De PVV kondigt vandaag haar lijsttrekker aan voor de Eerste
Kamerverkiezingen. Nu niet gelijk uw werk afbellen en de hele dag in spanning
voor de TV gaan zitten, zo interessant is een EK-lijsstrekker nu ook weer niet.
Wel interessant is dat Geert de rest van zijn senatorenelftal pas kenbaar maakt
nadat de verkiezingen daarvoor zijn geweest, op 2 maart. Hij toont daarmee,
wellicht onbedoeld, maar weer eens aan wat voor een archaïsch en achterhaald
instituut de Eerste Kamer is.
Het huidige kiesstelsel dwingt u op 2 maart te kiezen voor uw
provinciale bestuur. U kiest dan naar alle waarschijnlijkheid voor mensen die u
niet kent, die u willen inlichten over issues die u niet boeien. Er is dan ook een
reden dat deze door u verkozen provincielieden 4 jaar lang zelfs de laatste
paginas van uw ochtendkrant niet weten te halen; provinciale politiek is
terecht het ondergeschoven kindje van het electorale landschap. Als het
alleen de provinciën waren die verkozen zouden worden, dan zou u geen landelijke
campagne meemaken voor 2 maart. Dat is het helaas niet. Er is echter een
belangrijke levenslijn, die de stervende zwaan van de provinciale politiek
telkens nog net in leven houdt, het indirecte kiesrecht van de Eerste Kamer.
En zo kan dus de bizarre situatie ontstaan dat u over een
paar weken stemt om de landelijke politieke verhouding het behoud van DDS I in stand te houden, terwijl u eigenlijk
helemaal niet weet op wie u stemt. Mag allemaal, want de Eerste Kamer wordt
feitelijk pas later verkozen, in de provinciale staten.
Is de Eerste Kamer dan rijp voor de sloop? Zeker niet. Het
is een noodzakelijk controlerend instituut in onze parlementaire democratie.
Maar de binding die het volk heeft met de senaat is bijzonder laag, en daar
moet zeker verbetering in komen. Een van de eerste stappen die daarin gezet moet
worden is directe verkiezing van de leden van deze Kamer. Laten wij de
levenslijn dus lostrekken van de Provinciën en directe Senaatsverkiezingen
houden. Zo vangen we twee vliegen in een klap: de zo noodzakelijke binding van
het electoraat met de Eerste Kamer wordt vergroot, terwijl de noodzaak om de Provinciale
Staten te onderhouden definitief verdwijnt!