“Virtually no one dares declare himself ‘conservative’ today, for no one feels assured enough of the principles worth preserving.” – Jean-Marie Guéhenno
Het staat er bedroevend voor aan de rechterkant van het politiek landschap. Hoewel onze analyse klopt, en steeds opnieuw wordt bewezen, krimpt de financiële ruimte om dit geluid te laten horen. Dadelijk zal ik mijn lezers ook een persoonlijke noot meegeven. Mijn doel met deze tekst is om aardig wat ‘
food for thought’ mee te geven – denkstof om op te kauwen. Het is de wegenkaart voor de politieke marsroute op
rechts, en brengt het traject in kaart dat wij nu moeten nemen.
Inmiddels is de
Digital Services Act van de EU in werking gegaan, waardoor het bereik op sociale media merkbaar krimpt, met als gevolg het opdrogen van inkomsten voor websites en columnisten. Het is heel erg zonde, maar ergens ook een kans. Ik heb intussen een stapeltje boekmanuscripten liggen, af of zo goed als af, die moeten worden uitgegeven.
Realistisch allochtoon,
De greep op de publieke opinie,
What the World can learn from the fall of the West… Columns, die steeds weer op de actualiteit inhaken, zorgen voor vertraging. Aan de andere kant leveren columns wel geld op, meer en sneller dan boeken, en zijn ze nuttig om de aandacht op boeken te vestigen.
Daarnaast speelt het probleem dat mensen minder boeken lezen, dat jongeren niet opgroeien met boeken maar met een vlog- en videocultuur, en dat steeds meer artikelen worden geschreven door AI. Ik herken de schrijfstijl van AI-auteurs maar de meeste mensen niet. Het publiek raakt eraan gewend en gaat zelf ook zo schrijven. Daarmee vervaagt het verschil tussen mens en machine. Het is niet leuk, maar wel eerlijk, om het te moeten zeggen: het beroep van columnist gaat verdwijnen. Nu heb ik het ‘geluk’ dat ik mijn gezicht vaak heb laten zien, en ook mijn persoonlijke kanten in mijn schrijven heb gelegd, dus als ‘personality’ ga ik nog wel even mee. Maar leven van schrijven, is niet rendabel.
Hierom voor alle lezers de kans om mij te volgen en te steunen.
Steun me via BackMe: https://sidlukkassen.backme.org/ en volg mijn Telegram-kanaal: https://t.me/SidLukkassen Hooguit blijven columnisten aan de linkerkant nog een tijdje bestaan, zolang ze zwaar worden gesubsidieerd. In België subsidieert de overheid de krantbezorging – wist u dit? Hierdoor hebben Belgische mediaconcerns de financiële macht opgebouwd om ook de Nederlandse media op te kopen. Toch valt het doek ook voor linkse columnisten. Wat ze schrijven is steeds minder interessant, het leeft niet meer, omdat ze de wereld waarin ze zijn terechtgekomen, domweg niet kunnen begrijpen. Let op: ik zeg niet alleen dat ze de wereld niet begrijpen, ik zeg dat een adequaat begrip voor hen überhaupt onmogelijk is.
Dat is vanwege de ideologische grondveronderstellingen waaruit zij vertrekken. We zien dit vandaag met die lijstfusie tussen de PvdA en GroenLinks. ‘Prominenten’ als Hans Spekman en René Cuperus klagen dat hun partij de postbodes en loodgieters uit het oog verliest. Hier komen ze maar liefst zestig jaar te laat mee! Zien ze niet dat de huidige sociaal-maatschappelijke grondvormen überhaupt niet kunnen stroken met sociaaldemocratie?
Er bestaat domweg geen electoraat meer dat hun ideologie zou kunnen dragen. Wat betekent ‘klassensolidariteit’ nog, nu het begrip klasse is verdampt in de
gig-economie en de flexibilisering van de arbeidsmarkt? In een multicultureel, multi-etnisch landschap, dat rond tribale loyaliteiten en identiteitspolitiek versnipperd ligt, waar iedere uiting onder een cultuurmarxistisch vergrootglas ligt, is überhaupt geen ruimte voor solidariteit.
