Alle begrotingen blijven gewoon geheim tot aan Prinsjesdag. Het kabinet houdt
Prinsjesdag graag precies zoals het al jaren is. Premier Mark Rutte en minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem willen er helemaal niets aan veranderen. Dat betekent dat we voorlopig niet hoeven uit te kijken naar visionaire verhalen op Prinsjesdag en dat betekent ook dat de komende jaren de begrotingen
geheim blijven tot aan Prinsjesdag.
Of nou ja, geheim. Dat is het idee, maar ieder jaar weer
lekken de Prinsjesdagstukken uit naar de media, omdat er altijd wel Kamerleden zijn die de embargo op de stukken onzin vinden en met alle plezier de documenten overdragen aan iemand als Frits Wester. Het is ook onzin om het geheim te houden, omdat het kabinet strategisch (positieve) cijfers kan lekken naar de kranten, terwijl de oppositie moet wachten tot de officiële cijfers naar buiten mogen. Dat klopt van geen kant.
Het kabinet laat alles zoals het is, er wordt alleen iets meer werk gemaakt van het sturen van de begrotingen naar de Eerste Kamer,
maar dat is alles:
Vorige maand heeft het kabinet met de voorzitters van beide kamers overlegd over de kwestie. Vooral in de Senaat ontstaan soms problemen doordat het niet lukt alle begrotingen voor het eind van het jaar te behandelen.
Maar volgens Europese regels moet dat wel. Het kabinet gaat proberen de procedures te versnellen, zo is afgesproken met beide Kamervoorzitters.
Ik snap niet waarom het kabinet blijft vasthouden aan de manier waarop de afgelopen jaren Prinsjesdag is gevierd. Het is oersaai om een
troonrede te moeten aanhoren die vooral bestaat uit het oplezen van beleidsplannen en cijfers die de dagen ervoor al zijn uitgelekt in de pers. Het zou tien keer beter zijn als de cijfers eerder worden bekendgemaakt en het staatshoofd een visionair verhaal presenteert in de Ridderzaal.
Helaas, ook dit jaar belooft Prinsjesdag weer niet echt spannend te worden.