De Nationale Indiëherdenking staat dit jaar opnieuw in het teken van controverse. Eerst burgemeester Femke Halsema die de herdenking aan zich voorbij laat gaan omdat de dochter van KNIL-soldaat Raymond Westerling gaat spreken op de Indiëherdenking. Maar daar blijft het niet bij, in wat een moment van respect en eerbied voor de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog en de Bersiap-periode zou moeten zijn, wordt opnieuw de rode loper uitgerold voor de Indonesische ambassadeur. Jawel, tijdens de Nationale Indiëherdenking krijgt hij opnieuw een prominente rol toebedeeld. Het bestuur, onder het bezielende ‘leiderschap’ van Thom de Graaf, heeft weer besloten dat de ambassadeur direct na onze eigen demissionair premier Mark Rutte een bloemstuk mag leggen. Onbegrijpelijk! Laten we even teruggaan in de tijd. Indische Nederlanders hebben niet alleen onder de Japanse bezetting geleden, maar ook onder de daaropvolgende Bersiap, waarin Indonesisch racisme en terreur de boventoon voerden. En wat doet het bestuur? Die geeft een prominente plek aan de vertegenwoordiger van het land dat deze gruweldaden tot op de dag van vandaag negeert, bagatelliseert en, ja, zelfs viert! Het is daarom terecht dat de
Federatie Indische Nederlanders zich boos maakt over de aanwezigheid van de Indonesische ambassadeur bij de herdenking.
Vorig jaar werd deze controversiële zet ook al gemaakt, zonder enig overleg met de slachtoffers en nabestaanden. Maar blijkbaar waren de klachten en de pijn van toen niet voldoende om het bestuur op andere gedachten te brengen. De voorzitter lijkt wel doof voor de gevoelens van de slachtoffers en de duizenden families die het betreft.
Wie profiteert er eigenlijk van deze beslissing? Radicale groeperingen als Aliansi Merah Putih en De Grauwe Eeuw, die al jaren proberen de Indiëherdenking te kapen. Een paar jaar geleden besmeurden zij zelfs het Indisch Monument met hun hatelijke leuzen. Heeft De Graaf toen aangifte gedaan? Natuurlijk niet! Sterker nog, nu lijkt hij hun eisen gewoon in de ceremonie te integreren.
Op 15 augustus zou Nederland de capitulatie van Japan en de slachtoffers van de oorlog in Azië moeten herdenken. Maar in plaats daarvan schuift het bestuur van de Nationale Indiëherdenking de schuld en het leed van de kant, en geeft het een podium aan de vertegenwoordiger van het land dat die gruweldaden nog steeds ontkent.
(Artikel gaat verder onder deze oproep) Bij De Dagelijkse Standaard begrijpen we dat de Tweede Kamerverkiezingen 2023 de belangrijkste verkiezingen van ons leven zijn. Daarom zetten we ons in om de linkse globalisten te ontmaskeren en te verslaan. Maar daar hebben we jouw hulp bij nodig! Doneer nu aan DDS, steun ons via BackMe, en strijd zij aan zij met ons in deze culturele en politieke oorlog! Het is een belediging, een klap in het gezicht van iedereen die heeft geleden onder de Bersiap-periode. Het wordt hoog tijd dat het bestuur van de Nationale Indiëherdenking zijn prioriteiten herziet en de juiste keuzes maakt. Het is de hoogste tijd om recht te doen aan onze geschiedenis en respect te tonen voor de slachtoffers en hun nabestaanden. En als Thom de Graaf dat niet kan, is het wellicht tijd voor een nieuwe voorzitter.