De PvdA-minister wil het niet "over de poppetjes" hebben, maar sluit niet uit dat hijzelf lijsttrekker wordt.
Het was weer een rotweek voor PvdA-leider
Diederik Samsom. Zijn partijvoorzitter
Hans Spekman deed een boude uitspraak over Geert Wilders, die "een gevaar voor de democratie" zou zijn, en de afdelingsvoorzitter in Katwijk deed er een schepje bovenop door Wilders een
hartaanval toe te wensen. Allesbehalve fraai.
Tot overmaat van ramp kreeg Samsom in de aanloop naar het partijcongres, dat vandaag plaatsvindt, een
groot mes in de rug van Jacques Monasch. Dit rebelse PvdA-Kamerlid ziet Samsom totaal niet zitten als lijsttrekker, en wil dat Ahmed Aboutaleb of Eberhard van der Laan in de aankomende verkiezingen het stokje overneemt. Het 70-jarige jubileumfeestje van de sociaaldemocraten was dus volledig verpest.
Er waren ook lichtpuntjes voor Samsom. Spekman zegt hem nog te steunen, en ook Jeroen Dijsselbloem sprak zijn steun voor Samsom uit.
Lodewijk Asscher, vicepremier en door velen genoemd als potentiële lijsttrekker, sprak zijn steun uit voor Samsom, maar voor de oplettende lezer staat er iets heel anders. De Telegraaf
bericht:
Vicepremier Lodewijk Asscher zegt Samsom "zeer" te steunen. Hij benadrukt echter dat de partijvoorman officieel nog moet aangeven of hij lijsttrekker wil worden en "dat zal hij in het najaar doen." Asscher vindt dat Monasch er dan ook "een beetje vroeg" bij is.
De vicepremier constateert dat het op het partijcongres weer over de poppetjes gaat. "Dat is altijd zo. Dat is vaak voor mensen een heel aantrekkelijk onderwerp. Ik zit er voor de inhoud. Zorgen voor goede banen en zorgen dat we de vluchtelingenstroom op een goede manier opvangen."
Dat is niet echt onvoorwaardelijke steun. Bovendien sluit Asscher niet uit dat hij in het najaar zélf een gooi naar het lijsttrekkerschap zal wagen. Op zich is dat niet zo gek – wie weet gooit Samsom zelf het bijltje erbij neer tegen die tijd – maar het is allesbehalve een onvoorwaardelijke steunbetuiging. Vandaag hield Asscher een rede op het PvdA-congres waarin hij Samsom uitgebreid lof toezwaaide. Tussen al die mooie woorden door, is de boodschap duidelijk: Samsom moet op zijn tellen passen, zijn positie wordt met de dag onzekerder.