Niet Donald Trump, Kim Jong-Un of Xi Jinping mag de titel mee naar huis nemen, maar de #MeToo-beweging.
Elk jaar rond het einde van het jaar is het weer zover: de verkiezing van Person of the Year door het tijdschrift TIME. Dat doen ze al sinds 1927, waarmee het inmiddels een aardige eer lijkt te zijn geworden om genomineerd te worden, laat staan te winnen. Toch is het nooit de bedoeling geweest om mensen daadwerkelijk te eren met de prijs, aldus het blad zelf. Het gaat puur om mensen die in een jaar bijzonder invloedrijk waren, of dat nu op een goede of slechte manier was. Daarom is het ook niet zo gek dat we in 1938 de grootste schurk aller tijden, Adolf Hitler, aantroffen als winnaar, in 1939 én 1942 de communistische massamoordenaar Josef Stalin en in 2016 de door half de wereld gehate Donald Trump. Het is een 'eer' waar je soms liever voor bedankt.
Dit jaar lijkt dat echter iets anders te hebben gelegen, nu woensdagmiddag bekend werd wie dit jaar met de prijs naar huis gaat. Op de 'shortlist' van de redactie stonden onder andere - wederom - Donald Trump, rocket man Kim Jong-Un, Xi Jinping en de asociale American footballspeler Colin Kaepernick. Winnen deden die geen van allen: in plaats daarvan kreeg de #MeToo-beweging, die inmiddels uit talloze vrouwen (en in mindere mate mannen) uit de hele wereld bestaat, de titel.
De 'Silence breakers', zoals TIME ze noemt, waren de belangrijkste 'persoon' dit jaar:
The galvanizing actions of the women on our cover—Ashley Judd, Susan Fowler, Adama Iwu, Taylor Swift and Isabel Pascual—along with those of hundreds of others, and of many men as well, have unleashed one of the highest-velocity shifts in our culture since the 1960s. Social media acted as a powerful accelerant; the hashtag #MeToo has now been used millions of times in at least 85 countries.
Toch zet ik mijn vraagtekens bij de daadwerkelijke impact van de beweging. Ja, ze hebben de afgelopen maanden enorm veel aandacht gekregen, maar je ziet eigenlijk nu al dat die aandacht sterk daalt. Zoals met zoveel hashtags lijkt men het er een beetje mee te hebben gehad. De grote vraag is of die bekendmakingen op social media nu echt omgezet kunnen worden in daden. Ja, sommige Hollywood-bobo's - denk aan Harvey Weinstein en Kevin Spacey - zijn roemloos erdoor ten onder gegaan, maar dat lijkt meer te zijn gebeurd omdat producenten op dat moment de hel over zich heen zouden hebben gekregen, hadden ze hen niet de laan uit gestuurd. Er moesten koppen rollen, en nu dat gebeurd is, lijkt alles weer als vanouds te gaan. Ik vrees dat die beweging precies blijft wat TIME het nu toedicht: van groot belang in 2017, maar waarschijnlijk totaal irrelevant in 2018 en verder.