"When the facts change, I change my opinion. What do you do, Sir?"
Ik kreeg dit citaat van de econoom John Maynard Keynes voorgelegd in een reactie op mijn post 'Gemekker aan de zijlijn' op de
Dagelijkse Standaard, over Frits Bolkestein die nu van mening is dat we met z'n allen in een fuik zijn gezwommen en dat Nederland beter kan ophouden met deelname aan de euro. Degene die op mijn post reageerde is zelf econoom en een aanhanger van de Oostenrijkse school, dus bepaald geen Keynesiaan, maar was in de jaren negentig nog voorstander van de EMU. Nu niet meer. Net als Bolkestein is hij van mening veranderd, al moet daarbij aangetekend worden dat Bolkestein in de jaren negentig al sceptisch was. Niettemin stemde hij als verantwoordelijk politicus alles tegen elkaar afgewogen met de euro in, waardoor hij volgens mij de dure plicht heeft de euro te verdedigen. Desnoods tegen de klippen op.
Mogen mensen dan niet van standpunt veranderen of voortschrijdend inzicht tonen, zeker als blijkt dat de zaken anders zijn gelopen dan gedacht? Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald. Bolkestein beschouwt de euro als 'totaal mislukt', dan is het logisch dat hij afraadt om ermee door te gaan. "When the facts change, I change my opinion. What do you do, Sir?'
Zelf ben ik de omgekeerde weg gegaan als degene die op mijn post 'Gemekker aan de zijlijn' reageerde. Net als Bolkestein was ik in de jaren negentig sceptisch over de euro, en wat mij betreft was het beter geweest als Nederland van deelname had afgezien. Je kunt je afvragen of de euro er dan gekomen was, want Helmut Kohl zou in eigen land mogelijk heel wat meer tegenstand ondervonden hebben als het geestverwante Nederland niet had meegedaan. Maar een echte optie was dit nooit. In Nederland behoorde Wim Kok als premier tot de overtuigde voorstanders, en ook het CDA en D66 waren voor, net als minister van Financiën en VVD-boegbeeld (voor solide overheidsfinanciën) Gerrit Zalm. Ook De Nederlandsche Bank, die op Duits aandringen met Wim Duisenberg de eerste Europese Bankpresident ging leveren, was na aanvankelijke bedenkingen voor. De druk om mee te doen was dus enorm, en Bolkestein heeft die druk aangevoerd als reden waarom hij zijn twijfels (over Italië bijvoorbeeld) opzij heeft gezet en met EMU-deelname instemde. Had Bolkestein toen tegengestemd, dan had hij waarschijnlijk ook niet als eurocommissaris naar Brussel kunnen gaan. Het wekte in 1998 al verbazing dat het toen nog pro-Europese Nederland een scepticus als Bolkestein naar Brussel stuurde.
Ik blijft dit een van de sleutelmomenten vinden in de Nederlandse politiek van de laatste vijftien jaar. Stel dat Bolkestein in Den Haag was gebleven, was er dan een Fortuynrevolte geweest? We zullen die vraag nooit kunnen beantwoorden, want het is anders gegaan. Je zou kunnen zeggen dat er eind jaren negentig twee feitelijke veranderingen plaatsvonden. De Nederlandse deelname aan de euro, wat eerst een voornemen was, werd een feit, en de man die daar het meest kritisch over was geweest vertrok naar Brussel. En toen op 1 januari 2002 de euro uit de geldautomaten kwam en de gulden ophield te bestaan, was het zinloos geworden je daar nog tegen te verzetten of zelfs maar kritiek op te leveren. De invoering van de euro schiep een nieuwe realiteit. "When the facts change, I change my opinion. What do you do, Sir?"
Voor mij was dat aanleiding mijn standpunt te wijzigen. Eerst mokkend (bij de eerste schendingen van het Stabiliteitspact door Frankrijk en Duitsland kon ik een 'I told you so' moeilijk onderdrukken), maar later met meer overtuiging. Ik stemde bijvoorbeeld voor de Europese Grondwet. Europa was immers zeker na de uitbreiding in 2004 met tien nieuwe lidstaten een niet meer weg te denken factor in het dagelijks leven geworden. Dat gold nog meer na het uitbreken van de schuldencrisis in 2008 en de eurocrisis in 2010. Niet dat Europa er mooier op was geworden, integendeel, maar het was een realiteit zoals die er voorheen niet was. De realiteit gebiedt dat je zoiets als uitgangspunt accepteert en niet blijft doen alsof we nog naar de wereld van voor 1998 kunnen terugkeren. Daarvoor was er in de tussentijd ook al te veel gebeurd. Dat de Europese politieke elite intussen in het defensief is geraakt, en blijft vasthouden aan de eigen projecten, vind ik niet zo gek. Het past in het zelfbeeld van de Europese integratie, die juist door crises vooruitgang boekt. Bovendien zou het opbreken van de eurozone de onzekerheid op economisch gebied alleen maar groter maken. Juist in de eurocrisis moet de EU bewijzen wat ze waard is. En het feit dat de eurozone na drie jaar diepe crisis nog steeds intact is, laat zien dat het bouwsel sterker is dan vaak is gedacht.
Velen, onder wie Bolkestein en degene die op mijn post reageerde, zien in de aanhoudende malaise echter het bewijs dat de euro 'totaal is mislukt'. Ik niet, ik accepteer die conclusie pas als de muntunie daadwerkelijk uit elkaar valt. Ik vind het ook juist dat de Europese politieke klasse tot het uiterste gaat om de euro overeind te houden. Die opgave is haar raison d'etre, nu al meer dan drie jaar lang. They have to soldier on, een vorm van voortmodderen of doorploegen dat we in de geschiedenis vaker hebben gezien. Het getuigt volgens mij bepaald niet van 'voortschrijdend inzicht' om tijdens een onderneming die voor het eigen overleven vecht en gezamenlijk met andere landen is aangegaan nu al over mislukking te speculeren. Dat doe je maar na afloop, als de boel werkelijk is mislukt, of wanneer er weer vaste grond onder de voeten is en de balans kan worden opgemaakt. Maar niet nu. Nu moeten we hopen dat de piloten die aan de stuurknuppel zitten ervoor zorgen dat het toestel niet crasht.
Eigenlijk toont Bolkestein helemaal geen 'voortschrijdend inzicht', maar blijft hij vasthouden aan de twijfels die hij in de jaren negentig al had en die hij nu aangrijpt om zijn gelijk te halen. Terwijl hij wel degelijk met de euro heeft ingestemd en daarvoor als gezaghebbend oud-politicus ook nu nog verantwoordelijkheid draagt. 'When the facts change, I change my opinion. What do you do, Sir?' Bolkestein doet dat niet. Hij vindt dat hij in de jaren negentig al gelijk had, en ziet zijn gelijk als zo vaak door de eurocrisis bevestigd. Maar in de jaren negentig was de druk om nog verzet aan te tekenen tegen deelname aan de euro al te groot. De druk op de huidige generatie politici om in Europa geen spelbreker te zijn is nu nog veel groter dan toen de VVD van Bolkestein voor de machtspolitieke realiteit van 1998 door de knieën ging. Dat had Bolkestein aan talkshowkijkend Nederland mogen uitleggen. Dát was voortschrijdend inzicht geweest.