De verkiezingsstrijd is nu echt begonnen. Op woensdag gaf de Amerikaanse president Barack Obama een toespraak in Ohio waar hij Mitt Romney aanviel, omdat hij de belastingtarieven voor de rijken zou willen verlagen en die voor de middeninkomens wilt verhogen.
Daar is natuurlijk weinig van waar. Romney wil vooral de vermogenswinstbelasting verlagen in de hoop dat rijke Amerikanen en bedrijven dan meer gaan investeren wat de economische groei ten goede komt. Hij zou ook de inkomensbelasting voor iedereen verlagen, wat in absolute termen betekent dat vermogende Amerikanen meer geld in eigen hand houden dan een modaal gezin. Ook Amerikanen betalen immers een percentage van hun inkomen aan belasting, niet een vastgesteld bedrag. Als je die percentages verlaagd, profiteren vanzelfsprekend de belastingbetalers in de hoogste schijven het meest.
Vandaar dat Obama beweert dat vooral de rijken zouden profiteren als Romney tot president wordt gekozen. Maar waar haalt hij het idee vandaan dat de Republikein de belastingen voor de middeninkomens wilt verhogen? Hij beroept zich op een
onderzoek van de Brookings Institution waaruit blijkt dat de bezuinigingen die Romney in zijn begrotingsplan heeft opgenomen niet voldoende zullen zijn om het tekort te dichten. (Een tekort dat onder Obama is opgelopen tot 1600 miljard dollar wat een derde (!) is van de federale overheidsuitgaven.) Brookings concludeert dat Romney of meer moet bezuinigen of meer belasting moet innen.
President Obama begrijpt überhaupt niet wat "bezuinigen" betekent en veronderstelt voor het gemak dat Romney voor de tweede optie zal kiezen: belastingverhogingen. Ook al blijkt uit zowel het plan als de retoriek van de Republikeinse presidentskandidaat dat dat wel het laatste is wat hij zal doen.