Euro drijft Frankrijk en Duitsland uit elkaar

Geen categorie27 apr 2015, 8:08

De euro was het politieke antwoord van de Franse president François Mitterrand op de val van de Berlijnse Muur in 1990. Om te voorkomen dat Duitsland geopolitiek het continent zou beheersen, wilde Mitterrand Duitsland en Frankrijk aan elkaar koppelen door een muntunie.

Mitterrand was geen ster in economie. In zijn eerste regeerperiode 1981-1988, met François Hollande als piepjonge adviseur, ging het land na twee jaar bijna failliet, waarna Mitterrand zijn koers fors aanpaste aan de markt. Het euro-project heeft hij niet meer meegemaakt.

De euro zou al snel een schuldenzeepbel opleveren, omdat niet-concurrerende landen te makkelijk konden lenen door lage rente en impliciete EU-dekking. Na vijf jaar zou deze zeepbel barsten, kort na het klappen van de Amerikaanse bubble van subprime hypotheken. Daarna volgde de eurocrisis. Vervolgens zou de eurozone belanden in een “race to the bottom” waarbij zowel werkgelegenheid als koopkracht geslachtofferd werden, in het ene land meer dan het andere.

De Finse denktank Libera heeft becijferd dat de eurozone als geheel, met uitzondering van Duitsland, al ruim 10% welvaart heeft ingeleverd. En het gaat maar door, want al zitten we in een lichte economische opleving, de transferunie eist zijn tol. Zie de avonturen van de EU met de Grieken.

Wat Mitterrand en zijn adviseurs ook niet hadden voorzien, was dat Frankrijk en Duitsland onderling economisch steeds meer uit de pas zouden lopen. Dat is vermoedelijk ook de reden dat de Frans-Duitse as in de EU niet meer zo harmonisch functioneert als vroeger. Daardoor dreigt de euro precies het tegenovergestelde te weeg te brengen van hetgeen Mitterrand ermee beoogde.

Terwijl Duitsland in de beginjaren van de eurozone onder bondskanselier Schröder met Agenda 2010 keihard hervormingen doorvoerde, hielden de door sterke vakbonden gedomineerde Fransen vast aan hun sociale model. De hervormingen van Schröder zorgden er weliswaar voor dat veel Duitsers in de onderste regionen van de arbeidsmarkt het slechter kregen, maar verhoogden het concurrentievermogen van het land. Op die manier werd de Duitse werkloosheid, die bij het begin van de muntunie vrij hoog was, in feite geëxporteerd naar de rest van de eurozone. De eenmaal genomen voorsprong laten de Duitsers zich niet zo makkelijk meer afnemen, hoewel het huidige centrum-linkse beleid van Merkel op termijn de Duitse concurrentiepositie kan schaden.

Intussen is het doorvoeren van hervormingen nog steeds een groot probleem in landen als Frankrijk of Italië. In Frankrijk komt daar nog bij, dat meer dan 80% van de Fransen geen enkel vertrouwen meer heeft in president Hollande, die dus niet over het maatschappelijke draagvlak beschikt om daadwerkelijk het roer om te gooien. De Fransen blijven het ondanks alle monetaire impulsen van de ECB economisch slecht doen, zo bleek vorige week uit de inkoopmanagersindex voor de industrie.

De onevenwichtigheden in de eurozone worden dus eerder groter dan kleiner. Het zijn niet alleen de Grieken die voor kopzorgen zorgen. Het probleem is dat met een muntunie zonder enige monetaire flexibiliteit, het paard achter de wagen is gespannen. Op het moment dat de Duitsers gingen hervormen met Schröder’s Agenda 2010, hadden de Fransen dat óók moeten doen. Ook al was het ten koste gegaan van de interne markt als beide landen tegelijk hard hadden hervormd, ze waren dan qua exportkracht op gelijke voet gebleven. Nu zijn de Fransen hopeloos achterop geraakt. Vroeger konden ze dat opheffen met het wisselkoersmechanisme, maar dat is verdwenen.

De EU-politici roepen vandaag dit en morgen weer dat. Ze vergaderen een middagje onder leiding van Jeroen Dijsselbloem en verzinnen weer een nieuw instituut, de hervormingsautoriteit, op kosten van de belastingbetaler uiteraard. Volgens insiders ligt er wel degelijk een plan B klaar voor de onvermijdelijke Grexit danwel staatsbankroet van Griekenland binnen euroverband: de rest van de eurozone zal nóg harder geïntegreerd worden richting EU-superstaat, buiten de wil van de burgers om. Als het aan sommige EU-politici ligt krijgen we een Europese werklozenverzekering en eurobonds. De rekening gaat naar de netto-betalers; dat zijn wij dus.

Op een conferentie vorige week over het Griekse euro-drama aar Frits Bolkestein ook aanwezig was, zei onze liberale éminence grise dat volgens hem de Duitsers om politieke redenen nooit of te nimmer de stop uit de euro zullen trekken. Het economisch en sociaal steeds verder uit elkaar groeien van Duitsland en Frankrijk houdt volgens Bolkestein een reëel risico in dat Marine Le Pen in Frankrijk aan de macht komt. Of dat als positief of juist als negatief gezien moet worden, hangt uiteraard af van de politieke voorkeur van de lezer.

Bolkestein zei ook nog dat voortmodderen met de euro de enige optie is. Nu alsnog ermee stoppen, zou leiden tot “een chaotisch bloedbad”. Nederland moet zich volgens Bolkestein beperken tot het bestrijden van de “idiote uitwassen”, zoals eurobonds. Eigenlijk geeft dit standpunt de radeloosheid van de Europese politieke elite goed weer. Ze modderen maar wat aan en ze hebben geen flauw idee waar de reis naartoe gaat.

Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten