Afgelopen donderdag was ik uitgenodigd door de Dutch Corporate Finance Association om een lezing te geven voor haar en de zusterorganisatie uit België, de Belgian Corporate Finance Association. Het was aanvankelijk de bedoeling om iets te zeggen over de cultuurverschillen tussen Nederland en België (ooit was ik mede-oprichter van de BCFA en lid van de DCFA en ken dus beide organisaties), maar het werd een exposé over de EU, de eurocrisis en de bankencrisis. Ook was het mijn bedoeling iets te zeggen over de rol die Venture Capital speelt in de EU, maar die lezing lag thuis op mijn bureau... Ik had de organisatie evenwel beloofd een verkorte versie van mijn lezing online te zetten en dus daarom nu alsnog een enkel woord over Venture Capital en de EU.
Venture Capital, vrij vertaald als '
durfkapitaal', is een aanvullend financieel instrument om (startende) ondernemingen aan kapitaal te helpen waar de bank het laat afweten. Het voorvoegsel 'durf' verwijst naar het hogere risico, dat de verschaffer van deze vorm van financiering loopt vergeleken met 'normale' bancaire kredietverlening. De investeerder vraagt daarvoor dus een hogere vergoeding. In de VS is deze vorm van risicofinanciering ooit begonnen en de 'venture markt' is daar intussen volwassen geworden, maar ook in Europa speelt deze vorm van ondernemingsfinanciering inmiddels een prominente rol. De Venture Capital markt kan worden onderverdeeld in allerlei deelmarkten, van MBO's (Management Buy Outs) tot 'Seed Capital' (financiering aan ondernemingen die nog niet op de markt zijn met hun producten of diensten, maar wel veelbelovend zijn) en van MBI's (Management Buy Ins) tot expansiefinanciering. Vandaag iets meer over de
EU regulering met betrekking tot dit financieringsinstrument en de betekenis ervan voor de (Europese) economie.
We weten allemaal dat het geld op is in Europa. De Europese (systeem) banken staan voor een Asset Quality Review met daaropvolgende stresstesten door de ECB, en ze moeten daarnaast ook nog eens voldoen aan de nieuwe Basel III regels, die, ook al zijn ze fors afgezwakt, voor de meeste banken een extra kapitaalversterking zullen betekenen. Daarbij komt, dat de Europese systeembanken elkaar niet meer in dezelfde mate als in het verleden vertrouwen, hetgeen betekent dat ze elkaar veel minder geld willen lenen en hun overtollige liquiditeiten stallen bij de ECB.
Gevolg hiervan is, dat er (te) weinig geld beschikbaar komt voor de financiering van het MKB (het Midden- en Klein Bedrijf), dat alom wordt beschouwd als de motor van de economie. Nu de bancaire geldstroom richting dat bedrijfsleven opdroogt, biedt dat derhalve een unieke gelegenheid aan de 'durfkapitalisten' om in dat (financierings-)gat te springen. Ook de Europese Commissie (EC) realiseert zich dat terdege en daarom zijn er afgelopen jaar door Brussel hernieuwde richtlijnen opgesteld voor Venture Funds en haar management. Gelet op de lengte van deze column zal ik me beperken tot de belangrijkste wijzigingen.
De belangrijkste doelstelling van de EC was om grensoverschrijdende transacties van risicokapitaalfinancieringen gemakkelijker te maken. Daartoe heeft men getracht om uniforme wetgeving op te stellen (het 'single rule book'); moeten managers van venture firma's zich registreren in het land waar de firma gevestigd is (en dus niet in een fiscaal vriendelijk oord); en tot slot mag venture capital alleen worden verstrekt door professionele partijen, waaronder 'business angels' en 'high net worth individuals'. Een uitzondering is gemaakt voor de retail markt, maar dat terzijde.
De belangrijkste aanbevelingen van dat '
Single Rule Book', zoals beschreven in het
AIFM (Alternative Investment Fund Management Directive) zijn, dat 70 procent van alle investeringen aan '
non-listed companies' moeten worden gedaan. Dat zijn niet-beursgenoteerde ondernemingen. Daarnaast is bepaald dat de financiering zal moeten bestaan uit equity (aandelenkapitaal) en achtergestelde leningen (aansprakelijk vermogen). Dit betekent dat er geen '
leverage' meer mogelijk is (in het verleden ging een venture fonds naar de bank, die soms tot wel tienmaal het gecommitteerd vermogen van de durfkapitalist verschafte). Ook komt er een zogenaamde 'kwaliteitslabel', die het voor een investeerder makkelijker moet maken om EU-grensoverschrijdende transacties te plegen en er komt een '
tailor made regime' voor alle fondsen die kleiner zijn dan 500 miljoen.Volgens de EVCA (European Venture Capital Association) valt 98% van alle venture fondsen onder deze categorie.
Behalve het faciliteren van grensoverschrijdende transacties is het doel van de voorstellen van de EC ook om speculatie met complexe, afgeleide financiële producten, zoals derivaten en swaps, te weren en de invloed van '
Hedge Funds' te verminderen. Op zichzelf zijn dit zeer begrijpelijke voorstellen van de Commissie. De vraag is alleen of ze in de praktijk ook zullen werken. De ervaring leert namelijk, dat er een groot verschil bestaat tussen theorie (regelgeving) en de praktijk. Duidelijk is wel, dat de komende jaren bancair krediet een schaars goed zal zijn en daarom is het streven naar invulling van dat hiaat door risicodragende financiering van durfkapitalisten een mogelijkheid voor bedrijven om aan geld te komen niet verkeerd. Men zal dan wel moeten accepteren, dat ze daarmee een financier binnenhaalt die, anders dan de doorsnee bank, ook wat te zeggen wil hebben waaraan het geld besteed wordt. De meeste ondernemers vinden dat niet zo prettig. Maar of ze ook een keus hebben...?
Klik hier voor een overzicht van mijn columns en volg mij hier op Twitter.