De Duitse eurosceptische partij AfD (Alternative für Deutschland) is bezig met een sterke opmars.
Terwijl de liberale FDP bij alle recente verkiezingen ver onder de kiesdeler blijft, is AfD succesvol gebleken bij landelijke verkiezingen, bij Europese verkiezingen en ook bij deelstaatverkiezingen, zoals afgelopen weekend in Thüringen en in Saksen. De partij haalde in beide deelstaten vanuit het niets ruim 10% van de stemmen.
In een interessante analyse in Die Welt van maandag vernemen we dat het niet zo zeer de euroscepsis is onder de Duitsers die de opmars van AfD verklaart. Dit al helemaal niet bij de deelstaatverkieizingen. Zoals we weten uit het onderzoek van de Finse denktank Libera, is Duitsland het enige land in de eurozone dat niet een groot welvaartsverlies lijdt door de euro, dus is het begrijpelijk dat de euroscepsis daar nu nog niet een doorslaggevende politieke factor is. Dat zal ongetwijfeld later komen, wanneer de bankenunie en transferunie volledig uitgewerkt zijn en de Duitsers een jaarlijkse donatie van 7 tot 8% van hun BNP, zijnde een rekening van ca. 240 miljard euro per jaar, kunnen overmaken aan de zwakkere eurobroeders. Maar die tijd is nog niet gekomen.
AfD manifesteert zich nu nadrukkelijk als een taboedoorbrekende partij, die themas aan durft te roeren waar de politiek-correcte middenpartijen zoals CDU, SPD, Grüne en Linke het liefst aan voorbij gaan. Het gaat dan om vragen die eigenlijk de normaalste zaak van de wereld zouden moeten zijn, maar die in onze krankzinnige, door overdreven politieke correctheid en zelfhaat gekwelde westerse wereld van tegenwoordig, kennelijk niet meer gesteld mogen worden.
Het gaat daarbij volgens Die Welt om vragen als: wat betalen wij als hardwerkende burgers eigenlijk voor de toestroom van immigranten en asielzoekers die nauwelijks perspectief hebben op een baan? Waarom halen we zoveel mensen binnen die hier helemaal niet passen qua normen en waarden en die ook geen aansluiting hebben op onze arbeidsmarkt? Wat doen we tegen politieke en religieuze radicalisering, die onmiskenbaar het gevolg is van die slechte match met het westen van veel immigranten? Een radicalisering, die steeds bedreigender vormen begint aan te nemen.
AfD heeft deze themas dus nadrukkelijk wél aangesproken en is daarvoor beloond, net zoals andere nieuwe politieke bewegingen dat op hun manier gedaan hebben. Ook UKIP van Nigel Farage neemt hard stelling tegen het EU-immigratiebeleid en wordt daarvoor beloond door de Britse kiezers.
Volgens AfD kandidaat Alexander Gauland, die op de lijst stond in Brandenburg, leven dergelijke vragen enorm onder de bevolking. Eén van de grote irritaties onder de Duitsers is volgens Gauland, dat deze vragen niet eens meer gesteld mogen worden volgens het heersende politiek-correcte keurslijf. Er wordt simpelweg een taboe op gelegd door de politieke en maatschappelijke elite. Volgens Gauland zijn de Duitsers dat langzamerhand zat. De mensen willen antwoorden, ze willen weten hoe de criminaliteitsstatistieken in elkaar steken, ze willen weten waarop het toelatingsbeleid gebaseerd is. Ze willen niet meer horen dat het tegen de mensenrechten is om dergelijke vragen te stellen. De bezorgdheid onder de Duitsers is groeiende, omdat de gevestigde politieke partijen geen enkel verweer hebben tegen de ongewenste immigratiestroom, aldus Gauland.
Gauland wordt dan nog geciteerd in het artikel van Die Welt met enkele interessante uitspraken over het ontstaan van een parallelcultuur in Duitsland. Gauland:
"Wir haben erlebt, dass wir in der Tat aufpassen müssen, dass wir nicht Menschen ins Land bekommen, die zu unserer gesellschaftlichen Entwicklung nicht passen. Die auch zu diesem Land nichts beitragen können und die nur dazu führen, dass wir eine immer stärkere Parallelkultur haben, mit der wir nicht umgehen können.
Er ontstaat dus in Duitsland net als bij ons een sterke subcultuur van min of meer kansloze jongeren, die steeds meer anti-westers zijn in hun doen en laten en die in bepaalde gevallen radicaliseren en een bedreiging worden voor hun omgeving.
Net als in Nederland, zijn ook in Duitsland en in Frankrijk de Palestina-betogingen en de massale uitingen van antisemitisme of anti-zionisme van de afgelopen zomer, een enorme eye-opener geweest. Ineens bleek dat, hoewel het aantal zwaar geradicaliseerde jongeren misschien nog maar in de honderden loopt (alsof dat al niet erg genoeg is), er inmiddels duizenden zijn, misschien zelfs tienduizenden, die sympathiseren met een beweging als Hamas en die de zionisten (dat is dus 95% van alle joden) met het grootste gemak betitelen als zionistische honden.
Het is duidelijk dat in Nederland, net als in Duitsland, de gevestigde partijen deze discussie niet meer af kunnen doen door te schermen met begrippen als anti-discriminatie of mensenrechten. Te lang zijn op grond van deze drogredenen de grote verschillen tussen culturen en de weigering van grote groepen om zich aan te passen aan de westerse cultuur, onder het tapijt geschoven. Degenen die probeerden dit duidelijk te maken zijn ofwel vermoord (Pim Fortuyn en Theo van Gogh), het land uitgejaagd (Ayaan Hirsi Ali) of ze leven permanent in een beveiligingsbunker (Geert Wilders).
Juist om te redden wat er nog te redden valt van onze ooit welvarende, tolerante en democratische maatschappij, zullen gevestigde partijen nu de handschoen moeten aannemen en de moed moeten opbrengen (van links tot rechts), om het thema van immigratie en integratie nu eindelijk eens écht aan te pakken, zonder daarbij allerlei taboes te hanteren, of het te laten bij oeverloze discussies. Doen zij dat niet, dan zullen andere partijen vroeg of laat het stokje overnemen.