Peter Nijkamp is, net als die andere wetenschappelijke fraudeur Diederik Stapel, in korte tijd van een coryfee onder ingewijden tot een bekende Nederlander geworden.
Die bekendheid heeft hij te danken aan beschuldigingen van wetenschappelijk plagiaat en zelfplagiaat die eerst anoniem en recent door wetenschapsjournalisten als Frank van Kolfschooten (FvK) zijn gedaan. Die beschuldigingen richtten zich eerst op een promovenda van Nijkamp, Karima Kourtit. In delen van het proefschrift van Kourtit zou gebruik worden gemaakt van gezamenlijk werk van Kourtit en Nijkamp waarbij vrijelijk stukken tekst werden gekopieerd, alsook uit papers die Nijkamp weer met anderen had geschreven. Door deze beschuldiging verplaatste de aandacht zich van Kourtit naar Nijkamp zelf. FvK volgde het spoor van gerecyclede papers en kwam terecht bij een review paper van Nijkamp dat in 2012 in de Review of Economic Analysis werd gepubliceerd. Dit artikel bevatte ook weer vele letterlijke tekstblokken uit papers van Nijkamp zelf, maar ook uit papers van anderen die hij overigens wel vermeldt, maar er niet bij aangeeft dat hij hun teksten letterlijk overneemt.
Nijkamp verdedigde zich op agressieve wijze in een uitgebreid stuk in het universiteitsblad van de VU,
Ad Valvas. Een van zijn belangrijkste argumenten was dat het onderzoek van FvK een puur mechanische exercitie was, maar
hij had beter met peers kunnen praten over de vraag of een idee, een aanpak of een vinding vernieuwend of origineel is. Dat is een hypocriet verweer: in de (economische) wetenschap lezen wetenschappers elkaars werk nauwelijks, tenzij ze referee van een tijdschrift zijn, maar ook dan is (zoals nu ook weer blijkt) het toetsen van papers van collega wetenschappers niet erg grondig. Stapel kon jarenlang zijn gang gaan zonder dat referees van rijdschriften iets door hadden. Nijkamp publiceert ook papers waar de copy/paste knoppen iets te enthousiast zijn ingedrukt.
Maar als we eens tegen de heersende onderzoekcultuur ingaan en de papers van Nijkamp gaan lezen. Kunnen we dan tot de conclusie komen dat Nijkamp weliswaar in herhaling vervalt, maar wel vernieuwend, origineel en grensverleggend bezig is, zoals hij zelf in zijn verdediging suggereert? In ieder geval niet in de papers die door FvK zijn omgespit. Die papers gaan over de gevolgen van migratie voor de immigratielanden. Wat Nijkamp met alle geweld wil bewijzen, zo lijkt het, is dat immigratie alleen maar positieve effecten heeft. Op diverse plekken schrijft hij (al dan niet met co-auteurs) dat de populaire (hij bedoelt waarschijnlijk populistische) visie dat immigratie leidt tot werkloosheid of slechtere arbeidsomstandigheden voor de autochtone arbeidsbevolking empirisch niet juist is. Als immigratie al negatieve effecten op de arbeidsmarkt heeft, dan zijn ze maar beperkte tijd voelbaar en ze verdwijnen in de loop der tijd. Ook op niet-economisch gebied leidt immigratie alleen maar tot betere tijden. De multiculturele samenleving? Nijkamp schrijft, hier samen met Kourtit, in mijn vertaling: Culturele diversiteit heeft een positief effect op creativiteit, vernieuwing en prestaties zowel in bedrijven, als in steden, regios of het land als geheel. Enzovoorts. Je zou bijna vergeten dat de afgelopen weken diverse jeugdbendes van voornamelijk Marokkaanse snit zijn opgerold door de politie.
De vraag is hoe Nijkamp aan die positieve kijk op immigratie komt. In ieder geval niet door eigen onderzoek, want de bekeken artikelen bevatten geen eigen onderzoek. De claims door Nijkamp c.s. worden vooral gebaseerd op wat anderen beweren. Je moet dan wel die anderen zelf gaan lezen, want Nijkamp is erg zuinig met het geven van kwantitatieve onderzoekresultaten van andere wetenschappers.
Kortom, in het werk van Nijkamp dat door FvK op plagiaat is onderzocht, is geen originaliteit te ontdekken. Alle resultaten, die empirisch niet onderbouwd worden, komen van reviews of van meta-analyses, of meta-analyses van meta-analyses. In tegenstelling tot wat hi zelf suggereert is hij niet grensverleggend bezig, er is geen sprake van kennisontwikkeling, maar hij kauwt gewoon ideeën van anderen na. Nijkamp heeft op het gebied van immigratie een onbedwingbare behoefte om politiek correct te zijn. We moeten blij zijn dat er immigranten komen, zo lezen we uit zijn papers, want we worden er allemaal beter van. Het is het PvdA-geluid van 10-20 jaar geleden. Er zijn nog maar weinig mensen die de multiculturele samenleving onbekommerd toejuichen. Peter Nijkamp is daar één van. Het bewijst dat hij zichzelf behoorlijk overleefd heeft.