Als je wat langer meeloopt, ga je je steeds meer verbazen hoe mensen zich het verleden herinneren. Een verleden dat je zelf hebt meegemaakt, wordt door latere generaties heel anders waargenomen. Dat komt natuurlijk doordat de werkelijkheid meerdere kanten heeft. Soms leidt dat tot nuttige correcties, maar het kan ook tot vertekeningen en vervalsingen leiden. Tot de mythe van de jaren zestig hoort het dat de jaren vijftig zo saai, braaf en kleingeestig waren. Dat was misschien zo voor jongeren die in de kleine huisjes van die tijd nog geen eigen kamer hadden, of op hun zolderkamertje met dunne muurtjes in plaats van hun huiswerk te maken lekker naar de opzwepende rock van Elvis op Radio Luxemburg wilden luisteren. Maar voor de toen nog zéér hardwerkende Nederlanders, die van Teddy Scholten hielden en dubbel lagen van het lachen om Snip & Snap, waren de wederopbouwjaren een tijd van grote vooruitgang en grote verandering. Niks saai en bekrompen, maar steeds rijker en ruimdenkender. Tijdens de Koude Oorlog werd Nederland lid van de NAVO en de Europese Economische Gemeenschap en maakte het kennis met de Amerikaanse cultuur, nadat het in de jaren veertig door de Duitsers bezet was geweest en in Zuidoost-Azië een wereldrijk was kwijtgeraakt. Noem dat maar niks, het ontbrak toen bepaald niet aan (gefnuikte) horizon. De generaties die voor de oorlog zijn geboren, hebben heel wat meer meegemaakt dan de babyboomers die later de toon zetten.
In de jaren negentig stonden we aanvankelijk wat beduusd te kijken van de internationale faam van ons poldermodel. Ineens gold Wim Kok als voorloper van de 'Derde Weg', waardoor Nederland als succesvol voorbeeld gold van een land dat zijn economie had gesaneerd zonder de verworvenheden van de verzorgingsstaat prijs te geven. Wij wisten wel beter, want de jaren tachtig waren helemaal geen tijd van consensus en harmonie, maar van bezuinigingen en verbitterde sociale strijd, waarbij Wim Kok als leider van het FNV nog te hoop was gelopen tegen het afbraakbeleid van Lubbers c.s.. Maar in de jaren negentig maakt Kok zelf een draai van honderdtachtig graden en schudde hij zijn ideologische veren af. Hij verkocht dat als een bevrijding (wat het voor hem ook was), en liet zich de internationale waardering lekker aanleunen, zonder overigens zijn vertrouwde korzeligheid te verliezen. Nederland wentelde zich in Paars welbehagen. De economie groeide en het was een verademing dat de oude ideologische clichés hadden afgedaan. Onder de kiezers bestond daar grote waardering voor. Overheid en politiek genoten veel vertrouwen en PvdA en VVD boekten goede verkiezingsuitslagen en genoten tot 2001 van prettige scores in de opiniepeilingen. Het was pais en vree, al waren er ook 'dissidenten', zoals Frits Bolkestein, die voorzichtige kritiek had op het gedweep met de multiculturele samenleving en 'Europa', om in 1999 zelf naar Brussel te vertrekken.
In 2001, het jaar van 9/11 en de opkomst van Pim, werd alles anders. Het was een donderslag bij heldere hemel, want de elites dachten het goed te hebben gedaan. VVD-minister Gerrit Zalm had niet alleen voor de 'Zalm-norm' gezorgd, maar had Nederland ook voor de euro klaargemaakt en liet ook overschotten op de overheidsbegroting na. Dat was sinds 1971 niet gebeurd. En toen kwam Pim Fortuyn met zijn 'puinhopen van Paars'. Hij had het over de immigratie, de integratie en de islam, de 'i-vraagstukken' die de zelfgenoegzame politiek correcte elite bewust had laten liggen en onbespreekbaar had gemaakt. De economische bloei was schone schijn, daaronder zat een verweesde onderlaag van nette en ook minder nette burgers die zich door de linkse kerk in de steek gelaten voelde. Dat hebben we geweten. Praktisch het hele linkse gedachtegoed is aan stukken gescheurd en het politieke landschap ziet er tegenwoordig anders uit dan tien jaar geleden. Althans, de gevestigde partijen zijn in het defensief gedrukt en het gedachtegoed van Pim klinkt nu overal door, alsof de mensen het zelf hebben bedacht en de schellen hun van de ogen zijn gevallen. De Waarheid, de Waarheid en niets anders dan de Waarheid, roepen ze allemaal in koor, alsof de Pravda nieuwe recordoplagen haalt. Jongelui die in de jaren negentig nog in de pampers lagen, weten nu dankzij Pim dat Paars er een puinhoop van heeft gemaakt, en mensen die zich toen tekort gedaan voelden omdat zij niet werden gehoord, voelen zich in hun gelijk gesterkt en zijn zich nog veel verongelijkter gaan gedragen. Zij hebben immers gelijk en spreken de waarheid, wat van die volgevreten leugenachtige bestuurskliek die het sinds de jaren zestig voor het zeggen heeft niet kan worden gezegd.
