De PvdA is na volgend jaar misschien niet meer de grootste partij in de hoofdstad. Het werd eens tijd.
Niemand kan zich herinneren dat de PvdA ooit níet aan de knoppen heeft gezeten in Amsterdam. Lokale VVD'ers maken nog weleens de grap dat de PvdA langer aan de macht is in Amsterdam dan de communisten in de Sovjet-Unie destijds. Het is een grapje (hoewel ik er niet bepaald om kan lachen) en het is tegelijk een grote zorg: is het wel goed als één partij decennialang de baas is? Zorgt dat niet voor regenteske praktijken? Het antwoord is natuurlijk ja. Ik hoef maar te wijzen naar wat er gebeurt in de stadsdelen, bijvoorbeeld in Zeeburg, waar Fatima Elatik - ondanks allerlei financiële schandalen - nog steeds een stoeltje warm houdt.
Amsterdam is zowel een anarchistische bende (ga maar eens op de fiets de stad door, je mag jezelf gelukkig prijzen als je levend terugkomt) als een stad met dictatoriale trekjes; het zijn in feite twee kanten van dezelfde medaille. Aan de ene kant is de stad zoals gezegd een bende waar je nog niet dood gevonden wil worden, aan de andere kant bemoeit het linkse bestuur van de stad zich eindeloos tegen ondernemers, huizenbezitters en autobezitters aan. Staand een biertje drinken op een terras mocht een tijd niet, het bezitten van een huis mag alleen als je jaarlijks honderden tot duizenden euro's overmaakt naar de rekening van de stad en een bezoekje aan de stad brengen met de auto is nagenoeg onbetaalbaar.
Eigenlijk is Amsterdam een typisch product van jarenlang links beleid. Als je het mij vraagt is de stad hopeloos verloren, wat er volgend jaar tijdens de verkiezingen ook gebeurt.
Maar er gloort hoop aan de horizon, een klein beetje hoop. De PvdA wordt volgend jaar mogelijk - of eigenlijk, zeer waarschijnlijk - niet de grootste partij van de stad. Die eer gaat naar D66 (de Amsterdamse kiezer is kennelijk alweer vergeten dat het als kool groeiende D66 er intern een enorme puinhoop van maakte na de afgelopen verkiezingen). Natuurlijk verandert er op zich niks aan de politieke kleur van het college dat volgend jaar wordt gevormd: links van het midden, heel erg links van het midden.
De uitslag van een recente peiling ziet er zo uit:
Amsterdammers die dit weekend om hun stem werden gevraagd geven aan liever D66 als grootste partij van de stad te zien. De partij stijgt naar 10 zetels (7 nu) terwijl de PvdA daalt naar 9 zetels (14 nu). Naast D66 profiteert ook de SP flink, die partij wordt door de ondervraagden beloond met 7 van de 45 Amsterdamse gemeenteraadsbankjes (3 nu).
Nu D66 de grootste dreigt te worden en de PvdA ietsje kleiner wordt de weg vrijgemaakt voor een college dat in ieder geval bestaat uit D66. Doe daar huidige coalitiepartijen PvdA en GroenLinks bij (of oppositiepartij SP) en de VVD, die nu ook nog in het college zit, staat buitenspel. Dat heeft de VVD in dat geval aan zichzelf te danken. De VVD in de hoofdstad is knetterlinks, nog linkser dan de PvdA in andere steden. De liberalen onderscheiden zich niet ten opzichte van de andere partijen; ze doen alles om op het pluche te belanden, samen met de PvdA.
Er is maar één rechtse partij in de stad, en dat is het CDA, die waarschijnlijk van twee zetels naar één zetel gaat. Een halvering dus. Het Amsterdamse stadsbestuur wordt dus links, linkser of extreem-links, want dat wil de kosmopolitisch ingestelde grachtengordelbewoner blijkbaar. Oh, wat ben ik blij dat ik niet meer in Amsterdam woon. Ik ga graag weer een keer terug naar Amsterdam, maar alleen als de PvdA volgend jaar misgrijpt naast de macht en de SP ook niet in het college belandt. Ik weet het, dat gaat nooit gebeuren. Ach, dan blijf ik lekker in Den Haag wonen, een stad die mooier, schoner, veiliger en leefbaarder is dan Amsterdam.