Maar dit probleem – het domweg niet bestaan van een electoraat dat hun ideologie kan dragen – is niet alleen een probleem van de sociaaldemocratie, maar óók van het klassieke conservatisme. Niet zonder reden zei ik dat ik een wegenkaart voor rechts ga aanbieden. Die volgt nu.
Het uiteendrijven van het oude conservatisme en het nieuwe electoraat
Mijn analyse is dat het oude conservatisme is gebouwd op beelden van een middenklasse samenleving met bijbehorende stabiele relaties en langdurige economische betrekkingen. Dit alles verdwijnt nu en er blijft domweg geen electoraat over dat past bij het oude conservatieve maatschappijbeeld. Wij moeten deze realiteit onder ogen zien en ons daarbinnen emanciperen.
Het huidige conservatisme is deels een reactie op The New Left. Dit is de vorm van linkse identiteitspolitiek die in Groot-Brittannië opbloeide middels vakbonden en stakingen. Daar is het postmoderne, Frans geïnspireerde academische postmodernisme bijgekomen, dat racisme en kolonialisme benadrukt als ‘erfzonden’ van het Westen. Ook de Frankfurter Schule hoort hierbij, die tegen alle vormen van autoriteit en hiërarchieën ageert. Zij wijzen zelfs de natuurlijke hiërarchie tussen ouders en kind binnen het gezinsleven af, en hanteren slogans zoals, ‘make love, not war’, en ‘hey ho, Western culture’s got to go’.
In reactie op deze linkse counter culture kregen we Ruud Lubbers, Ronald Reagan en Margaret Thatcher. Zij kwamen met een verhaal over een kleinere overheid en meer concurrentie vanuit het bedrijfsleven. Nu we de balans opmaken, staan drie dingen als een paal boven water.
Ten eerste droegen zij bij aan crony kapitalisme, dat verwijst naar grote bedrijven die subsidies krijgen van de staat. Het midden klein bedrijf en de kleine zelfstandige kan er niet tegen op concurreren. Vandaag bestaan dit soort kongsi’s nog steeds. In de Koude Oorlog kreeg het grootkapitaal subsidie om wapens te maken tegen de Russen. Vandaag krijgen ze subsidie om de Westerse cultuur ‘woke’ te maken en zichzelf te verduurzamen.
Ten tweede lieten de oubollige conservatieven een steek vallen. De aanhangers van Reagan, Thatcher en de VVD probeerden de linkse identiteitspolitiek te stoppen, maar zij weigerden expliciet stelling te nemen in de cultuurstrijd: ze deden alsof ze boven cultuur verheven stonden. Ze ontwikkelden geen eigen concepten om de ideologie van de progressieve counterculture te ontmantelen; ze probeerden hun vijanden alleen weg te bezuinigen onder het mom van een ‘kleinere overheid’.
Hierdoor hebben zij gefaald: ze hadden eigen soeverein-patriottische instituties moeten opbouwen met een uitdrukkelijk pro-Westerse identiteit. In plaats daarvan bezuinigden ze – in hun gelatenheid dachten ze dat het wel goed zou komen: ze lieten een ideologisch vacuüm achter dat
links onmiddellijk weer opvulde. Vandaag zijn er bijvoorbeeld geen ‘rechtse’ universiteiten. Zelfs de ‘scheiding der machten’ is een farce geworden: al die instituties zijn verzwolgen in de progressieve monocultuur.
De cultuurmarxisten hebben de strijd om de publieke ruimte gewonnen en de laatste media die nog kritisch zijn, worden onder de noemers ‘nepnieuws’ en ‘Russische trollen’ vernietigd. Veel Oost-Europese conservatieven zijn super bang voor Rusland, dus die gaan gewoon mee in dit frame. De hele discussie over
algoritmes,
EU-censuur en het
demonitizen door tech-giganten is aan oubollig rechts voorbijgegaan.
Daarom is het zo belangrijk wat Matthias Storme hierover zei tijdens de boekpresentatie van
Kerkgangers en Zuilenbouwers in Gent. Er is een nieuwe situatie ontstaan waarbij internationale techbedrijven nog véél bedreigender zijn voor het vrije debat dan linkse overheden. Dit vergt vanuit de conservatieve hoek een institutioneel antwoord. Wij strijden tegen een
unholy alliance tussen Big Tech, Big Pharma en Big Bureaucracy, die samen een meerkoppig monster vormen waartegen het creatieve individu zich niet meer kan wapenen.
