Dit is de voordracht van Sid Lukkassen in het Coornhertsymposium, ten gehore gebracht in het Coornhertcomplex in Den Haag, op 17 mei 2023 om Coornhert te eren en te verduidelijken wat zijn cruciale bijdrage kan zijn aan deze tijd. Wij zijn hier samen om ons te verheugen in de epische levensfilosofie van Dirck Volckertszoon Coornhert. In een tijd waarin steeds minder mensen zich verbinden aan politieke partijen, blijft een bloeiende civil society van groot belang voor een samenleving waarin burgers, belangengroepen en bestuurders elkaar kunnen vinden. Maar hoe kunnen we het spirituele, morele en ideologische vacuüm van deze tijd opvullen? Het bestuderen van Coornherts oeuvre levert een humanistisch antwoord op deze crisis.
Zijn werk blijft relevant omdat het waardevolle ideeën en principes bevat die kunnen bijdragen aan een rechtvaardig strafsysteem en de re-integratie van gevangenen. Dit is kenmerkend voor de grondslag van zijn oeuvre waar ik zoveel sympathie voor heb, namelijk het streven naar volksverheffing. We beginnen met zijn levensloop, en de impact die hij op Nederland heeft gehad.
Coornhert, geboren in 1522 als zoon van een aanzienlijke textielkoopman in Amsterdam, was veelzijdig. Niet alleen was hij een dichter, graveur en moralist, maar ook een schermer en schrijver van gedichten. Zijn intellectuele nieuwsgierigheid en betrokkenheid bij belangrijke levenskwesties brachten hem regelmatig samen met vrienden en gelijkgestemden rond rijkelijk gedekte buffettafels, waar ze diepgaande discussies voerden. Door zich in te zetten voor dialoog bracht hij uiteenliggende visies op het leven tot een hoger niveau: hierom kan hij met recht een bruggenbouwer worden genoemd. Hij bepleitte geloofsvrijheid tegenover de religieuze onverdraagzaamheid van zijn tijd. Daarbij verdedigde hij het recht van individuen om hun eigen geweten te volgen.
Als bruggenbouwer probeerde Coornhert verschillende sociale groepen met elkaar in contact te brengen. Zijn betrokkenheid bij politiek en maatschappelijk werk bood hem de mogelijkheid om invloed uit te oefenen op verschillende lagen van de samenleving. Als adviseur van Willem van Oranje en staatssecretaris van Haarlem speelde hij een actieve rol in het bevorderen van hervormingen en het streven naar een rechtvaardigere samenleving.
Ook zijn inzet voor de Nederlandse taal was een vorm van bruggenbouwen. Door in de volkstaal te schrijven, maakte hij zijn ideeën toegankelijk voor een breder publiek. Hij wilde de kloof tussen de geleerde elite en het gewone volk verkleinen en hen in staat stellen om deel te nemen aan het intellectuele discours van die tijd. Deze keuze getuigt van zijn verlangen om barrières te doorbreken en mensen met verschillende achtergronden samen te brengen. In een tijd van toenemende polarisatie en verdeeldheid kunnen we veel leren van Coornhert als bruggenbouwer. Zijn aanpak kan ons helpen om verbindingen te leggen tussen verschillende groepen in de samenleving.
Vanaf 1561 bekritiseerde hij de corruptie binnen de katholieke kerk, terwijl hij zelf katholiek was. Zijn strijd voor gerechtigheid bracht hem in Den Haag in gevangenschap door de Spanjaarden, en later vluchtte hij naar Duitsland, waar hij vier jaar verbleef. Na zijn terugkeer naar Haarlem in 1576 schreef Coornhert zijn belangrijkste werk, De Wellevenskunste. Hij werd echter vooral bekend door zijn invloedrijke traktaat Boeventucht, dat hij uitbracht in 1567 na zijn gevangenneming door het Spaanse regime. In 1530 had het stadsbestuur van Gouda reeds voorgesteld om een tuchthuis voor jeugdige delinquenten te bouwen. Met Boeventucht toonde Coornhert zijn interesse in het vraagstuk van rechtvaardige versus onrechtvaardige straffen en de effectiviteit van verschillende soorten straf.
