De 'Gele hesjes' demonstreren tegen armoede, koopkrachtverlies en Macron. Als ze echt effectief willen zijn, zouden ze hun woede vooral moeten richten op het financiële systeem. Maar ja. Wat is dat, en wie zijn dat? Wat is er mis met het financiële systeem? Een korte uitleg. Op 4 september 2014 kondigde Mario Draghi van de Europese Centrale Bank (ECB) een aantal maatregelen aan die kwantitatieve versoepeling, ‘quantitative easing’, genoemd worden. Dit is een vorm van directe geldschepping door een centrale bank, waarbij effecten, zoals staatsobligaties en bedrijfsobligaties, worden aangekocht om geld te creëren. Kwantitatieve versoepeling wordt beschouwd als een noodmaatregel om prijsstabiliteit te bewerkstelligen, inflatiedoelstelling te realiseren en binnen de EU de euro te ondersteunen. In de nasleep van de kredietcrisis en de eurocrisis is het door diverse centrale banken toegepast. De centrale bank probeert door renteverlaging ook de economische groei te stimuleren en een eventueel dreigende recessie te vermijden. Door het opkopen wordt de rente fors naar beneden geduwd naar nulprocent of zelfs negatief. Leningen worden hierdoor goedkoper waardoor burgers en bedrijven meer besteden en oplopende werkloosheid vermeden wordt. De teller van het opkopen staat op een gigantische 2,6 triljoen euro en de ECB vindt het nu genoeg geweest.
De bank beperkt zich tot herinvesteren van de inkomsten uit rente en afbetalingen. De Nederlandsche Bank heeft kritiek op het opkoopprogramma omdat door het kunstmatig laag houden van de rente de financiële wereld niet meer precies weet wat de juiste prijs is voor kredietrisico. Dit is schadelijk voor een correcte allocatie van vermogen, zeker als bedrijfsresultaten tegenvallen. Bedrijven profiteerden zo jarenlang van perfecte omstandigheden om geld op te halen. Door het beëindigen van het opkoopprogramma worden bedrijven kwetsbaar voor renteverhoging, verslaafd geraakt aan jarenlange extreem lage rentes.
Voor de kwetsbare burgers aan de onderkant van de samenleving is het opkoopprogramma zeer negatief. Door de rentetarieven zo extreem laag te houden zijn de koersen op aandelenmarkten sterk opgelopen. De afgelopen jaren was de beurs glorieus, maar zij profiteerden daar niet van, want ze ontberen de middelen en de kennis om daarin te participeren. De vastgoedprijzen bulderden omhoog, maar zij profiteerden daar niet van want ze hebben geen middelen om te participeren. De relatief rijken konden een lang weekend naar Bali dankzij de lage vliegkosten, maar kwetsbaren profiteerden daar niet van, want zij ontberen de middelen. De extreem lage rentes zorgen ervoor dat pensionado’s voortdurend met kortingen bedreigd worden en spaarders geen rente krijgen over hun spaargeld. Kortom, ontevredenheid en onbegrip van het establishment daarover alom. Zo zorgde de onnatuurlijk sterke greep van de centrale bank op financiële markten niet alleen voor ontwrichting van de financiële wereld, maar vooral voor een ontwrichting van de sociale wereld.
En hier komen de gele hesjes in beeld. De gele hesjes slaan de weelde aan de andere kant van de heuvel met lede ogen gade. Inkomensverschillen zijn sterk opgelopen. In
Frankrijk wordt het beetje marge dat de kwetsbaren nog hebben hen uit handen geslagen door dieselprijsverhoging. De vermogensbelasting werd teruggebracht. Macron, ‘
président des riches’. Geen wonder dat de nog ingetogen ontevredenheid overslaat in een uitslaande brand. We hoeven niet te veronderstellen dat die ontevredenheid wel overwaait. Sterker nog, het zou (fors) kunnen aanwakkeren.
Economen zijn het er over eens dat het einde van de cyclus bereikt is. De economische groei loopt wereldwijd terug, terwijl nog niet duidelijk is of dit zal doorzetten naar recessie. De Franse spoeling is dun. Het land staat er beroerd voor met een extreem hoge schuldenlast, hoge werkloosheid, een bevolking die slechts 35 uur maximaal wil werken en niet wil hervormen. De Franse verzorgingsstaat is een stuk soberder dan bij ons. Mocht die spoeling nog dunner worden, dan is niet uit te sluiten dat bevolkingsgroepen zich tegen elkaar gaan keren. Dus niet alleen onderklasse tegen establishment, zoals nu, maar ook concurrerende onderklassen onder elkaar.
Opvallend, maar eigenlijk logisch, is dat bij de gele hesjes zowel links als rechts schouder aan schouder staan. De gele hesjes zijn daardoor niet vergelijkbaar zijn met de Studentenopstand eind jaren zestig vorige eeuw. De Studentenopstand was namelijk een revolte van linkse studenten tegen het autoritaire establishment. De studenten van toen, en hun zonen en dochters, zijn inmiddels gepromoveerd naar establishment en zitten nu zélf in het beklaagdenbankje. En ze reageren identiek aan het establishment van toen: verbaasd, niet begrijpend en afhoudend.
President Emmanuel Macron past perfect in dat plaatje, ‘il n’a pas la lumière a tous les étages’, hij heeft ze niet allemaal op een rijtje. Frankrijk heeft met hem bij uitstek een president die het land níet zou moeten hebben: superelitair, intelligent, maar tactloos met uitlatingen die doen denken aan Hillary Clinton’s ‘deplorables’. Saillant is dat een deel van het probleem veroorzaakt wordt in Frankfurt, een nachtmerrie voor Macron dat juist de EU hem hier nu in de wielen rijdt. In ons land zijn de inkomensverschillen geringer en de verzorgingsstaat sterker, maar het gebrek aan begrip is identiek aan Frankrijk. Het er zijn geen bovenmenselijke inspanningen nodig om Frankrijk te hervormen, wel zeer menselijke eigenschappen als geduld, overtuigingskracht en rationele compassie. Macron lijkt die eigenschappen niet te bezitten.