Het probleem van de huidige conservatieve elite is dat ze afstammen van welgestelde families. Daarom raakt het reële verval hen niet – neem nu de kwetsbaarheid van primaire relaties, anonimiteit, onveiligheid, massa-immigratie, (hyper)inflatie, woningtekorten en duurzaamheidsterreur. Zij willen nog steeds hun banden behouden met golfclubs en wijnproeverijen, ze identificeren zich met de ‘high society’. Daarvoor blijven zij deugen –hun imago is belangrijker voor hen dan principes. Veel thema’s durven ze niet op te pakken!
Dat zijn precies de thema’s die onze stemmers raken. Want zoals gezegd: door de economische en technologische ontwikkelingen verdwijnt de middenklasse en de daarmee overeenstemmende kiezers. Wij hebben meer weerklank met tante Truus. Zij bewoont een klein appartementje op drie hoog en wordt door de gemeente geterroriseerd met afvalscheiding. Haar buren kent ze niet en in haar buurt zijn niet-Westerse talen intussen de voertaal. Het oude conservatisme zal die stap naar Truus nóóit zetten. Zij zijn elitair en gladgepolijst – het rauwe straatbeeld van West-Europa anno 2022 passeert hun belevingswereld.
Hoe kon het zover komen? In de visie van de econoom John Maynard Keynes – populair na de Tweede Wereldoorlog – nam de overheid het voortouw in de economie. De overheid investeerde fors en fungeerde als vliegwiel. Bedrijven maakten zich los uit de burgerlijke nationale culturen en vertakten zich over de hele wereld. Dit ging gepaard met een visie op de mens als universele consument, want de hele wereld moest klant kunnen zijn. De economische mondialisering ging samen met een politieke mondialisering: denk aan instituties als IMF, het Internationaal Strafhof, de EU en de VN.
De twintigste eeuw draaide rond de strijd tussen socialisme, een collectief eigendom van productiemiddelen, en liberalisme, een privaat eigendom van kapitaalgoederen. Die strijd is vandaag uitgemond in een synthese. We combineren een uitdijende overheid met extreem rijke en globaal georganiseerde multinationals. Vandaag is er een nieuwe breuklijn bepalend, namelijk: de botsing tussen mensen met een lokaal of nationaal bepaalde identiteit, tegenover het utopische geloof in een maakbare samenleving op wereldwijde schaal.
Velen menen onterecht dat het communisme in het Westen dood en begraven is. Drie ontwikkelingen tonen hoe de doelen van het communisme worden uitgerold. Dit gebeurt via de compartimentalisering van het individu, de herverdeling van welvaart en een planmatige, centrale aansturing van de economie. De maatregelen rond het indammen van corona, het aanjagen van een ‘groene’ economie en de beheersing van ons informatieverkeer door techreuzen, werken onbedoeld of bedoeld in deze richting – zij versterken elkaar!
Al met al blijkt de formule van het oude conservatisme een buitengewoon ineffectief antwoord op het linkse postmoderne socialisme. Het klassieke conservatisme is bezig met een doodsstrijd. Op het graf van het klassieke conservatisme zal een nieuwe plant ontkiemen. De Franse schrijver Michel Houellebecq voorzag dit al in Elementaire Deeltjes (1998) en Onderworpen (2015). Eerst werden de gilden ontmanteld door het liberalisme om de weg te openen voor het vrije individu, daarna werd de gezinsstructuur zélf doelwit.
De conservatief zoekt immers een ruimte om zijn waarden te beleven en ziet weinig heil in een groeiende overheid. Maar nu kerk en gezin samen met andere buffers tussen de markt en de staat verdwijnen – geplet tussen bureaucratie en consumentisme – blijft er geen ruimte over om een conservatieve levensinvulling te beleven. Hierom ligt alle hoop in de bouw van een Nieuwe Zuil.