Nog voordat Pim Fortuyn de nieuwe minister-president was geworden en het multiculturalisme had kunnen begraven, lag hijzelf al onder de zoden. Hij was vermoord door een fanatieke dierenactivist. De kogel kwam van links. De mensen in het land, die net van het christendom af waren en een plattere, aardse kijk op de zaken hadden gekregen, stemden massaal op een lijk, waardoor de LPF met 26 zetels in de Kamer kwam. De politieke elite - 'moordenaars!' - had bij de begrafenis van Pim (de gekruisigde Messias) op de voorste rij gezeten en piepte 'm via een zijuitgang. De enige die in die dagen zijn kop erbij hield (afgezien van Jan Peter Balkenende en Piet Hein Donner, die namens het CDA een non-agressiepact met Pim hadden gesloten), was Mat Herben. Hij zorgde ervoor dat de gemoederen werden gekalmeerd. Ik vond toen en vind nog steeds dat hij voor dat optreden een lintje van de Majesteit verdiende. Hulde Mat, voor zoveel gezond verstand, dat was in die dagen ver te zoeken. Ik waardeer de analyses van Mat Herben, een groot kenner van het gedachtegoed van Pim en een geslepen ontmaskeraar van linkse (vooral PvdA)-prietpraat. Toch zijn die 'puinhopen van Paars' verschrikkelijk overdreven.
In eerste instantie was de narcistische relnicht Pim, een oud-marxist die zijn diensten vergeefs aan alle politieke partijen had aangeboden voordat hij er zelfs door Leefbaar Nederland werd uitgegooid, een debatverfrisser. Onder Wim Kok was het geestelijk klimaat wel erg verdord. Overigens was de VVD de laatste om zich daarover te beklagen, want vadertje Kok had een draai in liberale richting gemaakt en daar mogen al diegenen die het goed menen met de economie en het zakenklimaat hem nog dankbaar voor zijn. (Alleen de heren van de Shell kenden Kok - die de paarse driesterrenmaaltijd overigens tegen heug en meug was begonnen - zijn verdiende bonus toe, maar dit terzijde.) Paars was echter meer met economische (de euro en all that) dan met culturele zaken begaan. En wat was er veel mis met de islam, en wat was daarvan veel onder de pet gehouden! Het leidde tot Ayaan Hirsi Ali, die de VVD op stelten zetten en er onbedoeld bijna voor zorgde dat Rita Verdonk en niet Mark Rutte het land zou gaan redden. En dan was er de schokkende moord op Theo van Gogh, een tweede martelaar voor de vrijheid van meningsuiting. Theo was een bewonderaar van Pim Fortuyn, 'de goddelijke kale', en werd op 2 november 2004 (toevallig ook de dag van de herverkiezing van George W. Bush) in naam van Allah door de goddelijke kale geitenneuker Mohammed B. neergestoken en ritueel geslacht. Logisch dat het land in rep en roer was. (Nog een terzijde: de film van Van Gogh, 06/05, draaide slechts kort in de bioscoop, maar was ondanks het gebrek aan waardering van het grote publiek wel de moeite waard, al zat er een bizarre complottheorie in, waarbij de moordenaar van Pim in opdracht gehandeld zou hebben van Amerikaanse wapenfabrikanten die Nederland via zaakwaarnemer Mat Herben de JSF in de maag wilden splitsen. Theo kon ook een heleboel onzin verkopen en giftige verdachtmakingen plaatsen.)
De rest mag bekend worden verondersteld. De moord op Pim en zijn begrafenis liggen inmiddels negen jaar achter ons. Negen jaar! Dat is al meer dan twee keer zo lang als dat ene kabinet-Den Uyl er gezeten heeft (en daar hebben we het nu nog over!). Is Nederland nu, vergeleken bij de jaren negentig en 'de puinhopen van Paars', een prettiger en welvarender land geworden, waarin op een realistische manier over politiek wordt gepraat? Wie naar de economie kijkt, kan slechts concluderen dat het in de jaren negentig heel wat beter ging, ondanks de massa-immigratie die in die jaren plaatsvond. Wie naar het politiek klimaat kijkt, kan zeggen dat nog slechts weinig mensen zich de mond laten snoeren en dat het vrije woord meer zelfverklaarde vrienden heeft dan ooit. Maar wat wordt er tegelijk een hoop (ditmaal vooral rechtse) onzin verteld en aan opinievervuiling gedaan, niet alleen over het nu en de toekomst, maar ook over het recente verleden. Je zou hier van 'de puinhopen van Pim' mogen spreken. God hebbe zijn ziel, Pim is ongetwijfeld in de hemel. En lieve God, als U een beetje om onze gezellige moerasdelta geeft, houd hem daar ook. De goddelijke kale heeft ons de ogen geopend en wat wij zien bevalt ons niet.