Het opvallende bericht is dat de overheid meer vrouwen aan het werk wil hebben. De overheid heeft als een van de doelstellingen voor de komende tien jaar gesteld dat het aantal werkende vrouwen boven de 35% moet uitkomen in 2023. Volgens de "Nationale Arbeidsstrategie 2014-2023 vind de AK partij stimulering van vrouwenarbeid essentieel om de 10e wereldeconomie te worden in 2023.
In 2004 was de arbeidsdeelname van vrouwen in Turkije nog slechts 23,3%. In 2012 was dat percentage gestegen tot 29,5%, nog steeds veruit het laagste van alle OESO landen, achter Griekenland met 41,9%, terwijl het hoogste land (IJsland) zelfs 78,5% had.
Volgens Elif Lologlu van de Vrouwenbeweging is het echter onmogelijk om door te stijgen naar 35%. Volgens haar worden vrouwen niet voldoende aangemoedigd, noch hebben ze de middelen om aan het arbeidsproces deel te nemen, ondanks gelijke wettelijke rechten.
Volgens Lologlu zijn inspanningen nodig om er voor te zorgen dat vrouwen beter gekwalificeerd zijn en zijn stimulansen nodig voor werkgelegenheid voor goedopgeleide vrouwen.
Juist het gebrek aan voortgezet onderwijs zorgt er voor dat vrouwen minder werken dan mannen.
Ik geloof dat ook (religieus-)culturele aspecten een belangrijke rol spelen. In bepaalde delen van Turkije is men zeer conservatief ingesteld, in andere delen is men veel meer verwesterd. Juist de AK partij kan om de economie vooruit te helpen hierbij volgens mij voor een doorbraak zorgen: zij hebben veel aanhang bij de meer traditioneel ingestelde gezinnen.
Als vrouwen eenmaal een belangrijke rol in de economie vervullen, zou dat hun status en invloed in de Turkse maatschappij kunnen versterken.