Liever geen clichés.
Ik was een paar daagjes in Normandië, rondom de zesde juni. En het zou jammer zijn daar niet het een en ander over te vertellen, een dag te laat. Ja, natuurlijk, de boodschap is tijdloos enzovoort, maar dat soort clichés moeten we juist vermijden. Anders krijgt u te horen wat een stel Nederlanders mij vertelde na hun bezoek aan die prachtige Normandy American Cemetery and Memorial; 'Ja, daar word je wel stil van'. Joh.
En dat is de moeilijkheid aan schrijven over iets extreem belangrijks: mensen luisteren beleefd naar clichés en vergeten het daarna. Omdat ik mij niet verbeeld over het vocabulaire en de pen te beschikken dat te ontstijgen, beperk ik mij tot de beschrijving van een aantal dingen dat me opviel.
In de eerste plaats is zes juni een onwaarschijnlijk grote verkleedpartij. Ik viel compleet uit de toon in burgerkleding, want vrijwel iedereen was uitgedost in historische militaire outfits. Afgaand op de stands die hier en daar bij musea stonden, is er een levendige markt voor, maar het blijft verbazingwekkend hoe iedereen eruit ziet alsof ze in 'Allo 'Allo spelen. De uniformen waren compleet, net als verzorging. Daardoor zag het er zeker niet allemaal knullig uit, integendeel, want in een kolonne van tientallen historische legervoertuigen, komt het levensecht over. Wat ook helpt, is dat alle 'deelnemers' hun taak uiterst serieus nemen, waardoor een priemende blik wel even de nukubu-rug recht. En als dat niet helpt, dan zorgen de voortdurend overvliegende Dakota's en 'Herc's' wel dat je rechtop gaat staan.
Wat ook opviel is dat Fransen (!) Amerikaanse (!), Britse (!) en Canadeze (!) vlaggen uit hun ramen lieten hangen. Niet één huis, maar alle huizen waren zo versierd. Ik moest denken aan de Britse historicus David Starkey die terecht zei dat volkeren er niet van houden om bevrijd te worden - en als klassiek voorbeeld de Fransen noemde. Het is namelijk niet zo dat de Fransen op het geopolitieke en militaire toneel zoveel dank hebben betoond aan de Geallieerden. NAVO, iemand?
Tot slot even over de landingsstranden en in het bijzonder Omaha Beach. Die zijn prachtig. Op de stranden zelf is er relatief weinig dat herinnert aan de Atlantikwall en de landingen zelf, op wat bunkers en monumenten na. En toch is er niemand die zwemt in de blauwe zee aan de bijna witte stranden. Het zal op andere dagen misschien gebeuren, maar hoewel het weer er naar was, leek geen mens het kies te vinden om over een breedte van tachtig kilometer kustlijn in het water te stappen. Misschien dat dat iets zegt.