Vastigheid herwinnen
Want nu die ontmanteling die Houellebecq omschrijft vordert, verdwijnt logischerwijze de burgerlijke samenleving. We krijgen enerzijds de draagzakbaby’s die uit de Chinese gene splicing fabriek komen, en anderzijds de enclaves van de islam, waar de traditionele gezinsstructuur intact blijft en er nog godsvruchtig wordt gebaard. Uiteraard is dit niet op de radar van de oubollige conservatieven. Velen van hen zijn ‘van stand’ – ze worden min of meer uitgehuwelijkt en hebben altijd wel geld om een partner aan zich te binden. Waarschijnlijk zijn ze kil en afstandelijk opgevoed. Daarom missen ze die organische warmte en hechting überhaupt niet, waar de rest van de samenleving wél naar smacht.
Het conservatisme dient dus te strijden voor ten eerste, de warme banden en organische hiërarchie van het gezinsleven als natuurlijk menselijk organisatieverband. En ten tweede voor de afschermende buitengrenzen van de natie, die een verdedigingslinie vormen: ze scheppen veiligheid, orde en overzicht. Als een beschermend membraam omsluiten ze het geheel van samenwerkingsverbanden die burgers uit eigen beweging vormgeven.
Het geglobaliseerde bestaan daarentegen laat zich kennen in overvolle treinstations vol expats die allemaal een internationale treinverbinding moeten halen die maar enkele keren per dag vertrekt – haperende metrolijnen maken het geheel nóg hectischer. Het is gewoon teveel stress, teveel impulsen. Omringd door opgejaagde vreemden raak je als partners dan opgefokt tegen elkaar in plaats van dat je je aan elkaar optrekt.
Je wéét diep vanbinnen dat mensen niet zo zouden moeten leven, maar je bent onmachtig om de maatschappelijke machine te stoppen. En boven die opgefokte mensenmassa torent de ziekelijk lachende kop van Mark Rutte uit die steeds meer mensen
importeert: niets raakt hem omdat hij zelf toch geen kinderen of partner heeft. Daar is geen tijd voor in het gejaagde en onthechte bestaan dat tegenwoordig noodzakelijk is om actief te zijn als globale netwerker tussen de wereldmetropolen, die meer met elkaar in verbinding staan dan met het nationale achterland.
Na die wrijving wil je dan je arm om je partner leggen om elkaar te verzekeren dat alles tóch goed is. Maar je weet dat je naast haar verliefde oogopslag dan ook haar half-twijfelende, melancholische, wat afwezige blik te zien krijgt. Het contrast tussen dat gevoel en het gevoel van vanzelfsprekende geborgenheid dat je eigenlijk zou willen voelen, steekt. En dus sla je maar geen arm om elkaar en ga je ieder verder met je werk. Alles stroomt, de dingen komen niet samen.
Als tegenhanger van het linkse blok staat er daarom nu een jonge generatie conservatieven op. Zij staan sceptisch tegenover de ‘bevrijding’ die links predikt en benadrukken familiewaarden, patriottisme en tradities. Veel jonge conservatieven willen simpelweg een warm en overzichtelijk gezinsleven zoals onze ouders dat ook hadden. Maar de relatiemarkt bevordert dit niet – integendeel! Intelligentie is een belangrijke voorwaarde voor economische innovatie, maar juist hoogopgeleiden zitten in massa-steden opgehokt op dertig vierkante meter, zwevend van flexcontract naar flexcontract. Voortplanting – laat staan een gezin – zit er voor hen niet in. Op Netflix zien zij series die dat ontwortelde en geatomiseerde leven juist
verheerlijken.
De contradicties van het huidige kapitalisme
Hier stuiten we op de spanning tussen het conservatisme als bundelpunt van moraal en cultuur, en het kapitalisme als economisch systeem. Daniel Bell schreef hierover het boek The Cultural Contradictions of Capitalism (1996). Maar dat sneeuwde helemaal onder, omdat die oubollige conservatieven geen financieel belang hadden bij die kritiek. Het is noodzakelijk om die kritiek te herijken in het licht van vluchtige betrekkingen en gecompartimentaliseerde relaties die eigen zijn aan dit tijdvak van Netflix, Tinder en AirBnb. Een tijd die wordt gekenmerkt door het opdringen van commercieel denken aan elke intermenselijke betrekking.
Aan het Koude Oorlog conservatisme hangt de gedachte vast dat het kapitalisme het leven alleen maar beter en aangenamer zou maken. Met deze aanname nemen conservatieven vergif in dat de culturen doodt waaraan zij hechten.
