De Tweede Kamer veranderde woensdag in een arena van verbale moddergevechten, met NSC-Kamerlid Agnes Joseph in het oog van de storm. Haar plan, samen met BBB, PVV en SP, om pensioendeelnemers meer inspraak te geven bij de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel, werd genadeloos neergesabeld. Vooral de VVD, bij monde van Thierry Aartsen, ging los en beschuldigde Joseph van het “aanwakkeren van complot-achtige theorieën”. Wat een vertoning! Dit laat pijnlijk zien hoe de VVD, ooit een partij van visie, nu een ideeënarme bestuurdersclub is geworden die liever met modder gooit dan met argumenten komt. Joseph verdedigde haar voorstel met verve, ondanks een spervuur van kritiek van vakbonden, werkgevers, financieel toezichthouders DNB en AFM, de Raad van State en zelfs haar eigen NSC-minister Van Hijum (Sociale Zaken). Volgens tegenstanders is haar plan een “stoomwals” die het nieuwe pensioenstelsel sloopt. D66’er Vijlbrief sneerde: “In welke dimensie leeft mevrouw Joseph dat zij denkt dat de rest van de wereld gek is?” SGP’er Flach waarschuwde dat Josephs aanpak, verstopt in een kleine wetswijziging, de Eerste Kamer buitenspel zet. “Is dat goed bestuur?” beet hij haar toe.
Maar Joseph laat zich niet intimideren. Voor haar is inspraak een “fundamenteel punt”. “Mensen moeten meepraten over hun eigen pensioengeld. Anders tast je het vertrouwen aan,” stelde ze. Ze noemt haar plan geen grote wijziging, maar een noodzakelijke correctie om de pensioenhervorming te laten slagen. Tegelijk haalt ze fel uit naar critici zoals DNB, AFM en vakbonden: “Ze zoeken geen dialoog, maar maken herrie.” Zelfs Van Hijum krijgt een sneer: “Een goede bestuurder is geen automatische piloot.”
Dat schoot bij velen in het verkeerde keelgat. CU’er Ceder noemde NSC “populistisch” omdat ze instituten “te grabbel gooit”. Aartsen ging nog verder: Joseph zou critici wegzetten als “luidruchtige roeptoeters” en complottheorieën aanwakkeren. “Ze gooit zand in het water en klaagt dat het troebel is,” brieste hij. Wat een zwaktebod van de VVD. In plaats van inhoudelijk te debatteren, grijpen ze naar persoonlijke aanvallen. Dit toont hun verval: een partij die geen ideeën meer heeft, alleen maar bestuurdersjargon.
Het debat legt een dieper probleem bloot: de kloof tussen burgers en de bestuurlijke elite. Josephs pleidooi voor inspraak snijdt hout in een tijd waarin vertrouwen in instituten wankelt. Maar door haar felle toon en het negeren van zware kritiek maakt ze het zichzelf niet makkelijk. Dit gevecht is nog lang niet gestreden.