Alexander Rinnooy Kan en Paul Schnabel worden blijkbaar toch niet zo gewaardeerd door de partijtop.
De
D66-kandidatenlijst voor de
Eerste Kamer is vandaag bekendgemaakt: Thom de Graaf wordt zoals verwacht lijsttrekker (bij D66 hebben ze toch last van een bepaalde hang
naar het verleden), en voor de rest staan er weinig verrassingen op. Wat wel verbazing wekt, is de positie die prominente D66'ers als
Alexander Rinnooy Kan en
Paul Schnabel hebben gekregen. Ze staan, zoals NRC-verslaggever Tom-Jan Meeus constateert
op Twitter, behoorlijk laag op de lijst.
https://twitter.com/tomjanmeeus/status/555691223810580480
De top-10 ziet er alsvolgt uit.
Via D66.nl:
Nr. 1 Thom de Graaf
Nr. 2 Henriette Prast
Nr. 3 Hans Engels
Nr. 4 Alexander Rinnooy Kan
Nr. 5 Annelien Bredenoord
Nr. 6 Joris Backer
Nr. 7 Paul Schnabel
Nr. 8 Petra Stienen
Nr. 9 Henk Pijlman
Nr.10 Herman Schaper
Volgens de lijsttrekker is hij "blij met een mooie lijst met ervaren en nieuwe Kamerkandidaten". En: "D66 brengt hiermee veel maatschappelijke kennis en gezag bij elkaar die juist in de Eerste Kamer nuttig zijn." Dat zijn mooie woorden om de lieve vrede binnen D66 te bewaren, maar het is nogal opvallend. Waarom staan Rinnooy Kan en Schnabel niet boven bijvoorbeeld Hans Engels en Joris Backer, twee oudgedienden die al in de D66-fractie zaten? Na alles wat ze voor de partij hebben betekend in hun posities bij de SER en SCP?
En dan nog wat. Wat doet de politiek-correcte arabist Petra Stienen op de lijst, de vrouw die juichte na de Arabische lente omdat de Arabische landen stuk voor stuk zouden worden bevrijdt van dictators, en de vrouw die werkelijk
geen snars begrijpt van de verschillende islamitische stromingen en machten in het Midden-Oosten? Moet zij soms de islamitische stem proberen te veroveren de komende maanden? Het zou in ieder geval
in de traditie van D66 passen.