Je boekt een vlucht en krijgt dan een pushmail met de verlokkelijke titel “kies je stoel”. Dat suggereert gebruikersgemak en service. Wat blijkt: je moet eerst door reclame heen klikken en daarna alsnóg bijbetalen voor het kiezen van je stoel. Dit is namelijk Angelsaksisch kapitalisme en geen Rijnlands kapitalisme. De realiteit daarvan is misleiding en frustratie.
Als je gebruik maakt van AirBnb en je wil wat meer informatie, krijg je te maken met mensen die zo anoniem, klinisch en zakelijk mogelijk met je corresponderen. Je komt uren te vroeg aan in een ijskoude stad, door de lockdown is alles dicht, en een miep op de app zegt dan: “Sorry, ik kan er niet over bellen, je kunt pas om twee uur naar binnen, dat staat nu eenmaal in de servicevoorwaarden, fijne dag.” De communicatie is opzettelijk zo afstandelijk en onpersoonlijk mogelijk ingericht, om de emotionele afstand te vergroten en mensen zo efficiënt en koud mogelijk te kunnen afwimpelen door te verwijzen naar de terms of service.
De kapitalisten achter deze transformatie van de samenleving, willen óók dat we cash geld afschaffen, zodat zij nog makkelijker kunnen bijhouden wie wat koopt. Inmiddels willen banken je beboeten voor het opnemen van je eigen cash geld! In winkels is zelfscannen de nieuwe norm. Niemand komt je helpen en je staat moederziel alleen bij de kassa, maar de producten worden er niet goedkoper door. Een caissière echter heeft een uitgavenpatroon en dat zelfscan apparaat niet. Zelfscan kapitalisme vreet haar eigen kinderen op.
Nog een voorbeeld is parkeergarages die een parkeerticket geven op kentekenplaat. Lijkt efficiënt. Tot je beseft dat je vroeger – als je eerder wegging – je ticket aan een ander kon doorgeven. Dat zorgde voor wat sociale samenhang en vertrouwen in de medemens. De privacy én de gemeenschapszin worden opgeofferd om net die paar tickets per dag meer te verkopen.
‘Shrinkflation’ is een proces waarbij artikelen in omvang afnemen of op een verborgen manier aan kwaliteit inboeten. Dit geschiedt via manipulatieve tactieken om dit te verbergen. Drankbekers krijgen een bolle bodem, zodat het lijkt alsof er meer vloeistof in zit. Suiker wordt vervangen door goedkopere en ongezondere maïssiroop. Meubels worden vandaag gemaakt van samengeperst zaagsel en zijn minderwaardig in vergelijking met het ambachtelijke meubilair van vroeger, dat van gietijzer en hardhout werd vervaardigd.
En al deze bedrijven zitten in kartels die het samen doen, en dus is er geen concurrentie maar een race naar de bodem. Nu er geen culturele code meer is die ethiek, ambacht en vakmanschap samenbindt, zijn we overgeleverd aan producten van een afnemende kwaliteit. Helaas worden daar toch winsten op gemaakt, omdat ze agressief worden gepushed door in te spelen op de irrationele instincten van de mens.
In een dog-eat-dog concurrentie laat elk bedrijf de werknemer tegen een zo laag mogelijk loon werken. Doen bedrijven dat niet, dan wordt hun product duurder en leggen ze het af tegen de moordende concurrentie. Maar in de praktijk blijken mensen niet zo eendimensionaal – ze hebben nog hogere behoeften dan enkel het goedkoopste product tegen de laagste loonkosten. Niet louter productie en kwantiteit telt – ook kwaliteit van leven en zelfontplooiing werden meegenomen in het productieproces.
Dit waardenpatroon hoort bij ‘moreel kapitaal’ dat vanuit het verleden is overgedragen. Schoonheid, arbeidsvreugde en ‘het goede leven’ hoorden bij het aristocratische cultuurgoed, met wortels in de Renaissance en de klassieke Oudheid. Nu we vandaag echter leven onder een unholy alliance tussen het marxisme en het liberalisme, volgt daaruit een vervlakkende nivellering waardoor de mens alsnog eendimensionaal wordt. Juist hier ligt er een rol voor het conservatisme, als kracht die een nieuw verheffend cultuurgoed schept.
Waarom is links voortvarend en rechts slap?
