijzen leiden en dus de exportpositie van die landen kunnen verbeteren zonder al te grote verstoringen.' Wat is dit voor gelul? Als je je munt devalueert dalen niet alleen de prijzen maar ook de lonen en daalt dus het besteedbaar inkomen net zo goed als nu. (...) Bij devaluatie van de eigen munt blijven hervormingen achterwege. Dan daalt de koopkracht van de loonafhankelijken, verdampt het spaargeld van de middenklasse en blijkt dat de vermogensbezitters die hun geld in het buitenland belegd hebben."

Het is waar dat monetaire devaluatie een paardenmiddel is, dat ben ik met Fennema eens. Maar dat is de interne devaluatie die nu op last van Brussel wordt doorgevoerd ook. Ook wordt daarmee niet de structurele fout, die aan de eurozone ten grondslag ligt, de one-size-fits-all eenheidsmunt en eenheidsrente opgelost. Bovendien leiden de tamelijk willekeurige prijs- en loonverlagingen in die landen tot zulke grote economische verstoringen dat de bestedingen vrijwel tot stilstand zijn gekomen, met deflatie als gevolg, zoals Verbon ook terecht opmerkt in diens column. Wat Verbon wel verzuimt te vermelden (of wellicht is het weggelaten door de Volkskrant redactie) is, dat een succesvolle monetaire devaluatie gepaard moet gaan met de noodzakelijke hervormingen van de economie. Maar waarom zouden die hervormingen dan nu wel lukken, hoor ik u vragen? Omdat dan de bevolking niet direct de klos is en de economie zich direct kan herstellen.

Het is bovendien maar de vraag of in dat geval een torenhoge inflatie optreedt die de spaarders treft, zoals Fennema schrijft. Wie kijkt naar de gevolgen van het huidige beleid voor de middenklasse in Europa en de tegoeden van de spaarders ziet een verdwijnende middenklasse en een ongekende roof van spaargeld. Het IMF en de EC hebben zelfs gepleit voor een Global Wealth Tax van tien procent. Los daarvan, als een economie zich na een monetaire devaluatie herstelt door weer concurrerend te worden met het buitenland, dan worden er weer banen geschapen, winst gemaakt, werkgelegenheid gecreëerd. Het verdien- en dus ook terugbetaalvermogen van het betreffende land stijgt. Dat zal ook weer (buitenlandse) investeerders aantrekken. Het risico van kapitaalvlucht wordt dan ook kleiner. Kortom, er ontstaat een krachtiger economie dan de kwakkeleconomie van voorheen. Economische groei zal duurzaam blijken en dan is men, ook in de politiek, gemakkelijker geneigd de noodzakelijke hervormingen door te voeren. Immers, men heeft weer perspectief. Op de wijze waarop dat nu wordt afgedwongen creëert men slechts verzet. Zowel van de burger als het bedrijfsleven.

Overigens wijst Verbon nadrukkelijk naar The Matheo Solution (TMS) van André ten Dam, die alle genoemde nadelen van monetaire devaluatie in één klap neutraliseert. Maar dat geheel terzijde hoor.

Hier vindt u een overzicht van mijn columns en u kunt mij hier volgen op Twitter.

Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten