Bursselse terreurverdachten volledig vrijgesproken: "Misschien ga ik studeren aan de universiteit"

Smail Farisi werd niet schuldig bevonden aan lidmaatschap van een terroristische organisatie. Ondanks bewijs dat hij zijn appartement had verhuurd aan de terroristen Khalid El Bakraoui en Osama Krayem, oordeelde de rechtbank dat er geen directe betrokkenheid was bij terroristische activiteiten. Het ontbreken van IS-vlaggen en wapens in zijn studio speelde een belangrijke rol in zijn vrijspraak.

Ibrahim Farisi, de broer van Smail, werd ook vrijgesproken, ondanks zijn betrokkenheid bij het leegmaken van de studio na de aanslagen. Hoewel hij een handschoen had gebruikt om een rugzak met een bom van Krayem te manipuleren, beschouwde de rechtbank dit niet als overtuigend bewijs. Ibrahim beweerde dat hij zich had verwond en soms zonder handschoen de rugzak had aangeraakt.

Na de uitspraak reageerden de broers opgelucht. Smail bedankte de rechters voor hun correcte en moedige handelen en sprak zijn verlangen uit om zich op een nieuwe toekomst te richten: ““Misschien ga ik studeren aan de universiteit, me opleiden. Dat is de echte sleutel voor de toekomst. Het onderwijs is de sleutel voor de toekomst”. Ibrahim daarentegen wilde eerst tot rust komen na de slopende periode van het proces en gaf aan dat de toekomst nog niet duidelijk voor hem was.

Het vonnis heeft verdeelde reacties opgeroepen in België, waarbij sommigen de uitspraak steunen als een eerlijk oordeel op basis van het beschikbare bewijs, terwijl anderen teleurgesteld zijn over het gebrek aan veroordeling.