De Syrische rebellen zijn geen lieverdjes, maar laten we niet vergeten dat Assad het conflict in zijn land doelbewust heeft geëscaleerd.
Collega Herman
schreef gisteren dat hij er met zijn verstand nog altijd niet bij kan dat opstandelingen in Syrië de Nederlandse pater Frans van der Lugt hebben vermoord. Hoe ziek ben je, vroeg hij zich af, als je een vredelievende man van in de zeventig uit zijn huis sleept en vervolgens door het hoofd schiet? Tel daar de vele gruweldaden die door islamisten in het land zijn begaan bij op en je kan weinig tot geen sympathie voor de opstand opbrengen. Dan liever Assad? Voor de burgeroorlog begon "was het niet enkel rozengeur en maneschijn" in Syrië, weet ook Herman, "maar Van der Lugt hoefde niet te vrezen voor zijn leven."
Dat is waar, maar het is dezelfde Assad die de situatie heeft geschapen waarin Van der Lugt kon worden vermoord. Zelfs toen er nog enkel sprake was van vreedzame protesten tegen zijn dictatuur, sprak de Syrische leider al over terroristen en buitenlandse strijders die in Syrië actief zouden zijn. Dat de onderdrukking van vooral de soennitische meerderheid in Syrië een rol speelde in de protesten werd destijds door de regering niet erkend. Het regime probeerde de onrust van begin af aan met een harde hand neer te slaan. Van begin af aan richtte het regime zich ook vrijwel uitsluitend op soennieten en zo werden de spanningen tussen de verschillende bevolkingsgroepen in Syrië doelbewust op scherp gezet.
Een episode uit juni 2012, toen de burgeroorlog net een jaar oud was, toont dit duidelijk aan. Internationale waarnemers bezochten destijds het dorpje al-Qubair, ten noorden van de stad Hama. Een verslaggever van de BBC reisde met de waarnemers mee en
beschreef het bloedbad dat ze daar aantroffen, minder dan twee dagen nadat regeringstroepen en alawitische krijgers die zich de
Shabiha noemen een aanval hadden uitgevoerd. Huizen stonden nog altijd in brand, bloed stroomde letterlijk door de straten, de geur van verbrand vlees hing in de lucht. De slachtoffers waren zonder uitzondering soennitische burgers, uitgemoord door de aanhangers van Assad.
Een week eerder waren ook tal van soennieten in het plaatje Houla
uitgemoord. Onder hen veertig kinderen. Ook dat was het werk van de
Shabiha.
Soortgelijke slachtpartijen hadden later in andere dorpen plaats, vooral in het berggebied dat de noordwestelijke kuststrook van Syrië, waar de meeste alawieten wonen, scheidt van de rest van het land.
Geen wonder dat de opstand tegen Assad zo is geradicaliseerd. De strategie van Assad was kwaad bloed te zetten bij de soennieten opdat hij met een stalen gezicht kon beweren dat hij niet tegen de meerderheid van zijn eigen volk, maar uitsluitend tegen 'terroristen' vocht. Twee jaar geleden begreep iedereen dat dat onzin was. Nu heeft hij gelijk. Maar alleen omdat hij het er zelf naar heeft gemaakt.
Dat rechtvaardigt natuurlijk geenszins het barbaarse optreden van de islamisten, waarvan de moord op Van der Lugt slechts het laatste voorbeeld is. Laten we echter ook niet in de val van Assad trappen en denken dat hij het enige alternatief is.