De oud-presentatrice, journaliste en uitgever vraagt zich af in een recente column waarom Westerse inlichtingendiensten niet optreden tegen bekende jihadisten.
In een nieuwe column voor
Vrouw (van De Telegraaf) schrijft Catherine Keyl dat ze niet begrijpt waarom de autoriteiten niet ingrijpen tegen mensen waarvan bekend is dat ze de
Radicale Islam aanhangen en (mogelijk) aanslagen willen plegen. Ze schrijft:
Nou, dat was een hele geruststelling dat de veiligheidsdiensten de dader van de Thalys-aanslag al weken in de smiezen hadden. Ja en? Ze wisten dat hij uit Syrië kwam, hij had de S van staatsgevaarlijk. Maar waarom doet op zo’n moment niemand iets. Moeten we dan gewoon blijven afwachten elke keer, beleefd onze grondrechten respecterend, omdat we niet tot actie durven overgaan. Wat is er nu eigenlijk nog nodig om die jihadjongens aan te pakken?
Keyls column is van belang omdat ze niet bepaald bekendstaat als 'radicaal-rechts' of iets dergelijks. Ze begon haar journalistieke carriere zelfs bij de NCRV; niet bepaald een radicale zender.
Ze symboliseert dan ook de gemiddelde Nederlandse kiezer die zich steeds meer zorgen maakt om radicale moslims en de ogenschijnlijke onwil van de autoriteiten om in te grijpen als dat nodig is. Enkele jaren geleden was met name de PVV hiermee bezig, maar nu is vrijwel iedere Nederlander het erover eens dat er iets moet gebeuren en dat extremisme bevochten moet worden - in sommige gevallen door militair ingrijpen (in het Midden-Oosten) en in andere gevallen door extremisten op te sluiten of zelfs uit te zetten.
Zoals Keyl uitlegt:
Een paar weken geleden pleitte ik in het journalistenforum van NCRV/KRO voor het weer sluiten van de grenzen, met dien verstande dat er controle zou komen op wie hier binnenkomt. Ik kreeg een bak Twitter-shit over me heen. Inmiddels vond Editie-NL uit dat 98 procent van de Nederlanders dat wil.
De idee dat er iets moet gebeuren is al lang niet meer beperkt tot de PVV en de rechtervleugel van de VVD. Het electoraat is het hier eigenlijk unaniem over eens. Zoals Keyl ook schrijft is de enige vraag nu wanneer de
politiek dat ook inziet... en ernaar handelt.