Vandaag is er een Europese top waarbij al een voorschot wordt gedaan op de besprekingen over de uitgaven van de Europese Unie. Nu de Britten gaan vertrekken is er een gat ontstaan in de Europese begroting. Je zou zeggen dat een land minder ook betekent dat er minder uitgaven in het algemeen zijn, maar die realiteit wordt verdraaid door de Europese politici en bestuurders. Er moet juist méér worden uitgegeven, niet minder.
De Nederlandse leus is: een kleine EU betekent een kleinere begroting. En waarom moet Nederland betalen voor het vertrek van de Britten? Maar in Brussel wordt er fijntjes op gewezen dat Nederland ook 'ja' heeft gezegd tegen nieuwe uitgaven. Ons land wil betere bescherming van de buitengrenzen en meer veiligheid. Frans Timmermans zei daarover deze week: "Je moet niet beginnen met de vraag wat het kost. Je moet kijken naar wat je wilt dat de EU doet. En pas dan kijk je naar: wat mag het kosten."
Als je kijkt naar de Europese begroting wordt een zeer groot deel uitgegeven aan landbouw:
Er wordt 59,6 miljard euro beschikbaar gemaakt voor de landbouw, visserij, plattelandsontwikkeling en milieu, waarvan:
-43,5 miljard euro voor het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF)-
-14,4 miljard euro voor het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling(ELFPO)
In de praktijk is dit een beleid gebaseerd op protectionisme en het subsidiëren van landbouwtechnieken en landbouwbeleid die inefficiënt en onproductief zijn. Als men kijkt naar bijvoorbeeld Frankrijk, dan kunt u begrijpen waarom dit bestaat. Voor Frankrijk is dit potje een heel belangrijk potje, aangezien de landbouweconomie van dat land anders een kopje onder gaat. Puur protectionisme. Dat mag natuurlijk, maar niet op de kosten van de Europese Unie, ergo: andere lidstaten. Er kan dus best wel wat bezuinigd worden op dit potje. Dit laat ook zien dat het niet gaat om meer uitgaven, maar om de allocatie van kapitaal en middelen.
Hoe kijkt Mark Rutte hier eigenlijk naar?
„Onze inzet is geen afdrachtsstijging”, aldus Rutte. Nederland staat echter vrij eenzaam met landen als Zweden, Denemarken, Oostenrijk en mogelijk Finland die ook zeer terughoudend zijn. Toch wil hij de moed niet bij voorbaat opgeven. „Ik heb hier in zeven, acht jaar veel lastige conflicten uitgevochten”, stelt de premier.
„We besteden al behoorlijk wat aan de EU. Ik vind ook dat we dingen moeten moderniseren. Dat kan ook, als we binnen de bestaande budgetten geld vrijmaken voor zaken als het bewaken van buitengrenzen en innovatie.”
Mark Rutte zal ook vast mee moeten nemen dat D66, de heftigste pro-EU partij binnen de coalitie, geen al te harde houding op de top wil hebben. Kees Verhoeven had de premier al een standje gegeven en daarmee het lastige EU beleid voor het Kabinet de komende jaren blootgelegd:
https://twitter.com/KeesVee/status/965880693195788288?ref_src=twsrc%5Etfw&ref_url=https%3A%2F%2Fpauw.bnnvara.nl%2Fnieuws%2Frutte-wil-geen-extra-geld-geven-aan-de-eu
We kunnen Verhoeven nog geen eens ongelijk geven.