Barack Obama is zijn Europese trip, die zal eindigen met de viering van de zeventigste verjaardag van D-Day in Frankrijk, begonnen in Polen. De president was drie jaar geleden ook al in Warschau (zie foto). Dat hij daar nu weer is, is niet alleen historische symboliek. Het is ook om Polen (en vooral Oekraïne) in bange dagen een hart onder de riem te steken.
De historische symboliek is overigens niet mis. Precies vijfentwintig jaar geleden,
op 4 juni 1989, vonden er in Polen voor het eerst vrije verkiezingen plaats. Diezelfde dag werd het Plein van de Hemelse Vrede in Beijing door Chinese troepen schoongeveegd van demonstrerende studenten die daar weken hadden gebivakkeerd. De Chinese communisten herstelden daarmee hun 'gezag'. Tegelijk kondigde zich in Polen het einde van het Sovjetcommunisme aan. De vrije vakbond
Solidariteit werd de grote winnaar van de verkiezingen met 161 zetels in de Sejm, het Poolse parlement. Daarmee werd zij niet de grootste, dat was nog steeds de Poolse communistische partij, die één (1) zetel haalde, maar volgens de kieswet recht had op 172 zetels. Opgeteld dus 173. Maar het was gedaan met de legitimiteit van het bewind van
Wojciech Jaruzelski, de voorzitter van de Poolse staatsraad, die in december 1981 een militaire coup had gepleegd om een Sovjetinval te voorkomen. De generaal, die op 25 mei op 90-jarige leeftijd overleed, had die daad (patriotten opgelet!) als 'Poolse patriot' begaan. In juli 1989 werd Jaruzelski nog tot president benoemd, maar de Poolse Volksrepubliek en de Poolse communistische partij haalden het eind van het jaar niet. Zij werden opgeheven, en onder leiding van de katholieke intellectueel
Tadeusz Mazowiecki werd die zomer met deelname van Solidariteit de eerste regering van Polen gevormd die na vrije democratische verkiezingen was gekozen. De Sovjet-Unie onder leiding van
Michail Gorbatsjov greep niet in.
Polen was de nagel aan de doodskist van het Sovjetcommunisme. Dat mag best nog eens herinnerd worden bij alle geschiedvervalsing die in de dagen van vandaag weer schering en inslag is. De westerse overwinning in de Koude Oorlog wordt vaak toegeschreven aan de standvastige koers van
Ronald Reagan en
Margaret Thatcher, maar zonder het taaie Poolse verzet tegen de Sovjet-overheersing was dat nooit gelukt. Daarbij speelden de Poolse paus
Johannes Paulus II en de katholieke vakbondsleider
Lech Walesa een sleutelrol. Het communisme, dat lange tijd het monopolie op de toekomst meende te hebben, had afgedaan en werd verslagen door twee krachten die vandaag de dag als conservatief of zelfs uit de tijd te boek staan: de katholieke kerk, en de onafhankelijke vakbond Solidariteit. Dat mag je gerust de ironie van de geschiedenis noemen, te meer daar Walesa zijn vakbondsacties in augustus 1980 was begonnen op de Lenin-scheepswerven in Gdansk.
De symboliek is niet onbelangrijk, gezien de revanchistische geest die nu weer in Moskou heerst. Zulk revanchisme is niet nieuw in het Kremlin, in de jaren dertig en veertig moesten de Polen (en de Oekraïeners) het ook al ontgelden. Het stalinisme heeft vooral veel slachtoffers gemaakt onder Polen (ook Poolse communisten en 22.000 Poolse officieren in 1940 bij het bloedbad in
Katyn), en onder Oekraïense boeren die massaal als 'koelakken' zijn uitgemoord. In 1932/1933 werd het Oekraïense platteland, voorheen de graanschuur van Europa, praktisch
uitgehongerd. Daarbij speelde wraak voor de
Pools-Russische oorlogen (1919-1921), waarbij de Polen Kiev wisten in te nemen en er korte tijd een onafhankelijk Oekraïne heeft bestaan, een rol. In augustus 1939 sloot Stalin zelfs een
duivelspact met Hitler, waarna Polen, dat door Nazi-Duitsland het eerst was aangevallen, in de tweede helft van september 1939 ook door de Sovjet-Unie in de rug werd aangevallen en bezet. De toen ontstane grens is vandaag de grens tussen Polen (en de EU) en Oekraïne.
Na de Tweede Wereldoorlog werd Polen in zijn geheel westwaarts verplaatst en verloor het land zijn oostelijke provincies (nu onderdeel van Oekraïne, Wit-Rusland en Litouwen) aan de Sovjet-Unie. We praten over uiterst gevoelige historische materie, zeker nu in Moskou de neiging om zich te willen revancheren voor het verlies van de Koude Oorlog (dat ook gepaard ging met de opheffing van het
Warschaupact en het opschuiven van de NAVO in oostelijke richting) weer opspeelt. Rusland vierde na de inlijving van de Krim (waar in 1945 ook
de conferentie van Jalta plaatsvond) de overwinning op Hitler-Duitsland in de Grote Vaderlandse Oorlog weer met militaire parades en patriottisch tromgeroffel. Aanhoudend vertellen Russische media ook dat er in Kiev met westerse steun een coup van 'fascisten' zou hebben plaatsgevonden, giftige agitprop die ook door West-Europese anti-EU 'patriotten' voor zoete koek wordt geslikt. Logisch dus dat Barack Obama zijn bezoek aan Warschau heeft benut voor een
ontmoeting met de kersverse Oekraïense leider
Petro Porosjenko, een chocoladefabrikant die op 25 mei na één stemronde met ruime meerderheid tot president werd verkozen. Niks fascistisch bewind in Kiev, maar een regering met democratische legitimiteit.
Het bezoek van Obama in Europa wordt voortgezet voor een treffen met de bondgenoten in Brussel die in de plaats komt voor een afgelaste G8 met Vladimir Poetin in Sotsji. De westerse landen steken dus eerst de koppen bij elkaar.
De Russische president zal wel aanwezig zijn bij de herdenking van D-Day in Normandië, toen de Sovjet-Unie bondgenoot was van de westerse geallieerden in de strijd tegen Nazi-Duitsland. Maar vandaag herdenken we
D-Day in Polen, toen op 4 juni 1989 middels vrije verkiezingen een eind werd gemaakt aan meer dan veertig jaar Sovjetoverheersing in Oost-Europa. Heel goed dat de Amerikaanse president in deze voor heel Europa bange dagen in Warschau is. Hij is bij de Europese les. U ook?