We voorspellen het eigenlijk al maanden, maar nu lijkt het eindspel inderdaad begonnen: de euro is door eigen zwakte bezig door zijn fundamenten te zakken. Gisteravond publiceerde Der Spiegel een artikel waarin een anonieme bron die werd geciteerd als een topadviseur van het Duitse ministerie van Financiën. De bron stelde eenvoudigweg dat een bail-out van Italië niet aan de orde was, en ook niet zou komen.
Italië zou te groot zijn om voor een bail-out in aanmerking te komen, en het EFSF-noodfonds zou minstens drie keer groter moeten zijn om kans van slagen te hebben. De bron had er aan toegevoegd, dat het EFSF alleen bedoeld was voor kleine landen die in de problemen kwamen, en dat de grote landen te zwaar op de gehele eurozone zouden drukken om er op te mogen rekenen.
De suggestie van de gebeurtenissen vrijdagavond en gisteren is, dat Berlusconi dat vrijdagmiddag al van bondskanselier Merkel te horen heeft gekregen. Dat zou verklaren waarom hij 's avonds plotseling met de verklaring kwam dat Italië geplande bezuinigingen naar voren haalde om het vertrouwen van de markten te herstellen. Mogelijk heeft hij zelfs in Duitsland geïnformeerd naar hulpmogelijkheden, en nul op het rekest gekregen. Dat mag nauwelijks verwondering wekken.
Op het moment dat Italië (schuld nu circa 120% BNP) aanklopte kon niemand in Berlijn nog om de constatering heen dat de politiek van bail-outs mislukt was, en dat het tijd wordt de bakens te verzetten. Alle signalen stonden dan ook op rood. Significant was, dat de rente op Italiaanse en Spaanse staatsleningen in hoog tempo af ging op de 7%, de grens waarboven recentelijk Griekenland, Portugal en Ierland moesten erkennen dat ze niet aan steunmaatregelen ontkwamen. Bovendien deed een gerucht de ronde dat ook Frankrijk op het punt stond een lagere rating te krijgen. Hierdoor werden de bail-outs feitelijk onbetaalbaar.
Ook de aankondiging van S&P dat ze de Amerikaanse kredietrating zou verlagen was van grote invloed. Aanstaande maandag wordt op de Europese beurzen een slachting verwacht die de sterke daling van de afgelopen anderhalve week zal reduceren tot een kinderpartijtje. De beurs in Riyad gaf alvast het goede voorbeeld met een daling van 5,46%. De aankondiging van S&P maakte tevens duidelijk dat het tijdperk van onbeperkte leningen ten einde is. Hoewel de crediteuren weinig gezonde alternatieven hebben, is de nervositeit rondom de schuldpositie van de zwakke Europese staten te groot geworden. Landen als Zwitserland en Japan gooien hun munten in enorme hoeveelheden op de markt om de koers te stabiliseren (Japan besteedde vrijdag een record van 4,56 biljoen yen).
Een verdere verscherping van de situatie is, dat de markt lijkt te verwachten dat binnen kort heel kritisch zal worden gekeken naar de schuldpositie van alle landen die nu nog een TripleA-rating bezitten.
Het bericht dat de Europese Centrale bankpresidenten zondag telefonisch gaan vergaderen (NIET de landen van de G7, zoals de NOS abusievelijk meldde) is bezien in het licht van de gebeurtenissen niet anders verklaarbaar dan als een eerste inventarisatie van de vereiste aanpak van de ontmanteling van de euro in zijn huidige vorm. Laten we de argumenten daarvoor even de revue passeren, dan ziet u de logica.
1) Een dergelijke operatie moet zo snel mogelijk worden uitgevoerd, ten einde zo veel mogelijk schade te beperken. De zondag respijt die men nu heeft is een soort godsgeschenk.
2) De slachting op de beurzen die maandag wordt verwacht, inclusief de aankondiging dat Duitsland niet zinnens is Italië te hulp te schieten, zal de rente voor zowel Italië als Spanje door het plafond van 7% jagen. Daarmee komt een faillissement van deze landen snel dichterbij.
3) Griekenland moet er op worden voorbereid dat de eerste bail-out maar gedeeltelijk, en de tweede helemaal niet zal worden doorgevoerd. De Griekse regering zal daar een zware kluif aan hebben, en heeft daarvoor wel een dag nodig om de voordelen (die er overigens zeer zeker zijn) in eigen land te kunnen voorbereiden voor presentatie.
4) Wellicht wordt bekeken in hoeverre de bail-outs van Ierland en Portugal overeind zullen blijven. Deze landen hebben zich tot nog toe uitstekend aan de voorwaarden gehouden, maar het wegvallen van Italié en Spanje zal ook de basis onder deze afspraken voor een groot deel ondergraven.
5) De vraag moet worden beantwoord of er een noordelijke euro voor de nog solvabele staten met komen, of dat alle landen onafhankelijk weer terug zullen gaan naar hun eigen oude munten. In dit verband zal de positie van Frankrijk cruciaal zijn. Economisch zijn er voldoende redenen om Frankrijk buiten een noordelijke euro te houden, maar politiek gezien is het niet waarschijnlijk dat het haalbaar is. Onvermijdelijk komt ook België dan in die zone terecht, ook een land dat zomaar tegen een faillissement aan zou kunnen lopen. Als men Frankrijk buiten de noordelijke euro zou houden, is een volledige ontmanteling van de gehele EU zelfs niet denkbeeldig. Dit zal morgen het belangrijkste dilemma zijn. Gaat u uit van een zwakker dan wenselijke Neuro, die ook Frankrijk en België zal omvatten.
6) Welke hulp vanuit de EU moet worden geboden aan de landen die de euro zullen verlaten. Dat zullen in ieder geval zijn: Griekenland, Spanje, Portugal, Cyprus en een rits mediterrane kleine landen. Met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid ook Italië, al zal dat land wel een terugkeergarantie met afzienbare termijn bedingen. Maar laten we hopen dat Italië, Ierland, Frankrijk en België de euro ook vaarwel zeggen.
Natuurlijk zullen we zondag na afloop te horen krijgen dat er een nieuw noodfonds is opgetuigd ter grootte van ten minste 3000 miljard euro. Alle lidstaten zullen hun best gaan doen het fonds te vullen. Dat de markten de afgelopen weken hebben laten zien dat het geen begaanbare weg is, zal de bankpresidenten niet weerhouden publicitair deze weg te blijven bewandelen om tijd te winnen. Maar laat mij u verzekeren: dat is niet waar ze het morgen over gaan hebben.