Dergelijke tuchthuizen werden in de zestiende eeuw gesticht om beter toezicht te kunnen houden op de landloperij. Magistraten probeerden in veel van de grotere Europese steden de snel groeiende horden bedelaars en berooide migranten van het platteland, in goede banen te leiden. De plannen die werden ontwikkeld waren tamelijk verlicht: ze probeerden een evenwicht te vinden tussen de vereiste dosis tucht en werk en zedenlessen als stimulans tot rehabilitatie. De identiteit van de gevangenen moest geheim blijven, zodat ze bij hun terugkeer in de normale maatschappij niet gebrandmerkt waren.
Het eten moest voedzaam doch eenvoudig zijn: bruin brood, gort, pap, erwten en bonen; één of twee maal per week een beetje varkensvlees of stokvis. Het moest in ieder geval zo gevarieerd zijn dat het een straf was om op water en brood te worden gezet. Tijdens de ontspanning in de vorm van balspelen en dergelijke moest er energiek en flink worden gesport. Gevangenen die zich wilden beteren moesten een vak leren, en alleen zij die in hun luiheid volhardden, dienden te worden gedwongen tot hard, eentonig werk zoals het raspen van hout. Het programma voor economische rehabilitatie moest worden aangevuld met loon naar werken. De uitgangspunten die Coornhert hierin benadrukte waren klassieke humanistische deugden: geduld, volharding, vindingrijkheid en matigheid.
Coornhert’s geschriften en ideeën weerspiegelden de humanistische waarden van zijn tijd. Hij geloofde dat de mens te vervolmaken viel en dat de erfzonde vooral betrekking had op schadelijke gewoonten die voortkwamen uit lamlendigheid en gebrek aan actie en reflectie. Hij pleitte voor een strafrechtssysteem dat niet gebaseerd was op wraak of vergelding, maar op rationele overwegingen.
Toen ik voor deze uiteenzetting werd benaderd, was ik onmiddellijk enthousiast, en dit heeft alles te maken met de voorgeschiedenis. Vandaag sta ik bekend als publicist – als iemand die boeken en artikelen schrijft en die aanschuift in online praatprogramma’s. Maar ooit begon ik als cursusleider bij het Humanistisch Verbond. In het half jaar tussen mijn afstuderen aan de universiteit, en het formele begin van mijn promotietraject, ontwikkelde ik een aantal cursussen. In de jaren daarna trok ik door het land om ze te verzorgen, als een ware ‘wandering teacher’. Toen Thierry Baudet mij in 2015 een SMS stuurde omdat hij onder de indruk was van Avondland en Identiteit, was ik op dat moment in Den Haag om zo’n cursus te verzorgen. Er staat in het boek:
“Het reilen en zeilen van een kapitalistische samenleving veronderstelt waarden als betrouwbaarheid, stiptheid en eerlijkheid. Moreel kapitaal dat stamt uit de periode vóór de consumptiemaatschappij en dat door Renaissance-humanisten als Coornhert werd uitgedragen. Hij wist dat het kortetermijndenken in de menselijke aard besloten ligt en dat sterke, gedeelde waarden het kunnen verhelpen.
De gerichtheid van onze cultuur op plat massavermaak is een fundamenteel probleem. De lagere waarden sluiten meer aan op de dagelijkse zorgen en op het gevoel door de maatschappij tekort te zijn gedaan. Zolang mass-appeal de maatstaf is van kapitalistisch succes, zal er een verwaterd mengsel van Europese en Amerikaanse cultuur overblijven. Daarin wordt onder meer het leven in een achterbuurt verheerlijkt, het dagelijks wiet roken en het dragen van gouden kettingen. Geen verheffing, geen cultuur van de langetermijninvestering, maar van de quick fix.”
Dit citaat gaat niet alleen over Coornhert zelf, maar ook over mijn omgang met de stof. Wat betekent dit onderwerp voor mij, en waarom is het zo inspirerend? Dat heeft te maken met de vervreemde arbeidersklasse, die ooit moest worden opgewaardeerd met humanistische verheffingsidealen, en daarom zit er in dit gebouw – dat naar Coornhert is vernoemd en waarvan wij de oprichting vandaag eren – ook een klein theater. Graag breng ik nu een heerlijk stukje old school humanistisch proza ten gehore. Dit citeer ik uit Coornherts meest belangrijke werk: Wellevenskunste.
