Kledingkeuze volgt niet uit gemak alleen.
De wereld staat vol lelijke gebouwen en dat komt door slechte filosofie. We kunnen de grachten dempen met niet bijzonder belezen types, die, doordat ze nooit een boek openslaan en de gedachten dus niet herkennen, doodleuk beweren dat ideeën niet verder reiken dan de kleine kring van denkers waarin ze geconcipieerd werden.
Beati pauperes spiritu, zullen we maar zeggen, want John Maynard Keynes had wel degelijk gelijk toen hij stelde dat de wereld door weinig anders wordt geregeerd dan ideeën. U ziet het in architectuur. De stedelijke wereld om u heen is diep gewond. De oorspronkelijke harmonie tussen gebouwen werd vanaf het begin van de twintigste eeuw vernietigd door het ene na het andere rationalistische gebouw. Dissonant in de ongebroken harmonie van de andere panden, lelijk in zichzelf.
En dat komt door het volgende stukje lui denken: "It is the pervading law of all things organic and inorganic, of all things physical and metaphysical, of all things human and all things superhuman, of all true manifestations of the head, of the heart, of the soul, that the life is recognizable in its expression, that form ever follows function. This is the law."
Dit is het soort onzin dat filosofie van ideeëngeschiedenis onderscheidt. Filosofisch is het flinterdun, ideehistorisch van grote betekenis. Ik heb zelden onzinniger en schadelijker uitspraken gelezen over de aard van architectuur.
En ook in het domein van kleding heeft het idee zijn immense invloed gehad. Praktisch nut lijkt de enige rationale wat betreft de kledingkeuze van velen. Op de camping lopen ze er dus ineens bij als kampbewoners en voetbalsupporters uit de minder bewonderenswaardige echelons van onze samenleving. Trainingspakken, slippers en bijbehorende vrouw ernaast met eenzelfde combinatie van roze badstof. Deze mensen zijn beter dan wij, want ze zijn authentiek. Echt.
Toch raad ik iets anders aan, dan maar geen goedkeuring van GoedVolk. Voor een dagje aan het strand gaat u, tenzij het echt onhoudbaar heet wordt, in de eerste plaats uit van een lange, lichte broek. Roze of wit, bijvoorbeeld. U slaat de pijpen bij de zoom twee keer om, ter dikte van het verschil tussen zoom en uiteinde van de pijp. U kunt uw schoenen uitdoen, slippers dragen, pootjebaden en uw broek aanhouden. Staat het vast dat u gaat zwemmen, dan kunt u ervoor kiezen uw zwemshort voor aankomst al aan te trekken. Geen bloemetjes-short, maar in een motief waarin u ook een broek zou kunnen dragen.
Afgezien van buurten bij de kwallen, kiezen we dus voor een lange broek. Gevlochten riem eromheen en een polo erin. Kraagje, zou ik zeggen, maar dat is omstreden. Wellicht bent u zo iemand die het stiekem nog heeft over Ons Indië; dan is een volledige linnen combinatie ook erg mooi, comfortabel en koel. Eigenlijk verplicht in (gebroken) wit of pasteltinten en met hoed. Geen tropenmodel, maar een fijne Panama bijvoorbeeld.
Omdat vorm de inhoud niet slaafs volgt, kunt u de broek-polocombinatie ook rustig dragen als u gaat stedentrippen. Met een dergelijke outfit, voelt het tenminste niet als blasfemie om een kerk binnen te gaan. Een museum kunt u er ook prima in bezoeken. De prijs die u betaalt, is niet gering, want uw kledingkeuze staat bungee-jumpen niet toe; function follows form.