1. Home
  2. Beangstigende saamhorigheid

Beangstigende saamhorigheid

Geen categorie13 mei 2013, 12:00
'Communitas', de expositie van Aernout Mik in het Stedelijk Museum Amsterdam, toont treffend hoe wankel het gevoel van eenheid is.
Het menselijk leven kent vele overgangsperioden, momenten waarop het individu verandert van identiteit. Het beste voorbeeld daarvan is de puberteit, een fase waarin een mens geen kind meer is, maar nog niet tot de volwassenen behoort. Kinderen zijn nog niet verantwoordelijk voor hun gedrag, terwijl volwassenen – in principe – zelf hun leven richting en inhoud kunnen geven. Maar hoe zit dat met pubers? Aan de ene kant zijn het kinderen die sturing nodig hebben in hun dagelijkse leven (‘Maak vanavond maar eerst je huiswerk af’), aan de andere kant ontwikkelen ze hun eigen voorkeuren en willen ze hun eigen keuzes kunnen maken (‘Ik kan toch zelf bepalen wanneer ik mijn huiswerk maak’). De puberteit valt volgens antropologen onder de liminale fase, een periode van onzekerheid en desoriëntatie waarin de oude identiteit is verdwenen, maar nog niet is opgevolgd door de nieuwe identiteit.
De liminale fase beperkt zich niet alleen tot het individu; een groep, collectief of land kan zich ook in een periode van desoriëntatie en onzekerheid begeven, als gevolg van een overgang naar een (onzekere) toekomst. Tijdens de ontgroening bijvoorbeeld, bekend van de corporale studentenverenigingen, worden scholieren ‘omgevormd’ tot eerstejaars studenten die deel uitmaken van de betreffende studentenvereniging, maar daarvoor moeten ze een hoop ontberingen doorstaan. Wanneer een land in oorlog verkeert, wordt afscheid genomen van de ‘oude’ orde en de nieuwe orde is afhankelijk van de uitkomst van de gevechten. Een oorlog vormt vaak een breuklijn in de geschiedenis. Niet voor niets spreekt men van het Nederland ‘voor’ en ‘na’ de oorlog. Een revolutie, tenslotte, is een laatste voorbeeld van een liminale fase. Acute, ingrijpende politieke veranderingen, die vaak door geweld tot stand zijn gebracht, maken een abrupt einde aan de oude maatschappelijke orde en luiden een nieuwe, onzekere hiërarchie in. Na een enthousiast en hoopvol begin heersen niet zelden teleurstelling en repressie, zoals tijdens de Franse Revolutie of, meer recent, de Arabische Lente in Egypte.
De overgangsperiode in een groep of samenleving staat centraal in de solotentoonstelling van Aernout Mik in het Stedelijk Museum in Amsterdam. Mik (1962) geldt als een van de grootste hedendaagse Nederlandse kunstenaars; hij vertegenwoordigde Nederland twee keer op de Biënnale van Venetië en had in 2009 een overzichtstentoonstelling in het Museum of Modern Art in New York. Met zijn videowerken in het Stedelijk Museum reflecteert Mik op de afgelopen tien jaar, die hij typeert als een overgangsfase van een oude naar een nieuwe maatschappelijke orde. Door de afwezigheid van duidelijke, vaststaande verhoudingen ontstaat solidariteit en gelijkheid tussen de leden van de gemeenschap. Dit tijdelijke gevoel van eenheid, dat in de antropologie ‘communitas’ wordt genoemd, wordt in Miks video-installaties onderzocht en uitgebeeld. De video ‘Refraction’ (2005), geprojecteerd op een gebroken wand, toont een groot busongeluk op een snelweg in een leeg, weids landschap. De beweeglijke camera volgt nauwlettend alle activiteiten van de hulpdiensten. Het busongeluk verbreekt de bestaande, alledaagse maatschappelijke orde, waarop gereageerd wordt door rustige, maar betrokken politieagenten en ambulancepersoneel. De hulpdiensten vormen, te midden van het meedogenloze landschap, een natuurlijk en organisch geheel.
