1. Home
  2. Schrapping vrijheid van godsdienst kwestie van tijd

Schrapping vrijheid van godsdienst kwestie van tijd

Geen categorie21 sep 2011, 11:29
Argumenten voor schrapping artikel 6 Grondwet veel sterker dan die voor behoud.
Onlangs schreef ik een stukje waarin ik het schrappen van de vrijheid van godsdienst uit de Grondwet bepleitte. Aanleiding daarvoor was een opinieartikel in de Volkskrant waarin de waarde van de vrijheid van godsdienst weer eens met het oude vertrouwde argument dat religie toch echt heel belangrijk is voor de gelovigen zelf. Daarop schreef ik dat dat slechts een argument voor gelovigen zelf was, maar niet-gelovigen niet zal kunnen overtuigen. Toevalligerwijs verschenen er kort na mijn stukje nog twee andere artikelen waarin eenzelfde pleidooi werd gehouden.
Ten eerste schreef Maarten Koning, voorzitter van de Jonge Democraten, nota bene op Joop.nl een stuk met de titel 'Schaf de vrijheid van godsdienst af'. Meest interessante punt uit zijn betoog vond ik het praktische probleem waarvoor de gecodificeerde vrijheid van godsdienst rechters stelt:

Toch wordt de scheiding tussen kerk en staat door de vrijheid van godsdienst juist verzwakt, omdat deze wet veronderstelt dat de overheid kan bepalen of een bepaalde praktijk al dan niet religieus van aard is. Ter illustratie, ten tijden van de invoering van het rookverbod in de horeca werd er een rokerskerk opgericht. De oprichters stelden dat het roken van tabak onderdeel was van hun geloofsbelijdenis. Zij deden zodoende een beroep op de vrijheid van godsdienst om te voorkomen dat zij niet meer mochten roken in cafés die zich zouden uitgeven voor rokerskerk.

De rechter besloot uiteindelijk dat de rokerskerk niet als religie kon worden aangemerkt, maar hierdoor wordt wel duidelijk dat het kennelijk de staat is die bepaalt of een uiting al dan niet religieus is. Dit is in strijd met het uitgangspunt dat de staat zich juist niet moet inmengen in religieuze vraagstukken.

Een aantal dagen later verscheen er een stuk van Marcel Duyvestijn, zelfverklaard 'liefdevol' PvdA-lid, en Thijs Kleinpaste, deelraadslid D66 Amsterdam Centrum, (lees van zijn hand ook 'Echte liberalen verbieden de boerka') het stuk 'God heeft geen wet nodig'. Meest interessante argument daaruit vind ik het volgende citaat:

Als Godsdienst echt een hogere waarheid is, eentje bovendien die onweerlegbaar en onontkoombaar is – en dus niet afhankelijk van je persoonlijke voorkeuren – dan zou het op zijn minst buitengewoon vreemd zijn om daartegen te rebelleren. Alsof je een auto ‘fiets’ noemt, om geen parkeergeld te hoeven betalen. Niemand die dan zegt: “Als jij het een fiets vindt, is dat ook goed, laat die parkeermeter maar links liggen.” Het recht op afvalligheid wordt bovendien een merkwaardige constructie. Je kunt immers niet uit de waarheid of werkelijkheid treden.
 
Het grote idee achter de Vrijheid van Godsdienst zelf is nu juist dat er iets te kiezen valt. Dat je van je geloof af kunt stappen of tot een andere kerkgemeenschap toe kunt treden. Daarmee geeft de wetgever zelf al aan dat de keuzevrijheid voorop staat en wat ‘waar’ is er in feite niet toe doet, omdat we accepteren dat we het nog niet zo zeker weten. De wetgever zegt daarom: Mensen moeten het lekker zelf bedenken. Juist daarom is het vreemd dat de Nederlandse wet onderscheid blijft maken tussen Godsdienst en levensbeschouwing enerzijds en de vrijheid van mening en gedachte anderzijds. Zij zijn immers gelijkwaardig.

U ziet het: de argumenten voor schrapping blijven zich maar opstapelen, terwijl de argumenten voor behoud van het artikel zich beperken tot '(historisch) sentimentalisme'. Het lijkt dan ook niet langer de vraag of de vrijheid van godsdienst uit zal worden geschrapt, maar eerder hoe lang we nog moeten wachten op een politieke partij die de handschoen durft op te pakken.
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten