Zet PVV-senator Marcel de Graaff de door Graus ingezette trend voort?
Sinds enige lijkt een groot aantal Nederlanders ervan overtuigd dat ons land is geworteld in zoiets als een joods-christelijk-humanistische traditie. Sommigen menen echter dat een dergelijke traditie onbestaanbaar is, omdat de drie begrippen in te grote mate aan elkaar tegenovergesteld zouden zijn, anderen menen weer dat het joodse gedeelte er slechts uit beleefdheid aan vast is geplakt.
Wat daar ook van moge zijn, roep in Nederland 'joods-christelijk-humanistische traditie' en binnen no-time zal de PVV ter sprake komen. Die partij werpt zich immers bij uitstek op als beschermer van dat veronderstelde erfgoed, waarbij het eigenlijk overbodig is nog te vermelden dat zij de grootste bedreiging in de islami(s)tische hoek ziet.
Naar aanleiding van de recente commotie rondom het verbod op het onbedwelmd slachten, heeft het er alle schijn van dat de PVV een groot deel van haar goodwill die zij onder de Joodse gemeenschap had, heeft verspeeld. Door in te stemmen met dit verbod ontneemt de partij menig Jood immers de kans om uiting te geven aan één van zijn meest fundamentele levensopvatting, het consumeren van ritueel geslacht vlees - althans zo luidt het verwijt. Op de digitale opiniepagina van de Volkskrant
beschrijft Asher Ben Avraham dit gevoel als volgt:
De PVV ging gevoelloos om met het Jodendom en de Joodse tradities (...). De onvoorwaardelijke steun van de Partij voor de Vrijheid aan de staat Israël blijkt niet vergezeld te gaan van respect of liefde voor het Jodendom
Met andere woorden: Israël en de Joden zijn slechts van instrumenteel belang voor de PVV in haar strijd tegen de islam.
Nu zult u misschien zeggen dat het hier om een eenmalige uitglijder gaat, en dat de PVV wel dergelijk een oprechte liefde koestert voor Israël en het Joodse volk; zie bijvoorbeeld de Israëlische vlag op de kamer van Martin Bosma. Toch wil ik u dan vragen om het stuk 'Respectvol populisme' van PVV-senator Marcel de Graaff
eens goed te lezen. In deze reactie op de speech van Maxime Verhagen schrijft De Graaf namelijk onder meer het volgende:
De PVV vertrekt vanuit de christelijk-humanistische kernwaarden van onze maatschappij. (...) Respect voor de medemens is de kern van onze cultuur, van het katholicisme en het humanisme. Het is daarom niet meer dan terecht dat de christelijke en humanistische kiezer bij de PVV een schuilplaats heeft gevonden.
Valt u iets op? Juist! De Graaff spreekt niet langer van joods-christelijk-humanistisch, maar 'slechts' van christelijk-humanstisch. Is dit na het meestemmen met een verbod op de onbedwelmde slacht een tweede, meer definitieve breuk met de Joodse achterban, of is hier slechts sprake van een slip of the tongue? Wie het weet mag het zeggen...