Een significant deel van de moslimjongeren zou ronduit antisemitisch zijn.
Eerder vroeg minister Asscher het Verwey-Joncker Instituut om onderzoek te doen naar antisemitisme onder moslimjongeren. De uitkomsten van dit onderzoek zouden in mei openbaar worden gemaakt. In plaats daarvan ligt het al meer dan een maand op de plank.
De reden, aldus De Telegraaf, is dat Asscher geschrokken is van de onderzoeksresultaten en graag eerst een vervolgonderzoek wil laten doen.
De Telegraaf heeft het conceptrapport evenwel al kunnen inzien. Eruit blijkt dat 62 procent van de moslimjongeren ’niet zo positief’ denkt over Israël. 12 procent is negatief over Nederlandse Joden, waarbij is op te merken dat Turkse jongeren dit vaker zijn dan Marokkaanse jongeren.
Het Centrum Informatie en Documentatie Israel (CIDI) berichtte eerder dat het aantal antisemitische incidenten in Nederland met 71% is toegenomen. Dit gebeurde met name tijdens militaire acties van Israël tegen de terroristische organisatie Hamas, die het voor het zeggen heeft in Gaza. Islamitische jongeren zouden veelal verantwoordelijk zijn voor deze incidenten.
Een woordvoerder van het Verwey-Jonker Instituut bevestigt:
"Het is inderdaad af. Op een haar na dan, want uiteindelijk is dat iets tussen onderzoekers en opdrachtgever."
Ze voegt daar aan toe dat het niet aan het Instituut is om het rapport vrij te geven, maar aan het ministerie, dat ook alle communicatie over het onderzoek wil afhandelen.
Ondertussen hebben het Verwey-Joncker Instituut, de Anne Frank Stichting en het ministerie met elkaar afgesproken dat er inderdaad een vervolgonderzoek komt. Dit rapport zou na de zomer vrijgegeven worden, wellicht samen met het originele rapport waaruit blijkt dat een significant deel van de Nederlandse moslimjongeren een negatieve mening heeft over joden in hun algemeen, en over Israël in het bijzonder.
Verschillende Kamerleden willen daar niet op wachten en laten weten dat ze zo snel mogelijk inzage in het rapport willen hebben. D66-Kamerlid Bergkamp:
"Dit belangrijke rapport moet gewoon naar de Kamer, want het is voor het eerst dat er dergelijk onderzoek is gedaan. Het lijkt nu alsof Asscher intervenieert omdat de uitkomsten hem niet goed uitkomen."
De nieuwe partij VoorNederland (VNL) van Joram van Klaveren, Johan Driessen, Laurence Stassen en Bram Moszkowicz heeft al Kamervragen ingediend. De tweekoppige fractie eist ook antwoorden:
Vragen van de Leden Van Klaveren en Bontes aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het onderzoek naar jodenhaat onder islamitische jongeren.
1. Bent u bekend met het bericht 'Rapport blijft op de plank'*?
2. In hoeverre klopt het dat het onderzoek naar jodenhaat onder islamitische jongeren al weken klaar ligt maar dat het ministerie weigert dit rapport naar de Tweede Kamer te sturen?
3. Zo ja, hangt dit samen met het gegeven dat de uitkomsten 'te gevoelig' liggen?
4. Klopt het dat één van de conclusies is dat meer dan 10% van de islamitische jongeren negatief is over Nederlandse joden? Zo ja, welke oorzaken ziet u hiervoor?
5. Hoe verhouden de uitkomsten van dit rapport zich tot de conclusie van het onderzoek 'Antisemitism Worldwide' (2009), waarin men stelt dat daar waar de islamitische gemeenschap groeit ook het antisemitisme groeit?
6. Hoe duidt u de uitkomsten van het onderzoek in relatie tot de conclusie van het rapport van professor Koopmans, die stelt dat liefst 45% van de moslims zegt joden niet te vertrouwen?
7. Welke oorzaken ziet u voor de uitkomsten van het onderzoek van Motivaction (2014) dat 58% van de Turkse Nederlanders van mening is dat alle joden verantwoordelijk zijn voor de Israëlische politiek en dat 83% van de Turkse Nederlanders niet gelooft in vriendschap tussen joden en moslims?
8. Erkent u, mede op basis van de aangehaalde onderzoeken, dat er sprake is van een botsing der beschavingen - zoals verwoord door professor Huntington - en dat het opkomend antisemitisme in Nederland daar (ook) een gevolg van is?
9. Welke werkzame oplossingen draagt u aan om het antisemitisme onder moslims te bestrijden?
10. Bent u bereid het rapport per ommegaande naar de Tweede Kamer te sturen?