Wanneer je als woke-schrijfster lijpe uitspraken doet over Desi Bouterse, die vijftien Surinamers standrechtelijk heeft geëxecuteerd, dan komt deugend Nederland in een moeilijke ideologische spagaat terecht. Om die reden krijgt Astrid Roemer wél een prijs, maar géén prijsuitreiking door de Belgische koning. Op 30 juli schreef Roemer op haar Facebookpagina een 'bedankje': "Onze SURINAAMSE GEMEENSCHAP heeft D.D.B. hard nodig gehad ZELFBEWUSTER te worden. Merci Man."
Als een Duitser dit over een infameuze leider van zijn land had gezegd, dan was de wereld te klein. Maar wanneer iemand van kleur zoiets zegt, dan vegen we dat gewoon onder het tapijt en krijgt diegene slechts een tik op de vingers.
Toen Roemer afgelopen vrijdag werd gevraagd om haar belachelijke uitspraken toe te lichten, zei ze: "Ik ben geneigd te zeggen dat
Bouterse na zo veel jaren geen gevangenisstraf zou moeten krijgen, gezien zijn inzet voor de dekolonisatie van Surinamers",
via de NOS.
Vermeende "inzet voor dekolonisatie" weegt volgens Roemer dus op tegen het standrechtelijk executeren van politieke tegenstanders. Een
bloederige machtsgreep is prima als het "dekolonisatie" ten goede komt.
De altijd laffe demissionair minister
Ingrid van Engelshoven en minister
Arie Slob, die namens Nederland in het Comité van Ministers van de Nederlandse Taalunie zitten, reiken dus alsnog gewoon een prijs uit aan iemand die openlijk
anti-democratisch en anti-rechtstatelijk is. 'Ja maar ze schrijft wel goed', is waar de redenering vanuit die hoek eigenlijk op neer komt. Het is werkelijk te gek voor woorden, maar dat is altijd het geval bij 'woke'-situaties.
Bouterse heeft in de jaren 80 eigenlijk van
Suriname een narcostaat met een militaire junta aan het roer gemaakt. Roemer knijpt daar gewoon een oogje voor dicht, want "dekolonisatie". En wanneer mensen haar aanspreken op haar debiele waanideeën, dan vat ze dat op als een persoonlijke aanval. Dat is natuurlijk een stuk makkelijker dan de door haar verkondigde drek te moeten verdedigen.