Ik haal deze voorbeelden aan omdat ze bewijzen dat het kapitalisme, losgemaakt van culturele codes, korte termijn denken aanwakkert. Met een paar linkse hobby’s wegbezuinigen zijn we er dus niet. Maar hoe kon dat linkse denken überhaupt zover oprukken, en zowel de overheid als het bedrijfsleven inpalmen?
Links weet heel tactisch hun codewoorden overal in te fietsen – diversiteit, inclusiviteit, duurzaamheid, intersectionaliteit – omdat ze snappen dat zo’n term een wereldbeeld meevoert. Oubollig rechts is naïef en beseft dit niet. Dit is omdat ze niet ideologisch bewapend zijn, niet getraind zijn om de ideologische implicaties van begrippen te doorzien. en links is dit wel. Dit is het grote probleem met doorsnee rechtse ‘gestampte pot’-politici: zij hebben geen intellectuele affiniteit en worden daarom door gewiekst links voorbijgefietst en weggespeeld. De judassen – die zich profileren als pragmatische machtspolitici – zijn in de praktijk de wegberijders van extreemlinks. Omdat ze zelf niet ideologisch onderlegd zijn, en ook niet analyseren op dat niveau, worden zij de uitvoerders van andermans ideologie.
Dit alles komt doordat links eigen instituties heeft – en daarin veel investeert – om mensen te vormen en te kneden. Elke stuiver die de staat besteedt aan klimaatbewustzijn, women’s studies en diversiteitstrainingen, is feitelijk subsidie aan linkse vormingsinstituties. Rechts investeert vooralsnog onvoldoende in eigen intellectuele instituties om mensen ideologisch te bewapenen. Conservatieven van de oude stempel vertrouwen op de markt, maar zien niet dat de linkse sleutelbegrippen de markt reeds hebben ingepalmd. Terwijl rechts bezig was met ‘zakelijk zijn’, nam links het maatschappelijk discours over.
De meeste conservatieven richten zich op de morele verbetering van de individuele ziel en zijn afkerig van protestmarsen, staatsgrepen en revoluties. Precies dát maakt het conservatisme zwak, want onze tijd is volledig ingericht op het beïnvloeden en aansturen van mensenmassa’s – via (sociale) media, onderwijs, reclame en belastingen. Waar het individu van de massa afwijkt wordt het individu ingekapseld en genegeerd. “Verdeel en heers” zei Julius Caesar. De krachten die de Europese ziel uithollen zijn op een collectief strategisch niveau georganiseerd – dus moet de tegenkracht dat ook zijn.
Geopolitiek
De oubollige conservatieven zijn blind voor de geopolitieke machtsverhoudingen en de demografische veranderingen binnen de VS. Ook is de
nationale soevereiniteit niet langer verenigbaar met het politiek proces van de Europese Unie. De conservatieven zijn door de eurofederalisten feitelijk al uit het script geschreven. Tegelijk ontbreekt het aan realisme wat betreft de lange termijn relaties met Rusland en de VS.
Met de huidige oorlog in Oekraïne en de polarisering op mondiaal niveau, plus de
emancipatie van BRICS-landen, gaat dit een gebed zonder eind worden.
De voorgaande jaren werkte ik als beleidsadviseur voor de ECR (European Conservatives and Reformers) op het Europees Parlement. Groot-Brittannië fungeerde als de ‘gezond verstand rem’ op de Europese ambities van de progressieve regeringsleiders. Nu de Britten zijn vertrokken remt geen enkele grote lidstaat de ambities tot Europese eenmaking nu nog af. Landen die soms nog dwars liggen, zoals Hongarije, worden gechanteerd, afgeknepen en gedemoniseerd. De EU heeft inmiddels alle trekken van een empire, echter zonder onderliggende identitaire samenhechting bij de bevolking van de lidstaten. Hierom kunnen conservatieven de EU niet langer steunen. Bij het conservatisme dient de organisatie van politieke macht immers te beginnen bij de wortels, bij het natiegevoel van onderop.
Maar nu realistisch. Amerika en Canada liggen aan de overkant van de Atlantische Oceaan: Europa hangt als klein landplakje aan het wereld-eiland, vastgeklonken aan machten zoals Rusland en dan Turkije, Iran en China. Wat behelst dit voor de trans-Atlantische band?