Dat de geest van gelijkheid en eenheid heel fragiel is, laat de video ‘Communitas’ (2010) zien, waarin een groep individuen een revolutionaire beweging probeert te vormen. De gebeurtenis, die net als Miks meeste video-installaties in scène is gezet, vindt plaats in het Paleis voor Cultuur en Wetenschap in Warschau, dat daar door Josef Stalin is neergezet. Mik, die is opgeleid als beeldhouwer, heeft veel oog voor de architectuur van het neoclassicistische gebouw. Zijn video’s zijn niet zomaar films, verklaart hij in een interview, maar maken deel uit van de architecturale structuren in de ruimte. In ‘Communitas’ staat de ruimte zelf, die de sfeer ademt van het communistische verleden, centraal. Niettemin laat ‘Communitas’ gedesoriënteerde individuen zien die dolgraag willen opgaan in een revolutionair collectief, maar op momenten ten prooi vallen aan twijfel en neerslachtigheid.
Beangstigend en zelf bedreigend wordt de ‘communitas’ in ‘Tongues and assistants’ (2013), een opname van een Pinkstergemeente-viering in Brazilië. In een kille congreshal staan honderden gelovigen te dansen, te zingen en houden hun handen omhoog. Sommigen hebben de ogen dicht, anderen kijken hoopvol uit hun ogen. Af en toe neemt iemand de microfoon, waarna de gelovigen uitbarsten in uitbundig gejuich. Er worden folders met een aankondiging uitgedeeld door mannen in pak. Zijn het beveiligers, managers of in pak gestoken priesters? Ze leggen hun hand op het voorhoofd van de gelovigen wanneer die naar voren komen lopen. Maar nergens zijn er religieuze symbolen te bekennen. Een in religieuze trance verkerende groep ervaart een moment van eenheid en gelijkheid, die voor een buitenstaander juist bedreigend is. Hij hoort er namelijk niet bij.
Met treffende, pijnlijke en geluidloze beelden portretteert Mik de achterliggende sociale structuren van de huidige tijd. De verschuivende verhoudingen tussen media, justitie en publiek bijvoorbeeld zijn het onderwerp van ‘Shifting and sitting’ (2011), een nagespeelde rechtszaak tegen Berlusconi. De sfeer in de rechtszaal slaat langzaam om wanneer het publiek, dat aanvankelijk aan de kant staat van de Italiaanse oud-premier, zich tegen hem keert. Het wordt helemaal absurd wanneer enkele leden van het publiek hun toga tevoorschijn halen en advocaat gaan ‘spelen’.
‘Schoolyard’ (2009) geeft nog het beste de psychosociale toestand van de huidige maatschappij weer: een verzameling losgeslagen scholieren die blindelings reageert op elke impuls die van binnen of buiten komt. Gehoorzaamheid en respect gaan moeiteloos over in pesterijen en vernielingen. De scholieren vormen een tijdelijke eenheid door de ‘rituelen’ die ze uitvoeren (van begrafenisoptochten uit Gaza tot de sit-ins uit de jaren zestig), maar zijn daarna weer losse, gedesoriënteerde individuen. ‘Middlemen’ (2001) toont de apathie op de beursvloer na een beurscrash. Documenten liggen verspreid over de vloer terwijl speculanten, lijdend aan tremors, verdwaasd schrijven in hun notitieboekjes. ‘Middlemen’ is een iconisch beeld geworden van de economische crisis. Het ademt, net als veel andere video-installaties op ‘Communitas’, de sfeer van desillusie, irrationaliteit en onzekerheid. Ongemakkelijk en indrukwekkend, maar je wordt er niet vrolijk van. 
 
De tentoonstelling 'Communitas' , een overzicht van het werk van Aernout Mik tot nu toe, is nog tot 25 augustus te zien in het Stedelijk Museum Amsterdam.
 
 
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten