De christelijke partij kan haast onbedoeld een breder publiek aantrekken.
Historicus Remco van Mulligen vertelde onlangs op ThePostOnline over zijn onderzoek naar de opkomst van christelijke instituten als de EO en de ChristenUnie. Een deel van dit onderzoek gaat over een theorie van de socioloog Steve Bruce. Deze theorie houdt in dat christelijke bewegingen in het westen steeds vrijzinniger worden, mede omdat orthodoxere mensen binnen die bewegingen zich afscheiden en nieuwe bewegingen beginnen, die op hun beurt weer geleidelijk vrijzinniger worden. Van Mulligen constateert dat dit bij de ChristenUnie aan het gebeuren is: een deel van de achterban kan het steeds beter vinden met het meer uitgesproken geluid van de SGP.
De SGP is echter ook onderhevig aan vrijzinnige ontwikkelingen, al uiten die zich op een compleet andere manier. Zouden er kansen liggen voor de SGP als een bredere, rechts-conservatieve partij? Het lijkt er haast wel op. Uit analyse van de afgelopen europarlementsverkiezingen blijkt bijvoorbeeld dat niet alleen ChristenUnie-stemmers flirten met de SGP: ook vanuit het CDA is er aanwas. Dat is interessant omdat het CDA een veilige middenpartij is, en de SGP zo marginaal als maar kan. Blijkbaar is de SGP toch acceptabel genoeg om een stem aan te verlenen.
Andersom werkt het ook: al jaren zijn er gegevens die uitwijzen dat er een bescheiden uitruil is tussen de PVV en de SGP, zeker als het om beleid omtrent de islam gaat. In 2007, toen de PVV nog een jonge partij was met een consistent rechts programma, zowel sociaal-conservatief als economisch liberaal, is er onderzoek gedaan naar de opvattingen van kiezers van zowel de PVV als de SGP. Toen bleek dat 10 tot 15 procent van de SGP-stemmers het ‘’vaak tot altijd’’ eens was met Wilders. Op issues omtrent de islam was dat percentage nog hoger: bijna evenveel SGP-stemmers als PVV-stemmers bleken bijvoorbeeld voorstander te zijn van het verbieden van de Koran.
Ondertussen zijn we zeven jaar verder en is er politiek gezien veel veranderd. De PVV heeft zich vastgelijmd in de oppositiebanken en probeert met een grote mond zoveel mogelijk druk uit te oefenen op de andere partijen. De VVD stelt teleur in het kabinet Rutte II, maar de VVD-kiezer heeft vaak geen idee wat het beste alternatief is. Iemand die van de PvdA weg wil heeft het makkelijker. Vind je de PvdA te ‘neoliberaal’? Ga dan naar de SP of GroenLinks. Vind je de PvdA een vastgeroeste, dogmatische partij? Ga naar D66. Waar moet de verweesde VVD’er heen? Naar de PVV, het CDA of D66? Bij alledrie zijn er kanttekeningen te plaatsen, zeker voor de kiezer in de conservatieve hoek, die de PVV te links, het CDA te draaierig en D66 (veel) te progressief vindt.
Dit gat op rechts is al door veel mensen geconstateerd. Libertariërs proberen het sinds de verkiezingen van 2012 te vullen, met als meest succesvolle poging het halve procent dat Artikel 50 haalde bij de Europarlementsverkiezingen van eerder dit jaar. Hero Brinkman heeft de ‘’all-stars’’ van de Nederlandse kleinrechtse politiek al bij elkaar geprobeerd te krijgen, inclusief net-niet Iron Lady Rita Verdonk , maar het mocht niet baten. Brinkman wil nu een nieuwe poging doen met een ondernemerspartij en de enthousiaste PVV-dissidenten Van Klaveren en Bontes gaan eveneens proberen om het rechtse El Dorado te vinden. Toch rest de vraag: heeft de conservatieve kiezer wel zin in zulke politieke avonturen?
Dan is daar de SGP: een stabiele partij met een uitgesproken conservatief gedachtengoed, die al jaren betrouwbare dienst levert in de Nederlandse politiek. Het hek is reeds van de dam: de SGP heeft immers al een flinke toestroom uit het politieke midden in de vorm van CDA’ers, zoals te zien was bij afgelopen EP-verkiezingen. Daarnaast is de partij steeds minder makkelijk weg te zetten als poldertaliban: het controversiële standpunt dat vrouwen geen politiek ambt mogen bekleden is binnen de partij met een overweldigende meerderheid verworpen. De eerste SGP-vrouw neemt inmiddels zitting in de gemeenteraad van Vlissingen, met succes: ze is zonder meer even conservatief als mannelijke SGP-politici.
Dit soort veranderingen schept ruimte voor de SGP om een breder electoraat dan slechts gereformeerde christenen aan te trekken. De propositie is een rechts-conservatieve partij die bewezen betrouwbaar is, ordinair ‘’waan van de dag’’-populisme afkeurt en de inhoud opzoekt, niet bang is conservatieve standpunten in te nemen over bijvoorbeeld abortus en de doodstraf en ook nog eens genuanceerd kritisch is over de islam en de EU. De SGP heeft een sluimerend potentieel om een bredere conservatieve beweging te huisvesten. Wat de partij nu rest is een campagne om op de radar van die verweesde rechtse kiezer te komen.