Psychoanalist en terrorismedeskundige David Kenning zegt dat de huidige aanpak alleen maar voor meer terroristen zal zorgen.
De deskundige, die onder meer de gemeente Amsterdam adviseert op het gebied van Syriëgangers, vindt dat de huidige aanpak bijzonder slecht is. Daarbij is het in zijn ogen met name problematisch omdat het Westen doet of zegt dat het een cultureel probleem is. Volgens hem is dat allerminst het geval:
"Het is belangrijker dat we de psychologische gesteldheid van de jihadisten begrijpen, dan dat we ons blindstaren op de radicale islam."
Veel Westerlingen zijn ervan overtuigd dat er actief samen moet worden gewerkt met 'gematigde' moslims en hun organisaties. Op die manier kan de ideologie van ISIS en andere terreurorganisaties dan bestreden worden, is de gedachtegang.
Kenning is het daar niet mee eens, ook al omdat deze aanpak er in zijn ogen voor zorgt dat niet-radicale moslims verantwoordelijk worden gesteld voor de denkbeelden en daden van hun radicale geloofsgenoten:
"Zij vragen de gematigde islam zich verantwoordelijk te voelen voor de bestrijding van de radicale."
Volgens Kenning is dat contraproductief:
"De jihadistische ideologie is zwak. Ga maar na: 99,99 procent van de anderhalf miljard moslims is immuun voor de ideologie van IS."
Het echte probleem in zijn ogen is dat ook niet religieus van aard, maar psychologisch:
"De ideologie van IS geeft een vrijbrief voor geweld. De volgelingen hoeven zich niet te beheersen zoals wij. Jihadisme is een puberoplossing voor een puberbrein."
Met andere woorden, de Radicale Islam is een ideologie van, voor en door onderontwikkelde mensen. Hij benadrukt dat door ook te stellen dat veel extremisten nieuwkomers zijn bij het islamitische geloof:
"Een op de zes Nederlandse jihadisten is vanuit een ander geloof bekeerd tot de islam, een op de vier in Frankrijk en in Noorwegen zelfs een op de drie."
Een criticus zou daar tegen in kunnen brengen dat sommige bekeerlingen niet zo zeer 'onderontwikkeld' zijn, als wel fanatieker dan mensen die opgegroeid zijn in een bepaald geloof. Voor de laatsten is het vaak 'cultuur,' voor de eersten is het iets waar ze zelf bewust voor hebben gekozen.
Hoe dan ook, Kennings woorden worden onderstreept door onderzoek van de Landelijke Politie. Die concludeerde dat maar liefst 60% van de Syriëgangers met ernstige psychologische problemen kampt. Let wel, ze hebben die problemen voor ze zich bij de 'jihad' voegen.
Tenslotte ontkent Kenning dat de Radicale Islam werkelijk een groot gevaar vormt voor ons leven. Het NRC Handelsblad legt uit:
Het kalifaat van IS, zegt Kenning, kan ‘ons leven nauwelijks in gevaar brengen. Maar ze brengen onze manier van leven wel degelijk in gevaar.’ Zoals het Westen zich inricht naar de veronderstelde dreiging van het kalifaat – dát is volgens hem het probleem.
Hoewel Kenning wellicht een punt heeft met betrekking tot het aantal radicale moslims, en daarmee dus wat betreft de aantrekkingskracht van de Radicale Islam, negeert hij onderzoeken waaruit blijkt dat veel islamitische immigranten er wel degelijk fundamentalistische denkbeelden op nahouden. Zoals wij vorig jaar nog berichtten:
1. 75 procent van de moslims gelooft dat er maar één interpretatie mogelijk is van de koran (dit zorgt ervoor dat de Verlichting nog ver weg is).
2. 65 procent van de moslims vindt de regels in de koran belangrijker dan de regels van de overheid.
3. 54 procent van de moslims denkt dat het Westen eropuit is om de islam te vernietigen (dit is een gevaarlijke combinatie met punt 2).
4. 45 procent van de moslims denkt dat Joden niet te vertrouwen zijn (vandaar het uit de hand lopende antisemitisme de laatste jaren).
Als we alleen maar kijken naar Syriëgangers en het aantal moslims dat bereid is om terroristische aanslagen te plegen overkijken we dit soort informatie waaruit toch echt blijkt dat veel moslims in Nederland onze manier van leven wel degelijk willen veranderen.