Hersh schrijft dat Turkije en de VS eerst gezamenlijk optrokken door de Syrische oppositie wapens te verschaffen, via de zogenoemde rat line, een heimelijke route via Libië en Zuid-Turkije. Na de aanval op het Amerikaanse consulaat in Benghazi trok de CIA echter zijn handen van de wapenverschepingsroute af, al bleef die bestaan. Turkije levert op die manier nog altijd wapens aan jihadisten. Zo ook gifgas, schrijft Hersh. Volgens hem was het bewijs voor de schuld van Assad aan de gifgasaanval een stuk dunner dan westerse regeringsleiders het deden voorkomen.