"Het is triest dat die advertentie moet verschijnen in een land waar niet zo heel lang geleden 90% van de joodse bevolking werd vermoord."
In
De Telegraaf van vandaag staat een paginagrote advertentie waarin Bekende Nederlanders (zogenaamde BN'ers) zich verzetten tegen het toenemende antisemitisme in ons land. "Geen excuses voor Jodenhaat," is de kop. Daarna wordt er uitgelegd:
"De strijd tussen Israël en Hamas wordt steeds vaker ook in Nederland 'uitgevochten'. Op sociale media, maar ook op straat wordt gescholden en gedreigd. Niet alleen tegen Israël, maar ook tegen Nederlandse Joden. Sommige demonstranten roepen hardop 'Dood aan de Joden.' Dit moet nu stoppen."
Daarna komt wat een ieder duidelijk moet zijn: "In Nederland moet iedereen veilig en in vrede kunnen wonen, ook de Nederlandse joden. Ongeacht wat er in Israël gebeurt. Wij roepen de Nederlandse bevolking op om antisemitisme onder geen voorwaarde te tolereren." Om ervoor te zorgen dat de advertentie niet gezien wordt als een solidariteitsverklaring met de Israëlische regering leggen ze uit dat de ondertekenaars van mening verschillen over Israëls beleid, maar dat ze het eens zijn over één ding: "Kritiek op Israël? Oké. Jodenhaat? Nee!"
In principe is het alleraardigst dat ze hier tegen verzetten, maar het is eerst en vooral dieptriest dat we zo ver zijn afgegleden in dit land dat dit soort acties noodzakelijk worden geacht. Zoals onze eigenaar laat weten op Twitter:
Triest, inderdaad, maar helaas is het niet anders. We kunnen als maatschappij nu kiezen: of we laten antisemitisme een comeback maken, of we grijpen in en doen er iets tegen. In de jaren '30 en '40 van de vorige eeuw deden de meeste Nederlanders niets; de gevolgen daarvan kennen we, waaronder dat schokkende percentage van vermoorde joden (op Duitsland na het hoogste percentage van bezet Europa). Dit keer moeten we het anders doen. Deze advertentie is een goed begin. Het is aan de initiatiefnemers en aan de rest van de maatschappij om ervoor te zorgen dat het hier niet bij blijft.
Overigens steunt Geert Wilders deze oproep ook, maar heeft het CIDI hem niet vermeld. De PVV-leider beklaagt zich daarover op
Twitter.
Ik kan me er iets bij voorstellen dat hij het vreemd vindt dat hij niet genoemd wordt (en vrienden van de baas van het CIDI wel), maar zoiets hoor je niet publiekelijk aan de kaak te stellen. Als politicus moet je op dit soort momenten je ego even opzij zetten. Hij maakt zichzelf nu tot het onderwerp van het gesprek, terwijl het over iets veel belangrijkers hoort te gaan - maatschappijbrede veroordeling van antisemitisme. Nu klagen staat gewoon heel klein; zéker als je er vervolgens nog
een schepje bovenop doet ook.
Niet zo onsmakelijk doen Geert. Dit soort zaken bespreek je achter de schermen met het CIDI, niet publiekelijk, en al helemaal niet op de dag dat de strijd tegen antisemitisme op de kaart wordt gezet.
Oh, en dan ook even een opmerking aan het adres van CIDI's Esther Voet: waarom geef je in vredesnaam antwoord op de vragen van de Volkskrant? Houd je mond hierover. Nu maak je het verhaal nog groter dan het is. Buitengewoon onnozel en onprofessioneel, dit soort gedrag.