“Ik weet wel, dat wij de mogelijkheid hebben om niet te begeren wat wij niet kunnen krijgen, maar niet om alles te verkrijgen wat wij begeren. Als de mens dan begeert wat hij niet kan krijgen, dan legt hij de rust van het niet kiezen, die hij in zijn macht had, in handen van een ander en dan moet hij bij het ontberen van het begeerde noodzakelijk zijn rust verkiezen.”
Wat een wijsheid ligt in dit fragment! De beste wijze om je gemoedsrust te behouden en toch vooruit te komen in het leven, is door je energie enkel te besteden aan zaken waarop je zelf invloed hebt en tegelijkertijd het bereik van die invloed uit te breiden.
Daarnaast spreekt de auteur over “de rust van het niet kiezen”. Wat mooi gezegd. Dit biedt een aanknopingspunt om de denkwijze van Dirck Volckertszoon Coornhert te contrasteren met de Deense theoloog Søren Kierkegaard (1813–1855). Coornhert trouwde met een vrouw die twaalf jaar ouder was dan hijzelf. Zijn moeder keurde dit besluit af en onterfde haar zoon. Sindsdien voerde Coornhert als levensmotto: verkiezen doet verliezen. Een heerlijk afgrondelijk motto, want soms moet je bruggen achter je verbranden en deuren sluiten. Je zult zien, dat zich dan ook nieuwe deuren openen.
Kierkegaard schreef in Enten Eller, vrij vertaald als Of | Of, over het belang van keuzes maken. Het is beter om actief een zekere leefwijze vorm te geven dan om zaken op hun beloop te laten en uiteindelijk de inertie van de verstrijkende tijd te laten beslissen. Maar misschien kunnen we Coornherts motto net wat anders uitleggen. Verkiezen doet verliezen, nodigt ook uit om een standvastige tegenstand te bieden aan elkaar wederzijds uitsluitende keuzes.
In Coornherts geval gaat het dan om kiezen voor een vrouw, een harstochtelijke keuze die andere opties uitsluit. In Wellevenskunste geeft hij voorbeelden van hoe een door gelukzalige herinneringen geschraagde levenshouding óók kan leiden tot toekomstgerichte vervulling in het leven. Coornhert had inderdaad ook kunnen kiezen voor een minder grootse en meeslepende stap in zijn liefdesleven, maar daarmee blijft het punt overeind dat leven in oppositie tot het maken van uitsluitende keuzes eigenlijk het enig overblijvende alternatief is.
De rust van het niet kiezen, staat dan tegenover gevoelens en verlangens die in poëtische bewoordingen tot uiting komen. Er is niets mis met
a life lived in modesty, maar dat is niet het temperament dat leidt tot kunst als uiting van scheppingsdrang, epische liefdesverhalen, wetenschappelijke doorbraken en revolutionaire dadendrift – dit alles is de essentie van de Europese ziel. En al helemáál in de tijd waarin Coornhert leefde, de
Gouden Eeuw, een epische tijd, een tijd vol levensfelheid. Een schijnbaar ‘veilige’ levenshouding is aanmerkelijk minder weerbaar tegen inkapseling door totalitaire systemen en intolerante ideologieën.
Het scheppen van nieuwe mooie dingen ontstaat meestal uit risico’s nemen en brandende passies volgen. Coornhert was voor de vrijheid van het hart, en als in het liefdesleven niet-exclusieve keuzes op je pad komen – en zelfs ook als je bewust exclusieve keuzes nastreeft nastreeft – dan kunnen innige banden knappen, en later denk je zo nu en dan terug aan de warme thuishaven die je bent kwijtgeraakt. De melancholie blijft hoe dan ook, want als een langdurige exclusieve relatie klapt, dan kun je jezelf sterken met de gedachte dat je er alles aan gedaan hebt om het te laten werken, maar tegelijk betreur je de kansen en ervaringen die je bent misgelopen. Dit leert ons dat de ware levenskunst de melancholie in zich opneemt zonder haar te willen genezen.
