Timmerfrans roept enge dingen op Facebook. De schaamte voorbij refereert onze eurocorporatist aan termen die tegen het Italiaanse fascisme aanschurken. Dit uitte zich in het onderstaande Facebookbericht:
"In deze tijden van crisis sluiten sociale partners en overheid de rijen. We vormen, om het in Romeinse termen te gieten, een "polderfalanx". Die zou best eens voor een doorbraak kunnen zorgen."
Minister Timmermans begeeft zich hier op glad ijs. De Italiaanse fascisten in het Rome van de eerste helft van de twintigste eeuw verwezen veelvuldig naar de gloriedagen van het Romeinse Rijk en bedienden zich ook vaak van beeldspraak, waarbij gretig gebruik is gemaakt van hun antieke Romeinse erfenis. Ik noem bijvoorbeeld het oud-Romeinse symbool van autoriteit onder de Latijnse naam "fasces cum securibus", een bundel roeden om een bijl heen waarvan het blad uitsteekt, waar de naam fascisme van is afgeleid.
Zonder het waarschijnlijk zelf te weten bezigt Timmermans echter geen Romeinse term, maar een Griekse! Auw! En dat in deze tijd met al die Griekse toestanden. Onze minister heeft dan wel een Atheneum-achtergrond, maar voor de facts had hij toch beter gymnasium kunnen doen. Dan had hij geweten dat een falanx een militaire formatie is van de oude Grieken.
De Griekse stadstaten vochten sinds de zevende eeuw voor Christus hun geschillen uit door op afspraak in falanxformatie tegen elkaar aan te treden op het slagveld. Deze formatie bestond uit volledig bronsbepantserde infanteristen, hoplieten genaamd, die met grote ronde schilden en lange pieken een ondoordringbare muur vormden. Door deze volkomen inflexibiliteit van de slagorde waarin zij stonden opgesteld kon er maar naar één kant worden opgerukt en de vijand kon ook maar naar één kant toe worden bevochten. Tactiek, strategie of manoeuvres waren de oude Grieken vreemd bij deze manier van Griekse oorlogvoering. Alleen al op grond hiervan is de term polderfalanx ongelukkig gekozen.
Nog ongelukkiger aan de vergelijking met een falanx is de laag van de maatschappij, waar de infanteristen uit afkomstig waren. De benodigde manschappen voor de falanx waren namelijk geen eenvoudige boeren maar grondbezitters die landbouwers en slaven in dienst hadden op hun grond. Zij kwamen uit de landbebouwende klasse van de Griekse stadstaten, aangezien zij hun eigen bewapening konden aanschaffen. De rijke elite en de onderklasse bleven buiten schot in deze manier van oorlogvoering.
Ik zie Timmerfrans al met zijn polderfalanx in starre inflexibele formatie oprukken met zijn hoplieten uit ons establishment. Om vervolgens te sneuvelen op vuige economische guerrilla-tactieken, strategieën en manoeuvres van onze Europese vrinden.
Naschrift: ik heb voor de goede smaak enige vergelijking met de fascistoïde Spaanse Falangistenbeweging en het Libanese Falangisme maar even buiten beschouwing gelaten. Dat mag de geïnteresseerde lezer zelf googelen.