Een voetnoot bij mijn stuk van eerder vandaag.
Een recent voorbeeld van een zaak die met succes werd aangespannen door de groene beroepsactivisten van Greenpeace betrof een advertentie van het Indonesische bedrijf APP. De RCC oordeelde - gezien
de rekkelijkheid van het artikel weinig verrassend - dat het bedrijf artikel 2 van de Milieu Reclame Code
had overtreden door te claimen dat het in zijn produktiemethoden verantwoord rentmeesterschap nastreefde. Alle inspanningen van het bedrijf ten spijt (jaarlijks 200 miljoen nieuwe bomen aangeplant etc) meende de RCC dat het een vaststaand feit was dat palmolieproduktie tot ontbossing leidt. Waarom? Nou, daarom.
De commissie neemt blijkbaar zonder enige aarzeling aan dat Indonesie aan het ontbossen is en dat de claims van een Indonesisch bedrijf dat het duurzame produktie nastreeft dus wel ongegrond zullen moeten zijn. Dat een
recent VN-rapport duidelijk maakt dat Indonesie meer dan 40 procent van zijn bosgebied permanent beschermde status heeft gegeven -
viermaal zoveel als Nederland - telt dus niet mee. Waarom immers dergelijke onwelgevallige feiten de al van tevoren getrokken conclusie in de weg laten zitten?