De PVV heeft een imagoprobleem.
Uit een extra rapportage van de politieke barometer blijkt dat de PVV een imagoprobleem heeft. De club van Wilders is namelijk weliswaar de grootste oppositiepartij volgens de meest recente peilingen, maar wordt niet gezien als dé leider. Dat voorrecht is voorbehouden aan het CDA en D66.
Dat van het CDA is bijzonder opmerkelijk aangezien de christendemocraten het niet bepaald goed doen in de gewone peilingen. Toch zien kiezers van zowel oppositie- als coalitiepartijen het CDA als dé oppositiepartij.
Het verschil met de PVV is ronduit schokkend te noemen. Die partij is tegenwoordig weliswaar de grootste oppositiepartij in de peilingen - of zelfs de grootste van alle partijen in de Tweede Kamer - maar valt op dit gebied toch buiten de boot.
Ik denk dat dit vooral komt doordat de PVV geen successen lijkt te boeken, terwilj D66 en met name het CDA dat wel doen. Met name die laatste krijgt veel positieve media-aandacht door enkele buitengewoon actieve Kamerleden, waaronder Pieter Omtzigt. Die schreeuwt niet alleen, maar zorgt er ook nog voor dat zijn moties worden aangenomen - als niet door de hele Kamer, dan in ieder geval door de hele opposite, wat de druk op het kabinet natuurlijk opvoert.
De PVV heeft een man als Omtzigt nodig - iemand die echt het één en ander voor elkaar krijgt... en daarnaast moet de partij elk overwinninkje dat het boekt groots verkondigen. Niet alleen op de eigen website, maar ook naar journalisten, bloggers, columnisten en kiezers toe.
Doen ze dat niet, dan kon de PVV weleens heel snel puur en alleen een protestpartij worden - dat terwijl ze tot voor kort het kabinet nog gedoogden en dus onmisbaar waren.