Het is de tirannie van de melancholie dat het leven het aan ons opdringt dat wij wederzijds uitsluitende keuzes moeten maken. Het kan getuigen van een levenskrachtig verzet om die tweesprong niet te aanvaarden, en dus ook niet enige uitgekristalliseerde keuze tussen exclusiviteit en niet-exclusiviteit. Want een voortkabbelend en voorspelbaar leven is wellicht ongeschikt als mogelijkheidsgrond voor scheppingsdrang en creativiteit. Een levenswandel die ogenschijnlijk ‘verstandig’ is, omdat die risico’s mijdt, blijkt in de praktijk flatlined te zijn. Met Coornherts Wellevenskunste in de hand kunnen wij zeggen: koester je levenservaring én je tegendraadsheid, het zijn bronnen van scheppende kracht! En als je móét kiezen, kies dan niet uit waan, maar uit kennis van de waarheid.
Afsluitend beloofde ik nog iets te zeggen over de scheppende arbeiders, uit wiens waardering voor Coornhert dit symposium is geboren. Dan keer ik terug naar dat verkennende gesprek. Want waarom is deze dimensie van Coornhert, zijn werk als bruggenbouwer, zó relevant in dit Haagse wooncomplex? Al die tijd al is het mijn missie, om alle lagen en standen, alle rangen en klassen van de maatschappij in aanraking te brengen met deze meeslepende en leerzame stof, en om mensen aan het lezen en het filosoferen te krijgen.
Hoe kansrijk zoiets is, heeft alles te maken met de sociale samenhang. Het staat of valt met de educatieve omgeving, en of er een bezield verband aanwezig is om deze kennishonger te ontplooien. We zouden verwachten dat de sociaaldemocraten hier aandacht voor maken – zij beschouwen Coornhert toch als een soort voorganger, een sociale hervormer. De praktijk is helaas dat zij dit niet doen, omdat dit de rauwe en atomistische kanten van de multiculturele samenleving trotseert.
Het initiatief om tot deze avond te komen, biedt een
throwback naar mijn tijd als cursusleider voor het Humanistisch Verbond. Rondom de vrijdenkers en sociaaldemocraten van de oude stempel is dit land gaandeweg veranderd, en de verandering is onthutsend. Zij herkennen zich niet meer in de samenleving die hen omringt. Als je iets verheffends wil doen dat raakt aan de vaderlandse geschiedenis, de culturele canon en de humanistisch
filosofie, loop je al direct aan tegen de beperkingen die worden opgelegd door het geringe aantal inwoners dat in dit wooncomplex nog Nederlands spreekt.
Steun DDS op BackMe: samen pakken we het mediakartel aan. Deze steun is heel nuttig in deze zware economische tijden. Steun ons dus! Dat kan met een groter of een kleiner bedrag... en help ons het partijkartel en het mediakartel te slopen. Onbehagen hangt ook samen met de anonimiteit van grote anonieme zorgaanbieders. Het is daarbij de vraag of Coornhert, had hij in deze tijd geleefd, dat niet ook als een soort gevangeniswezen zou duiden. In een situatie van grootschaligheid, bureaucratie, afbrokkeling van het authentieke Nederland en de komst van islam in het straatbeeld, zoekt men toch de warmte van culturele identificatie. Vroeger kon je met mensen in de tram een praatje maken: vandaag draagt iedereen oortjes en de gesprekken die er nog in zulke publieke ruimtes plaatsvinden, worden dikwijls in buitenlandse talen gevoerd. Het hoogst haalbare in deze situatie is vreedzame co-existentie, maar synergie is er zéker niet. We hebben het bezielend verband dus harder nodig dan ooit, en het is hier dat de filosofie van Coornhert aanknopingspunten biedt.
Laten wij dus doen wat wij kunnen doen om de klassieke humanistische deugen opnieuw te verspreiden, en net als hij bruggenbouwers zijn! In een tijd van culturele fragmentatie en verdeeldheid, putten wij inspiratie uit Coornherts inzet voor gewetensvrijheid, wederzijdse redelijkheid en maatschappelijke integratie via productieve arbeid. Zijn werk verschaft de energie om sociale kloven te overbruggen middels epische dialogen en tot een samenleving te komen waarin véél meer mensen zich gehoord en gewaardeerd voelen dan nu het geval is! Wij metselen een nieuw fundament voor mensen die van hun anker zijn geslagen, met het werk van Coornhert in de hand!
Steun Sid via BackMe ( https://sidlukkassen.backme.org/ ) en volg zijn Telegram-kanaal! ( https://t.me/SidLukkassen ) Zonder uw steun, lukt het niet!