Belang van fatsoen zit ingebakken in liberalisme.
Vandaag verscheen in
de Volkskrant een interview met Stef Blok, fractieleider van de VVD. In eerste instantie springt met name zijn kritiek op minister van Defensie Hans Hillen in het oog. Wat ik echter interessanter vind, is wat Blok zegt over de relatie tussen liberalen en fatsoen.
Wanneer de interviewer minister-president Rutte bekritiseert omdat hij klaarblijkelijk weigert om een moreel oordeel uit te spreken over 'brievenbuspissers, of een Noorse terrorist die zich door Wilders geïnspireerd voelt', antwoordt Blok als volgt:
Mark heeft bij grote gebeurtenissen in de samenleving de rol van premier voor alle Nederlanders. Liberalen hebben heel weinig de neiging anderen de maat te nemen. Wij zijn van de lijn: de overheid beperkt zichzelf maar treedt krachtig op waar dat echt moet. Uitspraken van mensen, daar hebben we als persoon wel een moreel oordeel over, maar zolang ze niet strafbaar zijn... U gaat zelf over uw fatsoen.
Blok valt daarmee in een valkuil waar vele liberalen vaak in vallen. Want natuurlijk heeft Blok gelijk dat de Staat niet door middel van wetgeving fatsoen moet afdwingen. Fatsoen moet vanuit de mens zelf komen. Dat betekent echter geenszins dat je er als liberaal niets over mag zeggen. In tegendeel: juist liberalen moeten zich uitspreken over fatsoen.
Het liberalisme - zoals Blok terecht zegt - wil een zo klein mogelijke overheid. Dat betekent dus dat er veel verantwoordelijkheid bij de mensen zelf wordt gelegd, en om de interactie tussen die mensen goed te laten verlopen is er een bepaalde mate van fatsoen nodig. Uit de idee van een zo klein mogelijke overheid vloeit zodoende automatisch een zeer groot belang van het fatsoen voort.
De valkuil - 'liberalen moeten zich niet over fatsoen uitspreken' - waar Blok (en andere liberalen) in vallen is het gevolg van het feit dat ten tijde van het ontstaan van het liberalisme het christendom als cement van de samenleving fungeerde. De Founding Fathers van het liberalisme hoefden simpelweg niet over fatsoensnormen na te denken, daar die voor eenieder vanzelfsprekend waren. Dat dat allemaal wat anders ligt in moderne de facto multiculturele samenlevingen spreekt voor zich.