We zouden de dag moeten prijzen wanneer in Nederland eens een duidelijke grens wordt getrokken.
Abu Dhabi en Nederland zijn twee uitersten al het gaat om de instroom en rechten van immigranten.
Onlangs zag ik een documentaire
over Abu Dhabi. Iedere Emirati (burger van Abu Dhabi) is vermogend. Men krijgt een financiële bijdrage voor de aanschaf van een eigen huis en het minimuminkomen is circa 2000 euro. Het meeste werk wordt echter gedaan door immigranten/expats uit India, Pakistan, Egypte, Bangladesh, de Filippijnen en diverse Arabische landen, die daarmee tussen de 200 en 400 euro per maand verdienen. Dat is het dubbele van wat men in eigen land kan verdienen en de werkers zijn er tevreden mee. Men zegt: ik verdien hier goed en het is hier veiliger dan thuis.
Twee maanden per jaar wordt men in de gelegenheid gesteld om zich bij het gezin in land van herkomst te voegen. Gezinshereniging is dan ook niet aan de orde in Abu Dhabi. Men komt naar Abu Dhabi om te werken en als er geen werk is dan wordt men vriendelijk verzocht om weer te vertrekken. De immigranten/expats kunnen NOOIT Emirati worden. Buitenlanders zijn van harte welkom als ze werk hebben of een bedrijf runnen en zelf hun broek op kunnen houden. Pas dan wordt het fiscaal en financieel een interessant verhaal (taxfree zaken doen en goed verdienen). Als een buitenlands bedrijf niet van meerwaarde is of failliet gaat dan is het zonder pardon 'exit.
In tegenstelling tot Abu Dhabi is in Europa en in ons land sprake van het andere uiterste. Met name in Nederland wordt een onverantwoord immigratiebeleid gevoerd. Bij voorkeur worden niet 'kansrijke' maar kansloze nieuwkomers binnengehaald, die niets kunnen bijdragen, en in het ergste geval, niets willen bijdragen aan de Nederlandse samenleving. De instroom van kansloze gelukzoekers wordt goedgepraat door een invloedrijke links georiënteerde, politiek correcte elite van zogenaamde Gutmenschen in politiek, media en maatschappelijke organisaties en instellingen.
Men voert hierbij steevast als argument aan dat deze immigranten hard nodig zijn in onze samenleving om 'onze plees schoon te maken, de billen van onze oude van dagen te wassen, onze muurtjes te stucen en onze bloembollen te rapen'. De praktijk wijst echter uit dat -uitzonderingen daargelaten- het merendeel van kansloze immigranten nooit 'een plee schoon zal maken, een bips zal wassen of in de klei zal gaan staan', maar afhankelijk is van voorzieningen en de samenleving zelfs ontwricht.
In Abu Dhabi stelt men paal en perk aan dergelijke situaties, maar in Nederland krijgen de meeste immigranten op termijn een verblijfsvergunning, wordt men Nederlander en mag men zelfs stemmen. De omgekeerde wereld derhalve en illustratief voor het falend immigratiebeleid van een land dat doet aan zelfdestructie.
Ton van Kesteren is fractievoorzitter van de PVV in Groningen.