In Polen neemt men aan dat de NAVO eeuwigdurend is en dat Amerika ons altijd zal beschermen. Een wankele aanname, want de bevolkingssamenstelling van de VS verandert drastisch,
zoals president Joe Biden al benadrukte. Het bevolkingsdeel van de Amerikanen dat van Europese afkomst is, is onderhand geen meerderheid meer. Zodoende zal de gevoelsband tussen de VS en de EU verzwakken, en zal de VS zich meer op Azië, Afrika en Latijns Amerika oriënteren. Dat zijn immers groeiende bevolkingen en groeiende afzetmarkten, terwijl de EU vergrijst. Dat het conflict in de Stille Zuidzee de Amerikaanse militaire aandacht opslorpt, is een voorbode.
Recapitulatie
De klassieke conservatieve ideologie blijkt niet opgewassen tegen moderne ontwikkelingen. Sinds 1913 wordt papiergeld bijgedrukt waarmee alles wordt gefinancierd: keynesianisme leidt tot oorlogseconomieën en verzorgingsstaten – de gouddekking ontbreekt sinds het opheffen van Bretton Woods. Daarnaast kan er ongelimiteerd kunstmest (en buskruit) worden geproduceerd, wat een einde maakt aan de natuurlijke Malthus-curve van de bevolkingscyclus. Door energieopwekking uit aardolie en aardgas zijn er sinds 1900 snellere verplaatsingen van zowel goederen als mensen mogelijk, leidend tot een algehele acceleratie van het leeftempo. Tot slot zijn de computer en het internet ook onvoorspelbare hefbomen die alles ontmenselijken. Denk aan vormen van datamining en systemen van sociaal krediet waarvan de bolsjewieken en fascisten slechts konden dromen.
Roger Scruton – ooit leermeester van Thierry Baudet – was nog geen twee jaar na zijn dood al in de vergetelheid vervallen, doordat de setting van het modern leven niet overeenstemt met het leven op een manege in Wiltshire, zoals hij het conservatisme uitdroeg. De massamens gedijt bij de wereld die voortkomt uit de kunstmest, de supermarkt, de overbevolkte steden en de digitale revolutie, terwijl het klassieke conservatisme voortkwam uit het vasthouden aan de aristocratische tradities van de oude wereld. Maar het was een nostalgisch conservatisme. Een conservatisme dat al in zijn hart wist dat het was achterhaald op het moment dat het werd geboren.
Als de datacenters uitvallen, het wereldwijde transport komt stil te staan, en energie, aardappelen en brood onbetaalbaar worden, is het de vraag of de veldwachters en volkstuintjes weer terugkomen. Waarschijnlijk overstroomt vooral de GGZ verder met verwarde mensen. Wellicht vallen we terug op de brute evolutionaire competitie, maar in dat opzicht heeft een Talibanstrijder méér voortplantingskracht dan een professionele gamer, een academisch filosoof, een operazangeres of een ingenieur met een chemiebedrijf.
Tot besluit
Ik had het al over eigen instituties opbouwen om tegendruk te geven aan de linkse instituties. Als we dit niet doen, dan blijven we op weg naar hetzelfde eindstadium als de Linkse Kerk – we komen er slechts later aan. Alleen reageren en de linkse trein proberen af te remmen is niet genoeg: je moet je eigen spoor bouwen voor je eigen trein.
Zodoende roept de huidige tijd in alles om visionairs die buiten de gebaande paden durven treden. Niet alleen weerleggen wat de tegenstander inbrengt, maar zélf postuleren. Wie de postmoderne utopieën weerlegt en ontkracht, taxeert wat een ander heeft gemaakt en schat dat op waarde – men blijft in de reagerende rol. Wie postuleert, zet de werkelijkheid neer in overeenstemming met de éigen waarden. Door te postuleren druk je de inhoud van jouw ziel en wilskracht af op de werkelijkheid, die zich daardoor mettertijd conform jouw waarden gaat gedragen. Dit is iets wat de ‘rechtsconservatieven’ nooit hebben gedaan. Maar is het hoog tijd om dat wél te gaan doen.
Tot slot, als laatste
reminder, de kans om mij te volgen en te steunen.
Steun me via BackMe: https://sidlukkassen.backme.org/ en volg mijn Telegram-kanaal: https://t.me/SidLukkassen