Het wil maar niet lukken om de elektrische auto op grote schaal van de grond te krijgen in Nederland. Er zijn simpelweg te veel onzekerheden, waardoor de consument het liefst wacht met de aanschaf van een nieuwe auto. Via de NRC.
Vroeger was het simpel: ging je meer dan 30.000 kilometer per jaar rijden, dan kocht je een diesel. Tegenwoordig is het allemaal véél complexer geworden. Zo moet je natuurlijk weten wat een auto kost, hoe lang die meegaat, hoe ver je op één tank/accu kan en wat je kwijt bent aan brandstof/elektriciteit. Daar komen ook nog eens factoren als wegenbelasting, subsidie, verkoopwaarde, lease-opties en de beschikbaarheid van oplaadpunten bij kijken. En als je wat verder naar het buitenland zou willen, zit je al helemaal met de handen in haar.
De grote belemmerende factor in dit geheel, naast autoproducenten (die weinig heil zien in de goedkopere marktsegmenten), lijkt dus de overheid te zijn. Consumenten lijken in de veronderstelling dat de overheid met haar klimaatbeleid binnen de kortste keren kan draaien, waardoor 'de spelregels tijdens het spel veranderen'.
Naast de onzekerheid van consumenten zijn er nog wel meer problemen omtrent elektrische auto's die de consument op den duur op kosten kan gaan jagen. Zo zal de vraag naar elektriciteit logischerwijs toenemen, terwijl onduidelijk is hoe die grotere vraag op een 'groene' manier tot stand zal kunnen gaan komen. Steenkool stoken zodat de Tesla kan blijven rijden, is natuurlijk absurd. Aan de andere kant is het ook een probleem voor de bezitters van een auto met verbrandingsmotor. Die dreigt de komende jaren namelijk flink in restwaarde te dalen, waardoor je geld effectief verdampt.
Dan is er nog het probleem van auto-ongelukken. Een benzine-auto total loss rijden is minder gevaarlijk voor de omgeving dan wanneer er een Tesla in de hens vliegt. De chemicaliën die daarbij vrijkomen, om nog maar over de beperkte blusmogelijkheden voor de brandweer te zwijgen, zijn qua omgeving en milieu nogal een gevaar.
Je ziet in ieder geval hoe van 'de vrije markt' allang geen sprake meer is. De consument wordt in een hoekje gedrukt en geforceerd een keuze te maken, door een overheid die aan allerlei knoppen tegelijk probeert te draaien om de marktcondities gunstig te stemmen voor eigen doeleinden. Door onkunde lijkt het er ook nog sterk op dat het die eigen doeleinden niet eens gaat bereiken, want het heeft allemaal een hoog 'dat zien we dan wel'-gehalte.